direct naar inhoud van Artikel 6 Waarde - Archeologie
Plan: Buitengebied Maasdonk, herziening Papendijk 10 Nuland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1671.BPBG2010DN000028-01VA

Artikel 6 Waarde - Archeologie

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Archeologie ' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van de aldaar in of op de grond aanwezige archeologische waarden.

6.2 Bouwregels
  • a. Binnen deze bestemming mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd die voor archeologisch onderzoek noodzakelijk zijn.

  • b. Bouwwerken ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) zijn op de in lid 6.1bedoelde gronden slechts toelaatbaar, indien het betreft:
    • 1. vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bebouwing, waarbij de oppervlakte voor zover gelegen op of onder peil niet wordt uitgebreid;
    • 2. een bouwwerk dat zonder graafwerkzaamheden dieper dan 30 cm en zonder heiwerkzaamheden kan worden geplaatst.

6.3 Afwijken van de bouwregels

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 6.2 sub b voor het bouwen overeenkomstig de in lid 6.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemming(en), mits:

  • a. uit archeologisch onderzoek blijkt dat hetzij geen archeologische waarden aanwezig zijn, hetzij wel waarden aanwezig zijn en deze zijn veiliggesteld;
  • b. uit archeologisch onderzoek blijkt dat hetzij geen archeologische waarden aanwezig zijn, hetzij wel waarden aanwezig zijn en deze zijn veiliggesteld door aan de omgevingsvergunning regels te verbinden gericht op het treffen van maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden, het doen van opgravingen en/of begeleiding van de bouwwerkzaamheden door een archeologisch deskundige.

6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • a. Het is verboden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, geen normale onderhoudswerkzaamheden zijnde en niet zijnde werkzaamheden van ondergeschikte betekenis, uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders:
    • 1. het uitvoeren van grondwerkzaamheden dieper dan 30 cm, waartoe worden gerekend het afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren en ontginnen van gronden, alsmede het vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren, het verwijderen van funderingen en het aanleggen van drainage;
    • 2. het verlagen of verhogen van het waterpeil;
    • 3. het planten van diepwortelende beplantingen of bomen;
    • 4. het aanleggen of rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd;
    • 5. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

  • b. Burgemeester en wethouders verlenen de vergunning als bedoeld in sub a alleen indien uit archeologisch onderzoek blijkt dat de archeologische waarden niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad of mogelijk schade kan worden voorkomen door aan de vergunning regels te verbinden gericht op:
    • 1. het treffen van maatregelen, waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden;
    • 2. het doen van opgravingen;
    • 3. begeleiding van de aanlegwerkzaamheden door een archeologisch deskundige.

  • c. Geen vergunning als bedoeld in sub a is vereist voor:
    • 1. werken of werkzaamheden die konden worden uitgevoerd krachtens een vóór het moment van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan verleende bouw-, aanleg- of ontgrondingsvergunning;
    • 2. werken of werkzaamheden die op het moment van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
    • 3. werken of werkzaamheden die ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd.