direct naar inhoud van Artikel 8 Maatschappelijk
Plan: Kern Doornenburg
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1705.22-OH01

Artikel 8 Maatschappelijk

8.1 Bestemmingsomschrijving

De op de plankaart voor Maatschappelijk aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. het uitoefenen van activiteiten gericht op de sociale, maatschappelijke, educatieve en openbare dienstverlening, waaronder:
    - gezondheidszorg; en/of
    - zorg en welzijn; en/of
    - jeugd/kinderopvang; en/of
    - onderwijs; en/of
    - religie; en/of
    - uitvaart/begraafplaats; en/of
    - bibliotheken; en/of
    - openbare dienstverlening; en/of
    - verenigingsleven (met daaraan ondergeschikte horeca)
  • b. een begraafplaats ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats';
  • c. een brandweergarage ter plaatse van de aanduiding 'brandweergarage';
  • d. een sirenemast ter plaatse van de aanduiding 'sirenemast';

met de daarbij behorende:

  • e. wegen en paden;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. waterlopen en waterpartijen;
  • i. duikers.
8.2 Bouwvoorschriften
8.2.1

Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd, behoudens het bepaalde in sub e;
  • b. het bouwvlak mag volledig worden bebouwd;
  • c. de goothoogte van gebouwen binnen het bouwvlak mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven;
  • d. de bouwhoogte van gebouwen binnen het bouwvlak mag niet meer bedragen dan op de plankaart is aangegeven;
  • e. gebouwen zijn buiten het bouwvlak toegestaan onder de volgende voorwaarden:
    - de gebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden binnen de gronden, die op de plankaart zijn aangeduid met 'erf';
    - de maximale oppervlakte van gebouwen buiten het bouwvlak bedraagt 20% van de oppervlakte van het bouwvlak per bouwperceel;
    - de minimale afstand tot de perceelsgrens bedraagt 3 m1;
    - de maximale bouwhoogte bedraagt 4 m1, met dien verstande dat indien de maximale bouwhoogte van gebouwen gelegen op hetzelfde bouwperceel als bedoeld in sub d minder bedraagt dan 4 m1, de maximale bouwhoogte niet meer mag bedragen dan deze hoogte.
8.2.2

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m1 bedragen, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel mag maximaal 1 m1 bedragen;
  • b. de hoogte van de sirenemast als bedoeld in 8.1, sub d mag maximaal 15 m1 bedragen;
  • c. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m1 bedragen.
8.3 Specifieke gebruiksvoorschriften

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 20.1, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor seksinrichtingen.