Middenlaan 1 te Doorn

4.2 Uitgangspunten voor de stedenbouwkundig en landschappelijke inpassing

Het plangebied bevindt zich in de overgangszone naar het bosgebied ten westen van Doorn. Dat betekent dat ter plaatse diverse functies voorkomen; maar met name de woonfunctie is hier sterk vertegenwoordigd. De bebouwing bestaat veelal uit afzonderlijke bouwvolumes met een wisselende rooilijn in de richting van de N225. De hoogte van de bebouwing varieert maar is in overwegende mate niet hoger dan twee lagen met een kap. Dit gegeven is als uitgangspunt voor het plan gehanteerd.

Het perceel wordt gekenmerkt door een afwisseling van open, halfopen tot gesloten bosachtige groenstructuren, die op de meest plaatsen gedomineerd worden door bomen van uiteenlopende soorten en afmetingen. In het verleden vormde het perceel een onderdeel van de gronden rond Villa Buitenzorg en later Villa Berkenheuvel. Beide villa's zijn inmiddels verdwenen. In de naoorlogse tijd is een bungalow centraal in het perceel gebouwd. Dit gebouw is gebouwd door de bekende architect F.J.C. van der Vegt, maar heeft bouwtechnisch gezien op dit moment geen waarde meer.

Aan het groen en met name aan de bomen is al sinds langere tijd geen onderhoud meer uitgevoerd. Dit heeft vooral in het bosachtige gedeelte ten noorden van de huidige villa tot een kwalitatieve achteruitgang geleid. Hierdoor hebben diverse bomen een matige tot slechte conditie, en is er sprake van problemen in de kroonstructuur. In sommige gevallen betreft dit bomen, die als gevolg van scheefstand of een ongunstige ontwikkeling enige impact op aangrenzende kavels (kunnen) hebben. Ondanks de diverse aandachtspunten betreffende beheer en onderhoud is er echter sprake van een perceel met aanzienlijke boom(technische) waarde. Er staan meerdere grote bomen van goede kwaliteit, die binnen de gemeente als zeer waardevol worden beschouwd.

Door de ligging van het perceel aan de cultuurhistorisch belangrijke Stichtse Lustwarande is het uitgangspunt voor een herontwikkeling duidelijk: de bestaande (groene) kwaliteiten dienen zo veel mogelijk behouden en waar mogelijk versterkt te worden. Dit uitgangspunt vormt tevens de basis voor het opstellen van een Bomen Efect Analyse en de zonering van het plangebied.

Voor de uitkomsten van de Bomen Effect Analyse wordt verwezen naar paragraaf 5.9.