direct naar inhoud van 6.4 Geur
Plan: Kleine Hoeven 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1667.BPBkh0036-VAST

6.4 Geur

Voorgrondbelasting

In de directe omgeving van het plangebied "Kleine Hoeven" zijn 4 veehouderijen gelegen. Dit betreft de veehouderijen gelegen aan Buspad 2, De Hoeven 19, De Strook 1 en Hamelendijk 6.

Binnen het gebied geldt een maximale geurnorm van 10 ouE/m3 voor geurgevoelige objecten. Dit is vastgelegd in de gebiedsvisie en geurverordening d.d. 22 september 2009.

De vergunde emissie per bedrijf is gecontroleerd door de gemeente. Op basis van deze geuremissie is de contour van 10 ouE/m3 om de rand van de bouwblokken bepaald (zie paarse lijn in figuur 6.1). Hierdoor wordt rekening gehouden met planologisch maximale geurcontour. Uit dit figuur blijkt dat alleen de geurcontour van 10 ouE/m3 van Buspad 2 gedeeltelijk over het plangebied is gelegen. Om aan de geurnorm van 10 ouE/m3 te voldoen, dienen geurgevoelige objecten, zoals bedrijfsgebouwen, op voldoende afstand ten opzichte van de plangrens te worden gebouwd. Hiertoe is op de verbeelding een bebouwingsgrens (gevellijn) opgenomen. De geurcontour kan op de verbeelding achterwege blijven, omdat hiermee via de bebouwingsgrenzen al afdoende rekening is gehouden.

Tabel 6.1: Veehouderijen omgeving Kleine Hoeven

afbeelding "i_NL.IMRO.1667.BPBkh0036-VAST_0034.png"

Achtergrondbelasting

Ook is opnieuw de achtergrondbelasting binnen het plangebied bepaald. Uit deze berekening blijkt dat de achtergrondbelasting binnen het gebied gemiddeld 6 ouE/m3 bedraagt. Een gemiddelde achtergrondbelasting van 6 ouE/m3 komt overeen met een hinderpercentage van 8% en een goed woon- en leefklimaat.

Beoordeling geurhinder in het gebied

Voor de beoordeling van de geurhinder in een gebied moet worden gekeken naar zowel de voor- als de achtergrondbelasting. Beide waarden moeten met elkaar worden vergeleken op basis van het hinderpercentage. Het hoogste hinderpercentage is dan maatgevend voor het gebied.

Op basis van de voorgrondbelasting is de maximale geurbelasting 10 ouE/m³. Dit komt overeen met een hinderpercentage van 20% en een matig tot tamelijk slecht leefklimaat. Dit betekent dat in de directe omgeving van de veehouderij aan het Buspad 2 sprake is van een matig tot tamelijk slecht leefklimaat. Uit figuur 6.1 blijkt dat dit slechts een klein deel van het plangebied betreft. Uit figuur 6.1 blijkt ook dat voor een minimaal gedeelte van het plangebied sprake is van een matig tot tamelijk slecht leefklimaat als gevolg van de de veehouderij aan De Hoeven 19. In de gebiedsvisie is vastgelegd dat bij een voorgrondbelasting van 10 ouE/m3, gelet op de aard van het gebied, toch sprake is van een aanvaardbaar leefklimaat. Naarmate de afstanden tot de veehouderijen aan het Buspad 2 en De Hoeven 19 groter worden, neemt de voorgrondbelasting van deze bedrijven af, en zal ook het leefklimaat verbeteren. Ter plaatse van de contour van 7 ouE/m³ (zie groene lijnen in figuur 6.1) is al sprake van een matig woon- en leefklimaat. Bij een contour van 6,5 ouE/m³ is al sprake van een redelijk goed woon- en leefklimaat. Hieruit blijkt dat in een klein deel van het plangebied sprake is van een matig tot tamelijk slecht leefklimaat (ongeveer binnen de contour van 7 ouE/m³. In het overige deel is sprake van een redelijk goed tot goed leefklimaat

Figuur 6.1: Geurcontouren 7, 10 en 14 ouE/m3 nabij het plangebied

afbeelding "i_NL.IMRO.1667.BPBkh0036-VAST_0035.png"

Conclusie

Geconcludeerd kan worden dat door de realisatie van het bedrijventerrein Kleine Hoeven de nabijgelegen veehouderijen niet extra worden belemmerd in hun ontwikkelingsmogelijkheden, doordat in het plan rekening is gehouden met voldoende afstand van geurgevoelige objecten ten opzichte van de veehouderijen. Met de vastgestelde norm van 10 ouE/m3 verslechtert het leefklimaat ter plaatse niet en blijft ter plaatse aanvaardbaar gelet op de aard van het gebied.

Vanuit de Wet geurhinder en veehouderij zijn er derhalve geen belemmeringen voor de voorgenomen ontwikkelingen.