direct naar inhoud van 5.2 Planregels
Plan: Kom Bleiswijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1621.BP0107-VAST

5.2 Planregels

5.2.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Conform SVBP bevatten de inleidende regels artikelen met de begripsbepalingen en de wijze van meten.

5.2.2 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Bedrijf

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor bedrijven uit ten hoogste milieucategorie 2 van de standaard Staat van Bedrijfsactiviteiten met daaraan ondergeschikt verhardingen, wegen en paden, in- en uitritten, tuinen, erven en terreinen, groenvoorzieningen, parkeervoorzieningen, nutsvoorzieningen en water met de daarbij behorende bouwwerken, waaronder straatmeubilair, bruggen, duikers en/of dammen en overige kunstwerken, die wat betreft aard en afmetingen passen bij en ten dienste staan van de bestemming, werken en werkzaamheden. Ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg': tevens een verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg.

Gebouwen en overkappingen worden binnen het bouwvlak gebouwd. De goot- en bouwhoogte van bedrijfsgebouwen en het bebouwingspercentage van het bouwvlak zijn op de plankaart aangegeven. Bedrijfsgebonden kantoren maken onderdeel uit van een bedrijfsgebouw waarbij per bedrijf het bedrijfsvloeroppervlakte voor kantoren niet meer mag bedragen dan 50% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte aan bedrijfsgebouwen met een maximum van 3.000 m². De afstand van gebouwen tot de perceelsgrens bedraagt ten minste 3 m, tenzij gebouwen tegen elkaar worden aangebouwd.

De inhoud van de bedrijfswoning bedraagt, exclusief aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, maximaal 750 m³. De bedrijfswoning dient op de openbare weg te zijn georiënteerd. De afstand van een bedrijfswoning tot de perceelsgrens(zen) met het openbaar gebied bedraagt ten minste 3 en maximaal 6 m. De goothoogte van de bedrijfswoning bedraagt maximaal 7 m. De bouwhoogte van de bedrijfswoning bedraagt maximaal 11 m. Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen en andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels.

Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels en de specifieke gebruiksregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Detailhandel

De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor detailhandel(sbedrijven) met daaraan ondergeschikt wegen en paden, standplaatsen voor detailhandel, tuinen en erven, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en water. Gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd. Ter plaatse van de aanduiding 'wonen': uitsluitend wonen op de verdiepingen.

De goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen zijn op de plankaart aangegeven. De dakhelling van de hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan 45°.

Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen en andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels.

Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels en de specifieke gebruiksregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Groen

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor groenvoorzieningen, voet- en fietspaden, water, waterhuishoudkundige voorzieningen, nutsvoorzieningen, objecten van beeldende kunst, speelplaatsen, speelvoorzieningen en speeltoestellen, bruggen en overige kunstwerken, dijken en taluds, in- en uitritten, voorzieningen van algemeen nut, ontsluitingen ten behoeve van calamiteitenverkeer met daarbij behorende verhardingen, bouwwerken, werken en werkzaamheden, zoals straatmeubilair, kunstwerken, infiltratievoorzieningen, kleinschalige infrastructurele voorzieningen en overige voorzieningen, die wat betreft aard en afmetingen passen bij en ten dienste staan aan de bestemming.

De oppervlakte van gebouwde nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen mag niet meer bedragen dan 25 m². De bouwhoogte van gebouwde nutsvoorzieningen en waterhuishoudkundige voorzieningen mag niet meer bedragen dan 3 m. Op de gronden mogen andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde, met een maximale bouwhoogte van 4 m ten dienste van de genoemde bestemmingen worden gebouwd. Nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Kantoor

De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor zelfstandige kantoren met daaraan ondergeschikt wegen en paden, tuinen en erven, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en water met de daarbij behorende bouwwerken, werken en werkzaamheden. Gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd.

De goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen zijn op de plankaart aangegeven. De dakhelling van de hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan 45°.

Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen en andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels.

Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels en de specifieke gebruiksregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Maatschappelijk

De als 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor maatschappelijke voorzieningen met daaraan ondergeschikt wegen en paden, tuinen en erven, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water met de daarbij behorende bouwwerken, waaronder straatmeubilair, werken en werkzaamheden. Ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats': een begraafplaats. Gebouwen worden binnen het bouwvlak gebouwd.

De goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven goot- en bouwhoogte. Het bebouwingspercentage mag per bouwvlak niet meer bedragen dan is aangegeven; indien geen bebouwingspercentage is aangegeven, geldt een bebouwingspercentage van 100% van het bouwvlak. De dakhelling van de hoofdgebouwen mag niet meer bedragen dan 45°.

Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen en andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels.

Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels en de specifieke gebruiksregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Tuin

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen, erven en ongebouwde parkeervoorzieningen behorende bij de op de aangrenzende gronden gesitueerde bestemmingen met de daarbij behorende andere bouwwerken, werken en werkzaamheden.

Op de gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd. Op of in de bedoelde gronden mogen geen gebouwen, carports of andere overkappingen worden gebouwd met uitzondering van een erker, entree- of tochtportaal, waarbij geldt dat de afstand tot de grens van het openbaar gebied niet minder mag bedragen dan 2 m, de diepte, gemeten vanuit de (voor)gevelrooilijn, niet meer mag bedragen dan 1,5 m voor een erker en 2 m voor een entree- of tochtportaal, de totale grondoppervlakte niet meer mag bedragen dan 6 m², de breedte niet meer mag bedragen dan 60% van de breedte van de betreffende gevel van de woning en de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan de eerste bouwlaag van de woning, vermeerderd met 0,25 m tot een maximum van 4 m.

Voor de andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels. Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Verkeer - Wegverkeer

De voor 'Verkeer - wegverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor wegen met een lokale/regionale/landelijke ontsluitingsfunctie bestaande uit maximaal 2 rijstroken voor het gemotoriseerd verkeer, woonstraten, woonerven en pleinen, fietspaden en/of -stroken en voetpaden, ongebouwde parkeervoorzieningen, overdekte fietsenstallingen, nutsvoorzieningen en bermen, groenvoorzieningen en water met daarbij behorende bouwwerken, waaronder straatmeubilair, werken en werkzaamheden.

Op of in de in gronden mogen gebouwen worden gebouwd, met inachtneming van de volgende regels de oppervlakte van gebouwde nutsvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 25 m², de bouwhoogte van een gebouwde fietsenstalling mag niet meer bedragen dan 3 m en bouwhoogte van gebouwde nutsvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 3 m.

Voor de andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde, gelden aparte bouwregels. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Verkeer

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor woonstraten, woonerven en pleinen, calamiteitenontsluiting, fietspaden en/of -stroken en voetpaden, ongebouwde parkeervoorzieningen, overdekte fietsenstallingen, nutsvoorzieningen, bermen, groenvoorzieningen en water met de daarbij behorende bouwwerken, waaronder straatmeubilair, werken en werkzaamheden. Ter plaatse van de aanduiding 'garage': tevens een garage.

Op of in de in gronden mogen gebouwen worden gebouwd, met inachtneming van de volgende regels de oppervlakte van gebouwde nutsvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 25 m², de bouwhoogte van een gebouwde fietsenstalling mag niet meer bedragen dan 3 m en bouwhoogte van gebouwde nutsvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 3 m.

Voor de andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde, gelden aparte bouwregels. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Water

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor water, de waterhuishouding (waterberging, -aanvoer en -afvoer, (hoofd)watergangen, en dergelijke) en taluds. Ter plaatse van de aanduiding 'brug': tevens een burg ten behoeve van in- en uitritten van woningen.

Op de gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde, ten dienste van de bestemming, zoals borstweringen, hekwerken en daarmee gelijk te stellen constructies, bruggen ten behoeve van kruisend verkeer, dammen (al dan niet met duikers), vlonders, aanlegplaatsen en/of kaden, worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van niet meer dan 1 m.

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor de bouw van bruggen, dammen (al dan niet met duikers), vlonders, aanlegplaatsen en/of kaden, indien de waterstaatkundige belangen dit gedogen. Alvorens toepassing te geven aan deze bepaling dient advies te worden ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Specifieke gebruiksregels maken deel uit van de bestemming. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken voor het gebruik van water als ligplaats voor boten, indien de waterstaatkundige belangen dit gedogen. Alvorens toepassing te geven aan deze bepaling dient advies te worden ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard.

Algemene randvoorwaarden voor afwijken van de gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Wonen

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor woningen, al dan niet in combinatie met een aan-huis-verbonden beroep, aanbouwen, bijgebouwen en overkappingen, tuinen en erven, parkeervoorzieningen, water en met de daarbij behorende bouwwerken, werken en werkzaamheden. Ter plaatse van de aanduiding 'garage': een garagebox. Ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf-aan-huis': tevens een bedrijf-aan-huis. Ter plaatse van de aanduiding 'praktijkruimte': tevens een praktijkruimte. Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van waarde - monument' zijn de gronden uitsluitend bestemd voor het behoud, de bescherming en/of het herstel van het aanwezige monument.

Een hoofdgebouw mag uitsluitend binnen het aangegeven bouwvlak worden gebouwd. Voor zover binnen een bouwvlak bestaande woningen aanwezig zijn, mag het aantal woningen binnen dit vlak niet worden vergroot of verkleind. Nieuwe woningen dienen in, dan wel evenwijdig en maximaal 1 m achter, de aangegeven (voor)gevellijn te worden gebouwd. De goot- en bouwhoogte van hoofdgebouwen bedraagt ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' aangegeven goot- en bouwhoogte. De dakhelling van de hoofdgebouwen mag niet meer dan 45° bedragen.

Voor de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, garageboxen, andere bouwwerken, geen overkappingen zijnde gelden aparte bouwregels.

Bestaande bouwwerken zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering. Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels en de specifieke gebruiksregels. Hiervoor zijn algemene randvoorwaarden opgesteld. Specifieke gebruiksregels en nadere eisen maken deel uit van de bestemming.

Waarde - Archeologie (-1, -2 en -3)

De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud van de aanwezige archeologische (verwachtings)waarden.

Op de gronden is uitsluitend bebouwing toegestaan voor zover geen bouwwerkzaamheden dienen te worden verricht die dieper reiken dan het (in het 2e lid) genoemde aantal meters beneden het maaiveld en die een grondoppervlakte bestrijken die groter is dan het (in het 2e lid) genoemde aantal vierkante meters en tevens wordt voldaan aan de bepalingen van de onderliggende bestemming(en).

Voor de bestemming geldt een aanlegverbod zonder omgevingsvergunning. Hierop zijn enkele uitzonderingen van toepassing. De omgevingsvergunning kan worden verleend indien op basis van een schriftelijk advies van een archeologische deskundige, gebleken is dat de genoemde werken of werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet zullen leiden tot verstoring van het archeologisch materiaal.

De omgevingsvergunning kan ook worden verleend indien aan de omgevingsvergunning de volgende nadere voorwaarden worden verbonden:

  • de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor de archeologische monumenten in de bodem kunnen worden behouden;
  • de verplichting de werken en werkzaamheden die tot de bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een archeologische deskundige.

Waterstaat - Waterkering

Deze dubbelbestemming is toegekend aan de gronden binnen de beschermingszone van de waterkering. Op deze gronden mogen uitsluitend andere bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals borstweringen, hekwerken en daarmee gelijk te stellen constructies, niet zijnde bruggen, dammen met duikers, vlonders, aanlegplaatsen en/of kaden, worden gebouwd met een maximale hoogte van niet meer dan 1 m.

Bouwwerken ten behoeve van samenvallende bestemmingen mogen - op enkele uitzonderingen na - uitsluitend met een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag worden gebouwd. Algemene randvoorwaarden voor het afwijken van de bouwregels maken deel uit van de bestemming. Daarbij dienen de bij de bestemming betrokken bouwregels in acht te worden genomen en het waterkeringsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig te worden geschaad. Vooraf dient schriftelijk advies te worden ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard, tenzij reeds een watervergunning van de Keur is verleend.

Nadere eisen en specifieke gebruiksregels maken deel uit van deze bestemming. Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels voor het gebruik van water als ligplaats voor boten, indien de waterstaatkundige belangen dit gedogen. Alvorens toepassing te geven aan deze bepaling dient advies te worden ingewonnen bij het Hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard. Algemene randvoorwaarden voor afwijken van de gebruiksregels maken deel uit van deze bestemming.

5.2.3 Hoofdstuk 3 Algemene regels

In de algemene regels zijn de antidubbeltelregel, de algemene bouwregels, de algemene gebruiksregels, uitsluiting aanvullende werking bouwverordening, de algemene afwijkingsregels en de algemene wijzigingsregels opgenomen.

5.2.4 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

In artikel 3.2.1 van het Bro zijn standaardregels opgenomen met betrekking tot het overgangsrecht voor bouwwerken en gebruik. Deze maken onderdeel uit van dit bestemmingsplan.

In de slotregel is aangegeven onder welke naam de regels kunnen worden aangeduid.