direct naar inhoud van Artikel 5 Water
Plan: Giethoorn - Kloostersteeg 2 (recreatiepark)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1708.GHNKloostersteeg2-VA01

Artikel 5 Water

5.1 Bestemmingsomschrijving
5.1.1 Algemeen

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de aanleg en/of instandhouding van waterhuishoudkundige voorzieningen, zoals watergangen, waterbergingen met de bijbehorende bermen en taluds;
  • b. watersportvoorzieningen;
  • c. wandelpaden, ter plaatse van de aanduiding "pad";
  • d. behoud en ontwikkeling van ecologische waarden in relatie tot de waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • e. nutsvoorzieningen.
5.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 12.2.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Algemeen

Op de voor 'Water' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. op de voor 'Water' aangewezen gronden mogen uitsluitend verkeerstekens, bruggen exclusief brugfundaties, alsmede duikers en dammen en daarmee gelijk te stellen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
  • b. voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
  • c. ter plaatse van de aanduiding "brug" mogen uitsluitend bruggen worden gebouwd;
    • 1. bruggen moeten een vrije doorvaarthoogte hebben van minimaal 1,50 meter;
    • 2. dammers, duikers en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen uitsluitend worden gebouwd aangrenzend aan de bestemming 'Tuin';
    • 3. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde, mag maximaal 3,00 meter bedragen.
5.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
5.3.1 Vergunningplicht

Het is verboden op of in de voor 'Water' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een verleende omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het dempen van oppervlaktewater;
  • b. het vergraven van oevers;
  • c. het verleggen van watergangen.
5.3.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in artikel 5.3.1 is niet van toepassing op:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. werken of werkzaamheden in het kader van het normale bodemgebruik;
  • c. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde (omgevings)vergunning/ontheffing mogen worden uitgevoerd.
5.3.3 Toetsingscriteria

De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.3.1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in artikel 5.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van de bedoelde waarden, niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.

5.3.4 Advies

Alvorens de vergunning te verlenen, wordt door het bevoegd gezag advies ingewonnen bij de betreffende waterbeheerder.

5.4 Specifieke gebruiksregels

Onder gebruik in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • het ingebruiknemen van de gebouwen in de bestemming Recreatie - Recreatieterrein zonder aanleg en instandhouding van een wandelpad ter plaatse van de aanduidingen "brug" en "pad".