direct naar inhoud van 2.2 Huidige situatie
Plan: Vollenhove locatie Drok
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1708.00003665-0002

2.2 Huidige situatie

Vollenhove ligt aan de voormalige Zuiderzee en is als bestuurscentrum en landbouw- en vissersplaats tot bloei gekomen. In het centrum van Vollenhove bevindt zich een groot aantal rijksmonumenten die veelal fraai gerestaureerd zijn. De rijksmonumenten worden beschermd door de Monumentenwet (1988). In de Monumentenwet worden twee categorieën omschreven, te weten de (archeologische) monumenten en de stads- of dorpsgezichten. Met monumenten worden alle 'onroerende zaken' bedoeld. Tot die onroerende zaken horen gebouwen en objecten, zoals vaarten, bruggen, wegen, bomen en pleinen, die tenminste vijftig jaar oud zijn. Zij moeten van belang zijn door hun schoonheid, de wetenschappelijke en/of hun cultuurhistorische betekenis. Een monument kan worden aangewezen als rijksmonument wanneer het aan deze regels voldoet en als het een nationale, unieke waarde heeft.

Daarnaast is het mogelijk bepaalde delen van een stad of dorp, waar in ieder geval één monument staat, aan te wijzen als beschermd stads- of dorpsgezicht. Door die bescherming wordt geprobeerd de historisch gegroeide structuur van een stad of dorp te handhaven.

Het centrum van Vollenhove is in 1984 aangewezen als Beschermd Stadsgezicht.

Het plangebied (locatie Drok) ligt op de hoek van de Kerkstraat en de Heilige Geeststraat en maakt onderdeel uit van het Beschermde Stadsgezicht.

De hoofdstructuur van het beschermde stadsgezicht wordt bepaald door de oude haven en de daarop uitkomende straten. Dit oud middeleeuws patroon wordt verbonden door smalle stegen. De Kerkstraat is één van deze oude hoofdstraten. De Heilige Geeststeeg is één van de oude verbindingsstegen.

De hoofdstraten kenmerken zich door de gesloten gevelwanden, de diversiteit in kapvormen en geveltypen en de parcellering. De bebouwing bestaat hoofdzakelijk uit twee lagen met een dwarskap en staat in een licht gebogen rooilijn. De verbindingsstegen zijn kleinschaliger van aard en vormen vaak de toegang tot de achtertuinen. De incidentele bebouwing bestaat overwegend uit één laag met een langskap.

De achterzijde van de locatie wordt gekenmerkt door schuren en garages. Dit gebied is duidelijk de achterzijde en daarmee toegang van de omliggende bebouwing en wordt hoofdzakelijk voor parkeren gebruikt. Tevens bevindt zich daar een klein speelterrein, met centraal één grote lindeboom.