direct naar inhoud van 3.2 Inrichtingsplan Dwingelderveld
Plan: Inrichtingsplan Dwingelderveld, Midden-Drenthe
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1731.DWVELD-VST1

3.2 Inrichtingsplan Dwingelderveld

Het Dwingelderveld bestaat grotendeels uit bos en heide, afgewisseld door vennen en veentjes. Deskundigen beschouwen het Dwingelderveld als het grootste aaneengesloten natte heidegebied van het Europese vasteland (Overlegorgaan NP Dwingelderveld 2004). Het Dwingelderveld ontleent zijn grote waarde als natuurgebied vooral aan de vochtige heide en aan de verscheidenheid aan vennen en veentjes, waarvan sommige met actief hoogveen. Deze natte delen van het gebied herbergen de meeste waardevolle en zeldzame levensgemeenschappen en planten- en diersoorten. De natte omstandigheden zijn te danken aan de aanwezigheid van een keileemlaag in de bodem.

Vanwege de grote natuurwaarde en de grote aaneengesloten oppervlakte natuur is het gebied benoemd tot een van de twintig nationale parken van Nederland. Net als de andere nationale parken behoort het tot de ecologische hoofdstructuur, het door de overheid aangewezen netwerk van natuurgebieden in Nederland. Bovendien maakt het deel uit van het netwerk van de belangrijkste natuurgebieden van Europa, Natura 2000. Voor elk Natura 2000-gebied heeft het Rijk doelen geformuleerd om de natuur te behouden en waar mogelijk te verbeteren. De belangrijkste doelen voor het Dwingelderveld zijn uitbreiding en kwaliteitsverbetering van de vochtige heide en van verschillende typen vennen en veentjes. Het Beheer- en Inrichtingsplan voor het Nationaal Park Dwingelderveld (BIP) kent de ontwikkeling van natte heide en hoogveen hoge prioriteit toe.

Het belangrijkste knelpunt voor het realiseren van de natuurdoelen is verdroging. Het Dwingelderveld is daarom opgenomen op de zogeheten TOP-lijst van verdroogde gebieden, waarvan het Rijk en de provincies hebben afgesproken dat ze voorrang krijgen bij het bestrijden van de verdroging. Om de problematiek van verdroging, maar ook verzuring en eutrofiering tegen te gaan is een integraal Inrichtingsplan voor het Dwingelderveld ontwikkeld. De belangrijkste doelstellingen van het Inrichtingsplan zijn:

  • Herstel natuurlijke waterafvoer via slenkenstructuur;
  • Vergroten oppervlakte vochtige heide;
  • Herstel vennen;
  • Opheffen versnippering door enclave en weg Lhee-Kraloo;
  • Verminderen verstoring;
  • Opheffen waterafvoer uit gebied Spier door het Nationaal Park;
  • Verbeteren recreatieve waarde;
  • Versterken landschappelijke en cultuurhistorische belevingswaarde.

Om deze doelen te bereiken worden 5 hoofdprojecten en een aantal nevenprojecten gerealiseerd die samen het Inrichtingsplan Dwingelderveld vormen:

  • Het herstel van de waterhuishouding van een groot deel van het Natura 2000-gebied;
  • De herinrichting van het Noordenveld;
  • De herinrichting van de weg Lhee-Kraloo;
  • De herinrichting van Kloosterveld II;
  • De aanleg van aarden (geluids)wallen;

Afgeleid van deze vijf projecten zijn de nevenprojecten:

  • Het realiseren van twee parkeerplaatsen (Achter 't Zaand en Kraloërweg);
  • Het realiseren van een pad voor mensen met een beperking;
  • De afvoer van vrijkomende grond van Noordenveld en Kloosterveld;
  • Het inrichten van een standweide voor de schaapskudde;
  • Het verbeteren van bestaande zand- en fietspaden.
  • De aanleg van een ecoduct over de A28.

Een overzichtskaart van het totale inrichtingsplan is bijgevoegd in bijlage 1 van de regels. Onderstaande afbeelding geeft een globaal overzicht van de hoofdprojecten die voor het inrichtingsplan worden gerealiseerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.1731.DWVELD-VST1_0003.jpg"  
Fig. 3: Hoofdprojecten die onderdeel uitmaken van Inrichtingsplan Dwingelderveld  

3.2.1 Beschrijving vijf hoofdprojecten Inrichtingsplan Dwingelderveld

Het herstel van de waterhuishouding van een groot deel van het Natura 2000-gebied

Dit project heeft betrekking op het heidegebied, inclusief Noordenveld en uitlopers in het bos. Door de verwerving van de landbouwenclave Noordenveld is het mogelijk om voor het genoemde gebied structurele maatregelen uit te werken die de verdroging kunnen opheffen of verminderen.

In het Noordenveld wordt de natuurlijke slenkenstructuur hersteld. De wateroverlast in de omgeving Witteveen (gem. Westerveld) wordt opgelost door de afvoergolf te verkleinen. Om de wateropvang volgens de WB21-opgave mogelijk te maken wordt de keileemkade van De Hoorns over de hele lengte verhoogd tot een niveau van 10,75 m+NAP. Verder worden op verschillende plaatsen in het gebied van de Kraloër Plassen en bij de Benderse Plassen knijpduikers en knijpstuwen aangebracht om de waterdoorvoer te reguleren en de afvoer te remmen onder de extreme omstandigheden.

Er wordt onderscheid gemaakt tussen de maatregelen, gericht structureel herstel van de waterhuishouding in het Dwingelderveld, en op maatregelen die gericht zijn om tijdens extreme weersituaties overlast te voorkomen op gronden en dorpen buiten het Dwingelderveld. De structureel te nemen maatregelen zijn van belang voor het beheer van het Dwingelderveld en de maatregelen ten behoeve van extreme weersomstandigheden (WB 21) zijn niet van belang voor het beheer van het Dwingelderveld. Zij komen voort uit de wateropgave, zoals afgesproken tussen de provincies en Unie van Waterschappen.

Voor in totaal 111 peilvakken zijn de effecten van de structureel te nemen hydrologische maatregelen en de effecten van het langer vasthouden van neerslag tijdens extreme weersituaties onderzocht.

De herinrichting van het Noordenveld

Het Noordenveld heeft momenteel een op de landbouw gerichte inrichting. Daardoor zijn er sterk negatieve effecten op een groot deel van het Natura 2000-gebied, zowel ten aanzien van de waterhuishouding, als de voor planten en dieren gewenste landschappelijke samenhang.

De herinrichting heeft als doel de oorspronkelijke natuurlijke situatie weer te herstellen en is essentieel voor het beheer van het Dwingelderveld. In totaal gaat het om een gebied van circa 157,5 ha. Bestaande landbouwontsluitingsdammen zullen worden verwijderd omdat deze elementen overbodig zijn geworden. De voedselrijke bouwvoor op het Noordenveld zal worden verwijderd. De gemiddelde ontgravingsdiepte is circa 34 cm (20-50 cm).

Het grootste deel van het Noordenveld zal worden ingericht als heidegebied. Ten zuidoosten van de bestaande schaapskooi zal het Noordenveld ingericht worden als standweide voor schapen (circa 10 ha). Tenslotte worden in het Noordenveld twee vennen hersteld (het Noordven en een ven ten zuiden van de Kraloërweg).

Met de herinrichting wordt invulling gegeven aan de verbeteropgaven voor de habitattypen vochtige heiden, pioniervegetaties met snavelbiezen en zure vennen. Vanwege de hoogteligging is het ook mogelijk om voor de habitattypen droge heiden en heischraal grasland het instandhoudingsdoel behoud van oppervlakte en verbetering van kwaliteit te realiseren.

Met de maatregelen wordt ook invulling gegeven aan enkele kernopgaven voor het Dwingelderveld: kwaliteitsverbetering en vergroting oppervlakte van vochtige heiden en zure vennen, en vergroten van de landschappelijke samenhang en interne compleetheid.

De maatregelen die voor dit herstel nodig zijn, zijn vooral gericht op het herstel van de hydrologie, de bodemchemie en de samenhang tussen Noordenveld en de ruime omgeving.

De herinrichting van de weg Lhee-Kraloo

De verharde weg Lhee – Kraloo loopt centraal door het Natura 2000-gebied. Het noordelijke traject (Achter 't Zaand), met tweezijdig laanbomen loopt door het Noordenveld, en het zuidelijke traject (Kraloërweg) ligt tweezijdig in het heidegebied. Dit deel heeft een open karakter. Plaatselijk komt langs de weg opslag voor of een in het verleden aangeplant bosje. Door de functieverandering van het Noordenveld verliest de weg haar ontsluitende functie. Er is beslist de weg te vervangen door een zandpad met vrijliggend en verhard fietspad. Ook zal het tracé gebruik gaan maken van de Oude Hoogeveensedijk. De route van zand- en fietspad wordt daarmee korter dan de huidige verharde weg.

De herinrichting van Kloosterveld II

Kloosterveld II grenst aan de zuidwest punt van het Dwingelderveld. Het gebied valt buiten de begrenzing van Natura 2000 gebied. Het grondgebruik is deels intensief beheerd akkerland (westelijk deel) en extensief beheerd grasland (oostelijke en noordelijke deel). In het verleden is in Kloosterveld II een maaiveldverlaging doorgevoerd waardoor het maaiveld circa 70-80 cm lager ligt dan de aangrenzende heide.

Er worden natuurwaarden gevonden die kenmerkende zijn voor cultuurgebied met beplantingssingels/-randen. Paapje wordt de afgelopen twee jaren (2007, 2008) niet meer als broedvogel waargenomen en roodborsttapuit komt met een lage dichtheid voor. Deze twee vogelsoorten zijn kwalificerend voor het Dwingelderveld.

Het verwijderen van de bovengrond leidt tot een tijdelijk verlies van broedbiotoop van deze soorten. Voorafgaand aan de herinrichting wordt het beheer van de graslanden in het noordelijker gelegen Kloosterveld I, Anserveld en enkele percelen in De Hoorns specifiek gericht op het paapje. Er zal daardoor vervangend biotoop beschikbaar zijn.

Voor het Kloosterveld worden vegetaties van de voedselarme omstandigheden nagestreefd die ook in het Dwingelderveld zelf voorkomen. Door de waterhuishoudkundige functie zullen echter vooral ruige structuurrijke vegetaties gaan ontstaan. Toch is het wenselijk de voedselrijke bovengrond te verwijderen om de ontwikkelingsrichting voor de gewenste vegetaties zo optimaal mogelijk te krijgen. Door het afgraven wordt, in combinatie met het vasthouden van neerslag en grondwater, de drooglegging geschikt voor de gewenste natuurtypen in de randen van het inundatiegebied en in de slenk tussen Kloosterveld I en II.

De aanleg van een landschappelijk ingepast grondlichaam met geluidswerende functie

Langs de oostzijde van het Natura 2000 gebied zal parallel aan de A28 een grondwal worden aangebracht, met grond die vrijkomt uit het Noordenveld en Kloosterveld. De wal wordt zorgvuldig ingepast in het landschap door rekening te houden met bestaande structuren en de variatie en kenmerken van het landschap. Ook bestaande depots in het Dwingelderveld worden in de grondwal verwerkt. Met de aanleg van de 6 m hoge wal wordt bereikt dat het broedgebied, waarop de snelweg geen negatieve invloed heeft, met circa 135 ha toeneemt. Het nationaal park Dwingelderveld is aangeduid als stiltegebied. Met de aanleg van de grondwal kan de geluidsbelasting verlaagd worden en zullen de waarden in de buurt van de richtwaarden voor een stiltegebied komen. Het zuidelijke deel van de wal komt gedeeltelijk op de plek van enkele bestaande recreatieve routes. Deze routes zullen opnieuw in de wal geïntegreerd worden en met beplanting afgeschermd worden van het westelijk gelegen Dwingelderveld.

In de aanlegfase zal gedurende meerdere jaren ter plaatse van het tracé van het grondlichaam tijdelijke verstoring zijn vanwege af- en aanrijdende zandauto's. Elk jaar zullen gedeelten grondwal gereed komen zodat daar de rust hersteld wordt. Ook worden deze gedeelten beplant. In de eindfase als de grondwal helemaal klaar en beplant is, is de tijdelijke verstoring beëindigd.

3.2.2 Beschrijving nevenprojecten Inrichtingsplan Dwingelderveld

Het realiseren van twee parkeerplaatsen (Achter 't Zaand en Kraloërweg)

De parkeerplaats Achter 't Zaand is een bestaande parkeerplaats in het noordelijke bosgebied die op dit moment niet ingericht is. De huidige parkeerplaats bestaat uit een onverharde zand- en grasruimte en wordt omringd door bos. Aangrenzend aan de ruimte voor parkeren bevindt zich een grote speelweide/dagcamping. Na inrichting van de parkeerplaats zal het plaats bieden aan circa 70 parkeerplaatsen voor auto´s en 2 voor bussen. Het ruimtebeslag voor parkeren zal niet veranderen ten opzichte van de huidige situatie.

Er is een nieuwe parkeerplaats voor 17 auto´s gepland op de hoek van de Kraloërweg en de Oude Nuilerweg. De locatie ligt op de overgang van het bosgebied en de open heide, waar het wandelpad vanaf het Holtveen bij de Kraloërweg komt. De locatie waar de parkeerplaats is gepland bestaat op dit moment uit een schrale berm, een lage wal met in het verleden aangeplante bomen en struiken (bossingel) en een strook vergraste droge heide. In de bermen wordt in de huidige situatie reeds geparkeerd.

Het realiseren van een mindervalidenpad.

De herinrichting van de weg Lhee – Kraloo leidt ertoe dat mensen die gebruik maken van een rolstoel of rollator minder goed in het centrale deel van het Dwingelderveld kunnen komen. Om de toegankelijkheid van het park Dwingelderveld ook voor mensen met een beperking te behouden wordt er ten noorden van het Noordenveld een pad voor mensen met een beperking aangelegd. Deze zal deels bestaande (ruiter)paden gaan volgen en deels wordt er een nieuw pad aangelegd door bos en open gebied. Deze route heeft haar start en eindpunt bij de parkeerplaats Achter 't Zaand.

In hetzelfde gebied waar het pad voor mensen met een beperking wordt aangelegd komen nu ook twee andere wandelroutes voor (Lheederzandroute, Koelevaartsveenroute), een ATB-route en een ruiterroute. Verder is er een route vanaf de parkeerplaats naar de schaapskooi. De twee wandelroutes kunnen ook starten op de parkeerplaats aan de N855, achter het informatiecentrum Lhee. De gebruiksintensiteit van de twee bestaande wandelroutes wordt zodoende bepaald door de parkeercapaciteit van beide parkeerplaatsen en de aangeboden routes.

De afvoer van vrijkomende grond van Noordenveld en Kloosterveld

In het Noordenveld en Kloosterveld zal ten behoeve van de ontwikkeling van gewenste habitattypen zoals heidevegetaties de nutriëntenrijke bouwvoor verwijderd worden. Een deel van deze grond zal vervolgens gebruikt worden bij werkzaamheden binnen het Dwingelderveld (o.a. aarden wal). De transportroutes voor het afvoeren van deze grond zullen zo gekozen worden dat berijden, beschadigen en verstoren van huidige natuurwaarden (vegetaties, dieren) zoveel mogelijk vermeden wordt. De geplande grondafvoer zal bestaan uit circa 600.000 kubieke meter uit het Noordenveld en circa 70.000 kubieke meter uit het Kloosterveld. De routes zijn nog niet definitief.

Het inrichten van een standweide voor de schaapskudde

Achter de schaapskooi in het Noordenveld ligt een weide die in de huidige situatie als verzamelplaats voor de schaapskudde wordt gebruikt. Deze functie zal het behouden.

Het verbeteren van bestaande zand- en fietspaden

Door de geplande vernattingmaatregelen in het Dwingelderveld zullen bestaande zandpaden verhoogd en/of verbeterd moeten worden zodat deze niet onder water komen te staan. Er wordt circa 3,2 kilometer fietspad en circa 2,5 kilometer wandelpad/zandpad verbeterd. Deze paden liggen deels in bos, in de bosrand of in het heidegebied. Het zandpad vanaf de weg Achter 't Zaand naar de schaapskooi, langs de bosrand, zal halfverhard worden.

Aanleg ecoduct

Als verbinding tussen het Dwingelderveld en het gebied Ter Horsterzand/De Moraine wordt over de A28 een ecoduct aangelegd. Om het Witteveen en Witteveenslenk in verbinding te brengen met het ecoduct worden de tussenliggende bossen gekapt en worden natte laagten hersteld.