direct naar inhoud van Artikel 19 Recreatie - Heelderpeel
Plan: Heel - Panheel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1641.BPL036-VG02

Artikel 19 Recreatie - Heelderpeel

19.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Heelderpeel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 1', recreatiewoningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 2', vrijstaande of twee-aaneengebouwde recreatiewoningen;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 3', stacaravans en chalets;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 4', recreatiewoningen, stacaravans en chalets;
  • e. één bedrijfswoning, met uitzondering ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 1';
  • f. gemeenschappelijke recreatievoorzieningen waaronder een aan het vakantiepark gerelateerde detailhandelsvestiging, met uitzondering ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 1',
  • g. ondergeschikte horecadoeleinden, met uitzondering ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie- heelderpeel 1';
  • h. wegen, paden en verhardingen;
  • i. parkeervoorzieningen;
  • j. groenvoorzieningen;
  • k. speelvoorzieningen;
  • l. (ondergrondse) waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen, waterpartijen en andere wateroppervlaktes;
  • m. voorzieningen van algemeen nut.

19.2 Bouwregels

19.2.1 Heelderpeel 1

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 1' gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden opgericht binnen het bouwvlak;
  • b. de bouwhoogte van recreatiewoningen bedraagt niet meer dan 5,5 meter;
  • c. de recreatiewoningen bestaan uit maximaal 1 bouwlaag;
  • d. de maximale oppervlakte per recreatiewoning bedraagt 80 m2;
  • e. de recreatiewoningen mogen maximaal met tweeaaneen gebouwd worden;
  • f. de afstand tussen vrijstaande recreatiewoningen bedraagt tenminste 5 meter;
  • g. de afstand tussen tweeaaneengebouwde recreatiewoningen en vrijstaande en/of tweeaaneengebouwde recreatiewoningen bedraagt aan de niet-aaneengebouwde zijde minimaal 5 meter;
  • h. de maximale dichtheid van de recreatiewoningen bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - deelgebied' 16 recreatiewoningen per hectare;
  • i. het bouwen van aangebouwde en vrijstaande bijgebouwen en overkappingen is niet toegestaan.

19.2.2 Heelderpeel 2

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 2' gelden de volgende bepalingen:

  • a. de goothoogte van recreatiewoningen bedraagt niet meer dan 6,5 meter;
  • b. de maximale oppervlakte per recreatiewoning bedraagt 100 m2;
  • c. de recreatiewoningen mogen maximaal met tweeaaneen gebouwd worden;
  • d. de afstand tussen vrijstaande recreatiewoningen bedraagt tenminste 12 meter;
  • e. de afstand tussen tweeaaneengebouwde recreatiewoningen en vrijstaande en/of tweeaaneengebouwde recreatiewoningen bedraagt aan de niet-aaneengebouwde zijde minimaal 12 meter;
  • f. per recreatiewoning is één bijgebouw toegestaan met een maximale oppervlakte van 7,5 m² en een maximale goothoogte van 3 meter.

19.2.3 Heelderpeel 3

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 3' gelden de volgende bepalingen:

  • a. de stacaravan moet voorzien zijn van een as-/wielenstelsel en dient in die toestand verrijdbaar te zijn;
  • b. de stacaravan moet over de weg als 1 deel te verplaatsen zijn;
  • c. de maximale oppervlakte van een stacaravan bedraagt 40 m²;
  • d. de maximale hoogte van een stacaravan bedraagt 3,40 meter vanaf onderkant wielen;
  • e. chalets mogen geen vaste verankering in de grond hebben en moeten binnen 24 uur demontabel zijn;
  • f. het materiaalgebruik van de chalets dient te bestaan uit hout of kunststof;
  • g. de maximale oppervlakte van een chalet bedraagt 70 m²;
  • h. de maximale hoogte van een chalet bedraagt 3,80 meter;
  • i. chalets bestaan uit maximaal 1 bouwlaag;
  • j. een berging is alleen inpandig mogelijk, binnen de maximale oppervlakte van de stacaravan of chalet;
  • k. de onderlinge afstand tussen stacaravans en/of chalets bedraagt minimaal 5 meter.

19.2.4 Heelderpeel 4

Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 4' gelden de volgende bepalingen:

  • a. de goothoogte van recreatiewoningen bedraagt niet meer dan 6,5 meter;
  • b. de maximale oppervlakte per recreatiewoning bedraagt 100 m2;
  • c. de recreatiewoningen mogen maximaal met tweeaaneen gebouwd worden;
  • d. de afstand tussen vrijstaande recreatiewoningen bedraagt tenminste 12 meter;
  • e. de afstand tussen tweeaaneengebouwde recreatiewoningen en vrijstaande en/of tweeaaneengebouwde recreatiewoningen bedraagt aan de niet-aaneengebouwde zijde minimaal 12 meter;
  • f. de afstand tussen een recreatiewoning en een stacaravan bedraagt minimaal 8 meter;
  • g. per recreatiewoning is één bijgebouw toegestaan met een maximale oppervlakte van 7,5 m² en een maximale goothoogte van 3 meter.
  • h. de stacaravan moet voorzien zijn van een as-/wielenstelsel en dient in die toestand verrijdbaar te zijn;
  • i. de stacaravan moet over de weg als 1 deel te verplaatsen zijn;
  • j. de maximale oppervlakte van een stacaravan bedraagt 40 m²;
  • k. de maximale hoogte van een stacaravan bedraagt 3,40 meter vanaf onderkant wielen;
  • l. een berging bij een stacaravan is alleen inpandig mogelijk, binnen de maximale oppervlakte van de stacaravan;
  • m. de onderlinge afstand tussen stacaravans bedraagt minimaal 5 meter.

19.2.5 Bedrijfswoning
  • a. De bedrijfswoning mag niet worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 1';
  • b. De inhoud van de woning tenminste 250 m³ en niet meer dan 750 m³ mag bedragen;
  • c. De goothoogte van de woning niet meer dan 6,00 meter mag bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 8,00 meter mag bedragen;
  • d. de afstand van de gebouwen tot de bestemmingsgrens tenminste 5 meter bedraagt.
  • e. De totale bebouwde oppervlakte van de bijgebouwen niet meer dan 70 m² mag bedragen, de goothoogte niet meer dan 3,50 meter mag bedragen en de bouwhoogte niet meer dan 5,50 meter mag bedragen.

19.2.6 Overige gebouwen
  • a. de gemeenschappelijke recreatieve voorzieningen mogen niet worden opgericht ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie – Heelderpeel 1';
  • b. het totale bebouwd oppervlak ten behoeve van gemeenschappelijke recreatieve voorzieningen mag niet meer dan 5.270 m² bedragen, met dien verstande dan ten hoogste 1.000 m² voor horecavoorzieningen gebruikt mag worden;
  • c. de maximale goothoogte 6,5 meter bedraagt;
  • d. de afstand van de gebouwen tot de bestemmingsgrens tenminste 5 meter bedraagt.

19.2.7 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende bepalingen:

  • a. de maximale bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen bedraagt 2 meter;
  • b. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 8 meter.

19.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;
  • d. ter waarborging van de sociale veiligheid;
  • e. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.
19.4 Afwijken van de bouwregels
19.4.1 Vergroten oppervlakte recreatiewoningen bij Heelderpeel 1

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het landschappelijke waardes ter plaatse, de ruimtelijke kwaliteit en het stedenbouwkundig beeld ter plaatse, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in 19.2.1 sub b en d voor het vergroten van de maximale oppervlakte van een recreatiewoning tot maximaal 100 m² en het vergroten van de maximale hoogte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. het totale oppervlak van de aanwezige bebouwing per deelgebied met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding-deelgebied' niet wordt vergroot;
  • b. de maximale dichtheid van de vergrote recreatiewoningen bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - deelgebied' 12 recreatiewoningen per hectare;
  • c. de maximale goothoogte niet meer bedraagt dan 6,5 meter;
  • d. de parkeerbalans in de directe omgeving niet onevenredig nadelig wordt beïnvloed;
  • e. de belangen van derden worden niet onevenredig geschaad;
  • f. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving is gewaarborgd;
  • g. de verkeersveiligheid is gewaarborgd;
  • h. de sociale veiligheid is gewaarborgd;
  • i. de brandveiligheid en rampenbestrijding is gewaarborgd.
19.4.2 Realisatie groepswoningen

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het landschappelijke waardes ter plaatse, de ruimtelijke kwaliteit en het stedenbouwkundig beeld ter plaatse, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in 19.2.1 sub b en d, 19.2.2 sub b en 19.2.4 sub b voor de realisatie van groepsrecreatiewoningen met een groter bebouwingsoppervlak en een hogere hoogte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

  • a. het maximale oppervlakte van een groepsrecreatiewoning bedraagt maximaal 200 m²;
  • b. het totale oppervlak van de aanwezige bebouwing per aanduiding niet wordt vergroot;
  • c. de maximale dichtheid van de vergrote recreatiewoningen bedraagt ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - deelgebied' 6 groepsrecreatiewoningen per hectare;
  • d. de maximale goothoogte niet meer bedraagt dan 6,5 meter;
  • e. de parkeerbalans in de directe omgeving niet onevenredig nadelig wordt beïnvloed;
  • f. de belangen van derden worden niet onevenredig geschaad;
  • g. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving is gewaarborgd;
  • h. de verkeersveiligheid is gewaarborgd;
  • i. de sociale veiligheid is gewaarborgd;
  • j. de brandveiligheid en rampenbestrijding is gewaarborgd.
19.5 Specifieke gebruiksregels
19.5.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en opstallen wordt in elk geval verstaan het gebruik voor:

  • a. detailhandel, met uitzondering van een aan het vakantiepark gerelateerde detailhandelsvestiging;
  • b. permanente bewoning;
  • c. horeca, met uitzondering van ondergeschikte horeca;
  • d. erotisch getinte bedrijven en prostitutie;
  • e. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • f. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond.