Plan: | Buitengebied 1995, herziening Boerijendijk 12 te Groenlo |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1586.BPBUI070-VG05 |
Op 26 mei 2009 is er voor de inrichting aan de Boerijendijk 12 te Groenlo een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend. Ingevolge deze vergunning mogen de navolgende dieren en dierenaantallen in de inrichting worden gehouden:
Diersoort | aantal | Categorie Rav | emissie per dierplaats in kg NH3/jr | totale emissie kg NH3/jr |
Kraamzeugen, luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch gecombineerd luchtwassysteem 85% met chemische wasser (lamellenfilter) en waterwasser | 96 | D 1.2.17.1 | 1,25 | 120,0 |
Guste/dragende zeugen, luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch gecombineerd luchtwassysteem 85% met chemische wasser (lamellenfilter) en waterwasser | 253 | D 1.3.12.1 | 0,63 | 159,4 |
Vleesvarkens, gedeeltelijk roostervloer, mestkelders met (water- en) mestkanaal, mestkanaal met schuine putwand met metalen driekantrooster op het mestkanaal, emitterend mestoppervlak maximaal 0,18 m2 | 672 | D 3.2.7.1.1 | 1,0 | 672,0 |
Vleesvarkens, gedeeltelijk roostervloer, hok met gescheiden mestkanalen, hokoppervlak groter dan 0,8 m2 | 450 | D 3.2.11.2 | 2,5 | 1.125,0 |
Vleesvarkens, gedeeltelijk roostervloer, mestkelders met (water- en) mestkanaal, mestkanaal met schuine putwand met roosters anders dan metalen driekant op het mestkanaal, emitterend mestoppervlak max. 0,18 m2 | 2.015 | D 3.2.7.2.1 | 1,2 | 2,418,0 |
Vleesvarkens, overige huisvestingssystemen, hokoppervlak maximaal 0,8 m2 | 796 | D 3.4.1 | 2,5 | 1.990,0 |
Dekberen, luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch gecombineerd luchtwassysteem 85% met chemische wasser (lamellenfilter) en waterwasser | 2 | D 2.4.1 | 0,83 | 1,7 |
Gespeende biggen, opfokhok met schuine putwand, hokoppervlak groter dan 0,35 m2, emitterend mestoppervlak groter dan 0,07 m2, echter kleiner dan 0,10 m2, in grote groepen, vanaf 30 biggen, gehuisvest | 690 | D.1.1.12.3 | 0,18 | 124,2 |
Gespeende biggen, luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch gecombineerd luchtwassysteem 85% met chemische wasser (lamellenfilter) en waterwasser, hokoppervlak max. 0,35 m2 | 540 | D 1.1.15.1.1 | 0,09 | 48,6 |
Vleesvarkens, luchtwassysteem anders dan biologisch of chemisch gecombineerd luchtwassysteem 85% met chemische wasser (lamellenfilter) en waterwasser, hokoppervlak groter dan 0,8 m2 | 180 | D 3.2.15.1.2 | 0,53 | 95,4 |
Totaal: | 6754,3 |
Op 1 januari 2007 is de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) in werking getreden (Staatsblad 671, 2006). Deze wet vormt het toetsingskader voor de milieuvergunning als het gaat om geurhinder vanwege dierenverblijven van veehouderijen. Daarnaast is de Regeling geurhinder en veehouderij in werking getreden.
De Wet geurhinder en veehouderij geeft normen voor de geurbelasting die een veehouderij mag veroorzaken op een geurgevoelig object. De geurbelasting wordt berekend en getoetst met het verspreidingsmodel V-Stacks vergunning. Dit geldt alleen voor dieren waarvoor geuremissiefactoren zijn opgenomen in de Regeling geurhinder en veehouderij.
In de inrichting worden dieren gehouden waarvoor bij ministeriële regeling geuremissiefactoren zijn vastgesteld. Met behulp van het verspreidingsmodel V-Stacks vergunning kan een berekening worden gemaakt van de verspreiding van geur vanuit een bedrijf. Het rekenresultaat is de geurbelasting op in de nabije omgeving gelegen geurgevoelige objecten. Het rekenprogramma toetst of de berekende geurbelasting voldoet aan de gestelde geurnorm zoals gesteld in de Wet geurhinder en veehouderij en/of aan de Verordening geurhinder en veehouderij gemeente Oost Gelre 2008 welke op 12 maart 2008 is vastgesteld. In het onderhavige geval is getoetst aan de geurnorm 14,0 odourunits per kubieke meter lucht (binnen een concentratiegebied doch buiten de bebouwde kom) en 5,0 odourunits per kubieke meter (binnen de bebouwde kom van Groenlo)
Uit de berekening blijkt dat de geurbelasting de emissiegrens van 5,0 en 14,0 odourunits per kubieke meter lucht op de dichtstbijzijnde geurgevoelige objecten niet overschrijdt.
Uit bovenstaande blijkt dat de individuele geurhinder acceptabel is. De geurberekening is bijgevoegd.
Omgekeerde werking
Indirect heeft de Wgv consequenties voor de ruimtelijke ordening, oftewel de 'omgekeerde werking'. Voor het beoordelen van ruimtelijke plannen moet een toets op de 'omgekeerde werking' van de Wgv worden uitgevoerd. De 'Handreiking Wgv paragraaf 3.4, Beoordeling ro-plannen, (SenterNovem, d.d. 23-05-2007)' beschrijft de wijze waarop dit moet gebeuren.
Verordening geurhinder en veehouderij met bijbehorende Gebiedsvisie Oost Gelre (1-11-2007)
In de gemeente Oost Gelre is de Verordening geurhinder en veehouderij met bijbehorende Gebiedsvisie Oost Gelre (1-1-2007) opgesteld. De geursituatie van de veehouderijen in Oost Gelre zijn in deze gebiedsvisie betrokken. Op basis hiervan heeft de gemeente afwegingen gemaakt en de voorkeur gegeven aan o.a. een hogere norm rond de kernen van Groenlo, Lievelde en Vragender (respectievelijk 5 ouE/m3, 7 ouE/m3 en 7 ouE/m3). Hiermee is voldaan aan de eis van de Wgv om rekening te houden met de huidige en te verwachten geursituatie in het gebied.
In de Gebiedsvisie Oost Gelre is aangegeven dat uit de uitgevoerde berekeningen van de achtergrondwaarden blijkt dat het leefklimaat in en rondom de kernen van Oost Gelre als redelijk tot goed kan worden bestempeld. Uit de verordening blijkt dat het leefklimaat ten oosten van Groenlo als goed kan worden bestempeld.
V-Stacks gebied
In de directe nabijheid van onderhavig plangebied zijn enkele andere grote agrarische bedrijven gelegen. Om te bepalen of het leefklimaat in en rondom de dichtstbijzijnde kern zijnde Groenlo blijft gehandhaafd is een cumulatieve geurberekening gemaakt.
Voor de contourberekening moeten brongegevens worden ingevoerd zoals de ligging, hoogte en diameter van de emissiepunten, de uittreesnelheid en de gebouwhoogte. Het is volgens de handreiking mogelijk om hiervoor de gegevens conform de vergunde situatie aan te houden, dit geeft de 'vergunde contour' of om hiervoor 'worstcase' uitgangspunten aan te nemen, wat een aanzienlijk grotere contour oplevert, of iets daar tussen in, bijvoorbeeld de vergunde situatie plus de redelijkerwijs te verwachten ontwikkelingen.
In onderhavige inrichting zullen dieren worden gehouden waarvoor bij ministeriële regeling geuremissiefactoren zijn vastgesteld. Met behulp van het verspreidingsmodel V-Stacks gebied is een berekening gemaakt. Hierbij is uitgegaan van de 'worstcase scenario' door de in te voeren parameters (schoorsteenhoogte, gebouwhoogte, uittreesnelheid, diameter van een bron) op nul te stellen en de hoekpunten van het bouwblok als uitgangspunt te nemen.
Uit een indicatieve worstcase berekening met V-Stacks gebied blijkt dat het leefklimaat ten oosten van Groenlo ongewijzigd blijft. Deze berekening is, net als de cumulatieve berekening, als bijlage bijgevoegd.
Conclusie
Volgens de uitgangspunten van de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) heeft het vergroten van het agrarisch bouwperceel geen gevolgen voor de omliggende geurgevoelige objecten.