direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch
Plan: Sportcomplex De Pas te Elst
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1734.0103ELSTsportdepas-ONHE

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving
3.1.1 Algemeen

De voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. agrarische doeleinden;

één en ander met bijbehorende voorzieningen.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan 1 m;

3.3 Specifieke gebruiksregels
3.3.1 Strijdig gebruik

Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of laten gebruiken van de gronden en/of opstallen binnen deze bestemming ten behoeve van:

  • a. de uitoefening van (glas)tuinbouw, fruit- en boomteelt en/of andere teelten waarbij gebruik van bestrijdingsmiddelen wordt gemaakt, voorzover het gebruik plaatsvindt binnen een afstand van 50 meter van de bestemming Sport en / of een woning van derden.

Het gestelde onder a is niet van toepassing op het bestaande gebruik.

3.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan, indien uit onderzoek is gebleken dat hiertegen geen onevenredige bezwaren zijn, door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 3.3 en toestaan dat de uitoefening van teelten waarbij gebruik van bestrijdingsmiddelen wordt gemaakt, plaatsvindt binnen een afstand van 50 m van de bestemming sport en / of een woning van derden.

3.5 Wijzigingsbevoegdheid
3.5.1 Wijzigingsbevoegdheid "wonen"

Burgemeester en wethouders kunnen met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, deze bestemming wijzigen in de bestemming "Wonen". Hierbij wordt voldaan aan het volgende:

  • a. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt.