direct naar inhoud van Regels
Plan: Welysestraat 21a te Dodewaard
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1740.wpDOwelysestr21a-vst2

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 plan

het wijzigingsplan Welysestraat 21a te Dodewaard met identificatienummer NL.IMRO.1740.wpDOwelysestr21a-vst2 van de gemeente Neder-Betuwe;

1.2 wijzigingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlage;

1.3 bedrijfsgebouw

een gebouw, niet zijnde een bedrijfswoning of daarbij behorend bijgebouw, dat dient voor de uitoefening van één of meer bedrijfsactiviteiten;

1.4 paardenbak

een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, met een bodem van zand, hout, boomschors of ander materiaal om de bodem te verstevigen en al dan niet voorzien van een omheining;

1.5 sleufsilo

een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met opstaande randen voor het opslaan van puin, zand, grind en dergelijke.

Artikel 2 Reikwijdte

De regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied Dodewaard en Echteld' met identificatienummer NL.IMRO.1740.bpDOECbuitengebied-vst1 van de gemeente Neder-Betuwe zijn van overeenkomstige toepassing op dit plan, met dien verstande dat, uitsluitend ten behoeve van dit wijzigingsplan, tevens de in dit plan vervatte regels van toepassing zijn.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Bedrijf

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag grondverzetbedrijf', opslag ten behoeve van een grondverzetbedrijf;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - niet bedrijfsmatig', uitsluitend:
    • 1. een paardenbak, uitsluitend ten behoeve van hobbymatig gebruik;
    • 2. een sleufsilo, met dien verstande dat een bedrijfsmatig gebruik ervan niet is toegestaan;
    • 3. siertuin, inclusief parkeren;
  • c. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - stalling vrachtwagen' de stalling van één vrachtwagencombinatie.
3.2 Bouwregels
3.2.1 Bedrijfsgebouwen

De oppervlakte aan bedrijfsgebouwen mag niet meer bedragen dan 500 m2.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van een paardenbak mag niet meer bedragen dan 600 m2;
  • b. de oppervlakte van een sleufsilo mag niet meer bedragen dan 400 m2;
  • c. de bouwhoogte van masten ten behoeve van verlichting van een paardenbak mag niet meer bedragen dan 4 m.
3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1

Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van en het in gebruik laten nemen van gronden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - niet bedrijfsmatig' voor bedrijfsmatige doeleinden.

3.3.2 Voorwaardelijke verplichting
  • a. Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruik van en het in gebruik laten nemen van gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag grondverzetbedrijf' zonder de aanleg en instandhouding van de inrichtingsmaatregelen conform het in bijlage 1 opgenomen Inrichtingsplan.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a mogen gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - opslag grondverzetbedrijf' overeenkomstig de bestemming worden gebruikt onder de voorwaarde dat binnen 24 maanden na de ingebruikname van de gebouwen ten behoeve van de bestemming, uitvoering wordt gegeven aan de aanleg en instandhouding van de inrichtingsmaatregelen conform het in bijlage 1 opgenomen Inrichtingsplan.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

Artikel 4 Overgangsrecht

4.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het wijzigingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde onder a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld onder a met maximaal 10%.
  • c. Het onder a bepaalde is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
4.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het wijzigingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
  • b. Het is verboden het met het wijzigingsplan strijdige gebruik, bedoeld onder a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld onder a, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Het onder a bepaalde is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 5 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: Regels van het wijzigingsplan 'Welysestraat 21a te Dodewaard'.