Plan: | Buitengebied herziening 2005, partiële herziening Buitenlandweg K1092 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1700.BPBG2010PH0033-vas1 |
Onderhavig perceel is gelegen net buiten het bebouwingslint van Vriezenveen. Vriezenveen betreft een typisch lintdorp. Belangrijk voor de ruimtelijke karakteristieke van het lint, is de geleding in de opbouw van de bebouwing, de zogenaamde ‘brinken’. Deze binnenerven met zijdelingse beplanting geven het lint een groen karakter. De groenstructuur wordt in grote mate door deze brinken bepaald. De erven, die via de oppaden worden ontsloten, worden gekenmerkt door hun grote diepte. In veel gevallen lopen de erven vanaf het Westeinde tot aan de zogenaamde opvangwegen, aan de achterzijde. Vrijwel alle woningen zijn georiënteerd op het Oosteinde. De Buitenlandweg ligt ter hoogte van het Oosteinde.
In de volgende afbeelding is de stedenbouwkundige structuur van (een deel van) Vriezenveen weergegeven.
Figuur 2.1. Ruimtelijke structuur van Vriezenveen.
Deze ruimtelijke structuur heeft grote gelijkenis met de ruimtelijke structuur van Staphorst. Deze vorm van verkaveling in Vriezenveen stamt van oorsprong uit de 14e eeuw. De heer van Almelo had vrije Friezen toegelaten om het veen te koloniseren. Er was oorspronkelijk sprake van veertig boerderijen op de niet ontgonnen gronden. Elke boerderij had een breedte van zestien akker, dus van 16 x 7 is 112 meter.
De nederzetting groeide; in het midden van de 15e eeuw was het dorp al zo veranderd, dat de verschillende boerderijen niet meer zestien akker breed waren maar gereduceerd waren tot tien of zelfs acht akker breed. Vanwege ruimtegebrek zijn de percelen nadien verder versmald en zijn woningen uit pure noodzaak achter elkaar gebouwd.
Om bij de achterliggende woningen te kunnen komen, werd veelal een recht van overweg op de voorliggende percelen gevestigd. Deze structuur is heden ten dage nog steeds nadrukkelijk aanwezig.
Onderhavig perceel is gelegen net buiten het bebouwingslint van Vriezenveen in een hoogveenontginningslandschap. In de figuur hieronder is dat te zien.
Figuur 2.2: ligging in het hoogveenontginningslandschap
Het veenlandschap ligt ten oosten van het kanaal Almelo - De Haandrik. De ontginning van het grote hoogveengebied ten noorden van Almelo vond in verschillende perioden en op verschillende wijzen plaats. De eerste bewoningssporen dateren uit de 14e, mogelijk zelfs de 13e eeuw. Het begon met de ontginning van Vriezenveen. De basis lag bij de rivier de Aa, ten noorden van Almelo, waarvandaan de kavels onbeperkt in het woeste terrein werden doorgetrokken. Zo zijn de langgerekte kavels ontstaan. De overige delen van het hoogveengebied zijn later vanaf De Tonnendijk ontgonnen. Het grootste gedeelte van het veenlandschap draagt de kenmerken van een commerciële vervening. Het veenkoloniaal landschap is vanaf de jaren vijftig van de 19e eeuw ten bate van de turfwinning ontgonnen. De brandstof werd ondermeer gewonnen voor de opkomende Twentse industrie. De kanalen en zijkanalen werden gegraven voor de ontwatering, de ontginning en de afvoer van de turf. De rechte lijnen van deze vervoersassen bepalen mede het nederzettings- en verkavelingspatroon van het gebied.In de 50 en 60-er jaren van de 20e eeuw vond in het veenlandschap een ingrijpende ruilverkaveling plaats. De smalle, opstrekkende verkaveling maakte plaats voor grote rechthoekige percelen.
De ruimtelijke opbouw van het veenlandschap wordt in belangrijke mate bepaald door enkele grotere geïsoleerd gelegen landschappelijke elementen en bebouwingsconcentraties: de Engbertsdijksvenen, het Veenschap en de streekdorpen Vriezenveen en Westerhaar - Vriezenveensewijk. Enkele lijnvormige elementen delen het landschap verder in. Deze lijnen bestaan vooral uit bebouwingslinten en wegbeplantingen waaraan erfbeplantingen zijn gekoppeld. In tegenstelling tot het kleinschalige en ruimtelijk besloten kampenlandschap is het veenlandschap grootschalig en open. Onderhavig plangebied is gelegen in een open veenlandschap. De in de velden gelegen boerderijen hebben een forse maat. De grote schuren en stallen kunnen achter op de kavel kaal in het open veld staan. Deze grote objecten passen bij de wijdsheid en het landbouwkundige karakter van het landschap. Over een aantal jaren zal een groot deel van deze kenmerken volledig verdwenen zijn door de voorgenomen plannen zoals beschreven in paragraaf 4.3.1 Structuurvisie Vriezenveen Zuidoost.
Het plangebied is gelegen aan de Buitenlandweg ongenummerd (kadastraal bekend gemeente Vriezenveen, sectie K, nummer 1097). De Buitenlandweg is een weg die ongeveer parallel loopt aan Oosteinde en loopt in west-oost richting door tot aan de Walstraat. De weg loopt dood aan de westzijde. Het betreffende perceel is op dit moment onbebouwd. Het perceel is vrij diep, waarbij aan de wegzijde de bebouwing gesitueerd zal worden (oranje vlak). Ten westen en ten zuiden van het perceel loopt een afwateringssloot van het waterschap. Aan de noordzijde grenst het perceel aan de Buitenlandweg. Aan de oostzijde grenst het perceel aan grasland.
Figuur 2.3. Ligging plangebied in de omgeving.