Plan: | Wijzigingsplan Vrakkinkweg 4 Groenlo |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1586.WPBUI2011-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Wijzigingsplan Vrakkinkweg 4 Groenlo met identificatienummer NL.IMRO.1586.WPBUI2011-VG01 van de gemeente Oost Gelre;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
het uitsluitend door de bewoner(s) van een woning verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van - geheel of overwegend door middel van handwerk uit te oefenen - bedrijvigheid, niet zijnde detailhandel uitgezonderd verkoop via internet en voor zover toegestaan, die in een woning en/of bijbehorende bouwwerken worden of wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en die een ruimtelijke uitstraling hebben of heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een (para)medisch, juridisch, administratief, therapeutisch, ontwerptechnisch, adviesgevend of daarmee gelijk te stellen dienstverlenend beroep, niet zijnde detailhandel, uitgezonderd verkoop via internet, dat uitsluitend door de bewoner(s) in een woning en/of bijbehorende bouwwerken wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid waar, ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
erf aan de achterkant en de niet naar de openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant van het hoofdgebouw;
een deel van een woning, of een woonunit die qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning, waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg is gehuisvest;
een bedrijf dat is gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een percentage van een deel van een terrein dat maximaal mag worden bebouwd met gebouwen en andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
Gebouwen die dienen voor de uitoefening van een bedrijf of bedrijfsactiviteit, inclusief bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken bij de woning.
het via een bedrijf, stichting of andere rechtspersoon voeren van een zodanig beheer/exploitatie, dat in de logiesverblijven daadwerkelijk recreatieve (nacht)verblijfsmogelijkheden worden geboden;
een woning, in of bij een bedrijf of instelling, bestemd voor (een huishouding van) een persoon wiens huisvesting daar gelet op de bestemming noodzakelijk is;
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand is bepaald, waarmee rekening moet worden gehouden;
onder bestaand wordt verstaan de ‘bestaande situatie’ welke op een legale wijze tot stand is gekomen en is vastgelegd op basis van de veldinventarisatiegegevens, alsmede de gemeentelijke bouw- en milieudossiers, de luchtfoto’s, de Basisregistraties Adressen en Gebouwen (BAG), zoals de gemeente deze bekend waren ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan Wijzigingsplan Vrakkinkweg 4 Groenlo;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een al dan niet doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
een activiteit wordt meer dan 12 maanden niet meer uitgevoerd;
erfinpassing vindt plaats op het erf en omliggende gronden. Hiertoe behoort in ieder geval de situering van opstallen, de inrichting van het perceel en de aansluiting van het erf op de omgeving. Het gaat hierbij onder andere om aanleg van opgaande beplanting op of direct aangrenzend aan het erf.
extensieve vorm van dagrecreatie, zoals wandelen, fietsen, vissen, picknicken en paardrijden, inclusief naar de aard en omvang daartoe behorende voorzieningen, zoals picknicktafels en informatieborden, waarbij de recreatievorm geen specifiek beslag legt op de ruimte;
het toevoegen van een woning op een locatie van een voormalig agrarisch bedrijf.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
Een accommodatie met ten minste twintig slaapplaatsen die logies overwegend aan personen in groepsverband (geen gezinsverband zijnde) verstrekt, met slaapgelegenheid in kamers, die gasten mogelijk met 'vreemden' moeten delen.
gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
het gebruik van bestaande, voormalig agrarische, gebouwen voor een andere functie.
een bedrijf gericht op één of meer van de navolgende bedrijfsmatige activiteiten:
niet zijnde discotheken, casino's en coffeeshops.
horeca 1:
een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het verstrekken van nachtverblijf, al dan niet in combinatie met het exploiteren van zaalaccommodaties, en waarbij het verstrekken van voedsel en dranken daaraan ondergeschikt is, zoals een hotel of pension;
horeca 2:
een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van al dan niet ter plaatse bereide etenswaren ten behoeve van consumptie ter plaatse, alsmede het daaraan ondergeschikt verstrekken van alcoholhoudende en niet-alcoholhoudende dranken, al dan niet in combinatie met het verstrekken van nachtverblijf en/of zaalverhuur, zoals een (hotel)restaurant, pannenkoekenhuis, eetcafé en pizzeria, uitgezonderd een maaltijdafhaalcentrum;
horeca 3:
een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse bereide snacks, ijs en kleine maaltijden voor consumptie, zowel ter plaatse als elders, met daaraan ondergeschikt het verstrekken van dranken, zoals een snackbar, cafetaria, maaltijdafhaalcentrum, lunchroom en ijssalon;
horeca 4:
een bedrijf dat in hoofdzaak gericht is op het bedrijfsmatig verstrekken van overwegend alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse, al dan niet in combinatie met kleine etenswaren en het exploiteren van zaalaccomodaties, zoals een café;
tenten, tentwagens, toercaravans en kampeerauto's of hiermee gelijk te stellen onderkomens, die bestemd zijn voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben;
een traditionele boerderij, waarvan de originele kenmerken in hoofdzaak nog aanwezig zijn en welke is gebouwd volgens de principes van de hallenhuisboerderij;
een object waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risico-afstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
Landschapsversterking vindt plaats buiten het erf, met als doel de gewenste karakteristieken en kwaliteiten van het landschap te versterken. Het betreft bijvoorbeeld de aanleg van paden, lanen, bossen en houtwallen.
het bieden van zorg aan een ieder die aantoonbaar hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband, meer dan 8 uur per week en langer dan 6 maanden;
een activiteit van beperkte bedrijfsmatige en/of ruimtelijke omvang zodat de functie waaraan zij wordt toegevoegd, qua aard, omvang en verschijningsvorm, als hoofdfunctie duidelijk herkenbaar blijft;
voorzieningen ten behoeve van algemeen nut in ruime zin zoals: voorzieningen / installaties ten behoeve van gas, water en elektriciteit, signaalverdeling, telecommunicatieverkeer, waterzuivering, waterbeheersing, waterhuishouding, vuil- en afvalverwerking, compostering, wijkverwarming, milieuvoorzieningen e.d;
niet-zelfstandige detailhandel, die wordt of is gerealiseerd binnen een andere hoofdfunctie en daar naar oppervlakte en ruimtelijke uitstraling ondergeschikt aan is, welke uitsluitend toegankelijk is via de hoofdfunctie en waarvan de openingstijden zijn aangepast aan de openingstijden van de hoofdfunctie;
horeca die onlosmakelijk is verbonden met de bestemming van een perceel en daaraan ondersteunend is, en dus niet geldt voor zelfstandige feesten, partijen en soortgelijke activiteiten;
gemiddelde hoogte van aan het bouwwerk aansluitende afgewerkte terrein;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
ter plaatse van de aanduiding 'relatie' wordt de verbinding aangegeven tussen twee of meer afzonderlijk begrensde bouwvlakken of bestemmingsvlakken, inclusief de daaraan toegekende aanduidingen waarmee die bouwvlakken of bestemmingsvlakken één vlak vormen;
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater, een parenclub, een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
een kampeermiddel in de vorm van een caravan of soortgelijk onderkomen op wielen dat, mede gelet op de afmetingen, kennelijk niet bestemd is om regelmatig en op normale wijze op verkeerswegen over grotere afstanden als aanhangels van een auto te worden voortbewogen;
een vorm van recreatief nachtverblijf, waarbij sprake is van overnachtingen anders dan met gebruikmaking van een hotel, pension of woning dan wel een vaartuig.
de naar de openbare weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, die gevel die kennelijk als zodanig moet worden aangemerkt;
denkbeeldige lijn getrokken langs de voorgevel van een gebouw en het verlengde daarvan;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden dan wel inwoning.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse hoofdgevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Het aantal woningen mag niet meer bedragen dan 1 per bestemmingsvlak.
In de bestemming is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en 100% van de vloeroppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt met een gezamenlijk maximum van 50 m². De activiteit mag niet leiden tot belemmeringen voor de omliggende functies en geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer. Ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein.
Voor het bouwen van bouwwerken gelden de volgende regels:
Bouwwerken | Maximale goothoogte in m | Maximale bouwhoogte in m | Maximale oppervlakte in m² | Maximale inhoud in m³ |
Woning | bestaand | bestaand | bestaand | bestaand |
Bijbehorende bouwwerken bij de woning | 4 | 6 | 40, met dien verstande dat het achtererfgebied voor niet meer dan 50% mag worden bebouwd. | |
Bijbehorend bouwwerk voor groepsaccomodatie ter plaatse van de aanduiding 'groepsaccomodatie' | bestaand | bestaand | bestaand | bestaand |
Erf- en terreinafscheidingen |
2 | |||
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde | 2,5 | |||
Onder strijdig gebruik met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:
mits geen onevenredige aantasting ontstaat van:
e. lid 3.1 ten behoeve van het toestaan van een andere nevenactiviteit dan groepsaccommodatie, welke nevenactiviteiten zijn genoemd in de in Bijlage 2 opgenomen Indicatieve bedrijvenlijst, met dien verstande dat:
1. de nevenactiviteit plaatsvindt in het bestaande gebouw voor groepasaccommodatie waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw voor de nieuwe nevenactiviteit niet mag worden uitgebreid.
2. ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - gelders natuur netwerk' zijn enkel de functies verblijfsrecreatie/toerisme, en dagrecreatie/toerisme toegestaan;
3. buitenopslag en -uitstalling niet is toegestaan;
4. uit een door het college goedgekeurd plan voor erfinpassing blijkt dat het erf en de omliggende gronden landschappelijk worden versterkt;
5. het gebruik geen nadelige invloed mag hebben op de verkeersafwikkeling, casu quo niet onevenredig veel extra verkeer wordt aangetrokken;
6. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de milieusituatie.
De voor 'Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Het bepaalde in 4.2.1 onder a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit nader onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Erfgoedwet bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
waarbij geldt dat de vergunningplicht voor sub b tot en met h geldt voor werkzaamheden dieper dan 30 cm onder het maaiveld en voor een oppervlakte van meer dan 100 m2.
Het in 4.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de in 4.4.1 genoemde omgevingsvergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
De voor 'Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van te verwachten archeologische waarden in de bodem.
Ten aanzien van het oprichten van bebouwing gelden de volgende regels:
Het bepaalde in 5.2.1 onder a geldt niet indien:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bouwwerken, de inrichting en het gebruik van gronden, indien uit nader onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn. De nadere eisen zijn er op gericht de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) te behouden.
Onverminderd het in de Erfgoedwet bepaalde is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
waarbij geldt dat de vergunningplicht voor sub b tot en met h geldt voor werkzaamheden dieper dan 30 cm onder het maaiveld en voor een oppervlakte van meer dan 2.500 m2.
Het in 5.4.1 opgenomen verbod geldt niet:
Ten aanzien van de in 5.4.1 genoemde omgevingsvergunning gelden de volgende beoordelingscriteria:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen door:
de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 2' te wijzigen in 'Waarde - Archeologisch waardevol gebied 1 of 'Waarde - Archeologisch waardevol gebied 2' met de daarbij behorende regels, indien uit nader archeologisch onderzoek blijkt dat ter plaatse behoudenswaardige archeologische waarden aanwezig zijn.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
zijn tevens bestemd ten behoeve van het verkeers- en/of waterschapsbelang;
Afwijken bij een omgevingsvergunning
mits er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de verkeersveiligheid en het verkeers- en/of waterschapsbelang
Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden
Binnen het plangebied mag, tenzij anders is aangegeven in de regels, onder gebouwen ondergronds worden gebouwd, onder de volgende voorwaarden:
Onder strijdig gebruik met de bestemmingen van het bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van de regels in artikel 3 'Wonen', ten behoeve van het realiseren van een paardenbak buiten het bestemmingsvlak van de bestemming 'Wonen', met dien verstande dat:
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan ten behoeve van:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het Wijzigingsplan Vrakkinkweg 4 Groenlo.