direct naar inhoud van Artikel 3 Tuin
Plan: Middenlaan 1 te Doorn
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1581.bpDOOmiddenlaan1-va02

Artikel 3 Tuin

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Tuin" aangewezen gronden zijn uitsluitend bestemd voor:

  • a. tuinen met daarbij behorende voorzieningen zoals perceelontsluitingen, paden, parkeervoorzieningen en waterhuishoudingvoorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bos' uitsluitend:
    • 1. bos en bebossing;
    • 2. de instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende dan wel daaraan eigen natuur- en landschapswaarden;
    • 3. met daarbij behorende voorzieningen zoals (ontsluitings)wegen, paden en waterhuishoudingvoorzieningen.

3.2 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde (niet zijnde overkappingen) gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan hieronder is aangegeven:

Bouwwerken, geen gebouw zijnde (niet zijnde overkappingen)   Maximale
bouwhoogte  
erf- en terreinafscheidingen die worden geplaatst voor de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw   1 meter  
erf- en terreinafscheidingen die worden geplaatst achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw   2 meter  
vlaggenmasten   6 meter  
overige bouwwerken, geen gebouw zijnde (niet zijnde overkappingen)   3 meter  

3.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3.3.1 Verbod

Ter plaatse van de aanduiding 'bos' is het verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  • a. het ontginnen, afgraven, verlagen, ophogen of egaliseren van de bodem;
  • b. het uitvoeren van heiwerk, geen bouwwerk zijnde, of op andere wijze indringen van voorwerpen in de bodem;
  • c. het graven, dempen, dan wel verdiepen, vergroten, of op andere wijze herprofileren van waterlopen, sloten en greppels;
  • d. het verlagen van de waterstand anders dan door sloten/greppels of drainage met uitzondering van grondwateronttrekkingen;
  • e. het vellen of rooien van bos en/of het verwijderen van houtopstanden;
  • f. het verwijderen van natuur- en landschapselementen;
  • g. het verwijderen van perceelsindelingen, paden en onverharde wegen;
  • h. het aanleggen en/of verharden van wegen, paden en parkeergelegenheden waaronder ook begrepen het aanbrengen van oppervlakteverhardingen, met uitzondering van het aanleggen van kavelpaden en verhardingen ten behoeve van in- en uitritten.

3.3.2 Uitzonderingen

Het in 3.3.1 bedoelde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  • a. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden;
  • b. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het inwerkingtreden van het plan.

3.3.3 Toelaatbaarheid

De werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in lid 3.3.1, zijn slechts toelaatbaar, indien:

  • a. door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, één of meer natuur- en landschapwaarden van de betreffende gronden, niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en
  • b. door aanvrager een rapport is overgelegd waarin de natuur- en landschapwaarden van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld.