Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Correctieve herziening wonen bestemmingsplan Noordelijke Kernen
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.1708.NoordelijkkernCBP-VA01

Regels

1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder:

1.1 Plan

het bestemmingsplan 'Correctieve herziening wonen bestemmingsplan Noordelijke Kernen' van de Gemeente Steenwijkerland.

1.2 Bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1708.NoordelijkkernCBP-VA01 met de bijbehorende regels.

1.3 Bestemmingsplan Noordelijke Kernen

de geometrisch bepaalde planobjecten van het bestemmingsplan 'Noordelijke Kernen' met identificatienummer NL.IMRO.1708.NoordelijkkernenBP-VA02 van de Gemeente Steenwijkerland met de bijbehorende regels.

1.4 Bestemmingsplan Veegplan Noordelijke Kernen

de geometrisch bepaalde planobjecten van het bestemmingsplan 'Veegpan Noordelijke Kernen' met identificatienummer NL.IMRO.1708.NoordelijkkernVP01-VA01 van de Gemeente Steenwijkerland met de bijbehorende regels.

Artikel 2 Reikwijdte

2.1 Herziening bestemmingsplan

Dit bestemmingsplan herziet de volgende bestemmingsplannen, ten behoeve van de correctieve herziening van het begrip wonen:
  1. bestemmingsplan 'Noordelijke Kernen', zoals genoemd in artikel 1.3;
  2. bestemmingsplan 'Veegplan Noordelijke Kernen', zoals genoemd in artikel 1.4.

2.2 Herziening regels

2.2.1 Bestemmingsplan Noordelijke Kernen
De regels van het in artikel 1.3 genoemde bestemmingsplan ten aanzien van het begrip wonen zoals opgenomen in artikel 2.1 worden gewijzigd in die zin dat:
2.2.1.1 Herziening bestemmingsomschrijving
  1. De regel zoals opgenomen in artikel 11.1.1 lid m wordt vervangen door 'wonen in een woning, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten';
  2. De regel zoals opgenomen in artikel 12.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  3. De regel zoals opgenomen in artikel 25.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  4. De regel zoals opgenomen in artikel 26.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  5. De regel zoals opgenomen in artikel 27.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  6. De regel zoals opgenomen in artikel 28.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  7. De regel zoals opgenomen in artikel 30.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning'.
2.2.1.2 Herziening specifieke gebruiksregels
  1. De regels zoals opgenomen in artikel 11.5 worden aangevuld met artikel 11.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  2. De regels zoals opgenomen in artikel 12.4 worden aangevuld met artikel 12.4.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  3. De regels zoals opgenomen in artikel 25.5 worden aangevuld met artikel 25.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  4. De regels zoals opgenomen in artikel 26.5 worden aangevuld met artikel 26.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  5. De regels zoals opgenomen in artikel 27.5 worden aangevuld met artikel 27.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  6. De regels zoals opgenomen in artikel 28.5 worden aangevuld met artikel 28.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  7. De regels zoals opgenomen in artikel 30.5 worden aangevuld met artikel 30.5.2 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
2.2.1.3 Herziening afwijken van de gebruiksregels
  1. De regels van artikel 11.6 worden aangevuld met artikel 11.6.3 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 11.1.1 lid m voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  2. De regels van artikel 12.5 worden aangevuld met artikel 12.5 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 12.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  3. De regels van artikel 25.6 worden aangevuld met artikel 25.6.7 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 25.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. o de verkeersveiligheid;
      2. o parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. o het woon- en leefklimaat;
      4. o de milieusituatie;
      5. o de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  4. De regels van artikel 26.6 worden aangevuld met artikel 26.6.7 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 26.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. o de verkeersveiligheid;
      2. o parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. o het woon- en leefklimaat;
      4. o de milieusituatie;
      5. o de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  5. De regels van artikel 27.6 worden aangevuld met artikel 27.6.7 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 27.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  6. De regels van artikel 28.6 worden aangevuld met artikel 28.6 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 28.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  7. De regels van artikel 30.6 worden aangevuld met artikel 30.6 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 30.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
2.2.2 Bestemmingsplan Veegplan Noordelijke Kernen
De regels van het in artikel 1.4 genoemde bestemmingsplan ten aanzien van het begrip wonen zoals opgenomen in artikel 2.1 worden gewijzigd in die zin dat:
2.2.2.1 Herziening bestemmingsomschrijving
  1. De regel zoals opgenomen in artikel 14.1.1 lid o wordt vervangen door 'wonen in een woning, uitgezonderd ter plaatse van de aanduiding 'wonen uitgesloten';
  2. De regel zoals opgenomen in artikel 15.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  3. De regel zoals opgenomen in artikel 30.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  4. De regel zoals opgenomen in artikel 31.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  5. De regel zoals opgenomen in artikel 32.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  6. De regel zoals opgenomen in artikel 33.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  7. De regel zoals opgenomen in artikel 35.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning';
  8. De regel zoals opgenomen in artikel 36.1.1 lid a wordt vervangen door 'wonen in een woning op het water'.
2.2.2.2 Herziening specieke gebruiksregels
  1. De regels zoals opgenomen in artikel 14.5 worden aangevuld met artikel 14.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  2. De regels zoals opgenomen in artikel 15.4 worden aangevuld met artikel 15.4.2 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  3. De regels zoals opgenomen in artikel 30.5 worden aangevuld met artikel 30.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  4. De regels zoals opgenomen in artikel 31.5 worden aangevuld met artikel 31.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  5. De regels zoals opgenomen in artikel 32.5 worden aangevuld met artikel 32.5.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  6. De regels zoals opgenomen in artikel 33.4 worden aangevuld met artikel 33.4.1.1 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  7. De regels zoals opgenomen in artikel 35.5 worden aangevuld met artikel 35.5.2 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
  8. De regels zoals opgenomen in artikel 36.5 worden aangevuld met artikel 36.5.2 Niet als strijdig gebruik wordt aangemerkt bewoning van een woning door meer dan één huishouden, voor zover deze bewoning plaatsvond op het moment van ter inzage legging van het ontwerp van dit bestemmingsplan. Dit bestaande gebruik wordt geacht te voldoen aan de bepalingen van het bestemmingsplan.
2.2.2.3 Herziening afwijken van de gebruiksregels
  1. De regels van artikel 14.6 worden aangevuld met artikel 14.6.3 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 14.1.1 lid o voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  2. De regels van artikel 15.5 worden aangevuld met artikel 15.5 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 15.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  3. De regels van artikel 30.6 worden aangevuld met artikel 30.6.8 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 30.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  4. De regels van artikel 31.6 worden aangevuld met artikel 31.6.8 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 31.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  5. De regels van artikel 32.6 worden aangevuld met artikel 32.6.8 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 32.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  6. De regels van artikel 33.5 worden aangevuld met artikel 33.5.8 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 33.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  7. De regels van artikel 35.6 worden aangevuld met artikel 35.6 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 35.1.1 lid a voor bewoning in een woning door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
  8. De regels van artikel 36.6 worden aangevuld met artikel 36.6 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van bewoning in een woning door meer dan één huishouden in die zin dat:
    1. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 36.1.1 lid a voor bewoning in een woning op het water door meer dan één huishouden, met dien verstande dat geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
      1. de verkeersveiligheid;
      2. parkeermogelijkheden in openbare ruimte;
      3. het woon- en leefklimaat;
      4. de milieusituatie;
      5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. 

2 Overgangs- en slotregels

Artikel 3 Overgangsrecht

3.1 Overgangsrecht gebruik

  1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. 
  2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  4. Het eerste lid is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 4 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:
 
Regels van het bestemmingsplan 'Correctieve herziening wonen bestemmingsplan Noordelijke Kernen'.