direct naar inhoud van Artikel 3 Waarde - Archeologie
Plan: Manger Cats 2009 herziening 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1581.bpDBGmangercatsher-va01

Artikel 3 Waarde - Archeologie

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden van de gronden.

3.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

3.2.1 Bouwen van gebouwen en bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in 3.1 mogen, ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemming(en) geen bouwwerken en/of ondergrondse bouwwerken worden gebouwd, voor zover de oppervlakte van deze bouwwerken meer dan 100 m² bedraagt.

3.2.2 Uitzonderingen bouwregels

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor bouwwerken en/of ondergrondse bouwwerken ten behoeve van secundaire bestemmingen mits de archeologische waarden van de gronden niet onevenredig worden aangetast.

3.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
3.3.1 Verbod

Op de voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden is het verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken en/of werkzaamheden uit te laten voeren:

  • a. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,3 meter onder het maaiveld zoals afgraven, diepploegen, egaliseren, frezen, scheuren van grasland, aanleg of rooien van bos, boomgaard of diepwortelende beplanting, aanbrengen van oppervlakteverhardingen, aanleggen van drainage, verwijderen van funderingen;
  • b. het graven, dempen danwel verdiepen, vergroten, af anderszins herprofileren van waterlopen, sloten en greppels;
  • c. het aanleggen van leidingen dieper dan 0,3 meter onder het maaiveld.

3.3.2 Uitzonderingen

Het onder 3.3.1 gestelde verbod geldt niet voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden, die:

  • a. het normale beheer en onderhoud betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn, danwel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan.

3.3.3 Toelaatbaarheid

Een werk, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden als bedoeld in 3.3.1 , zijn naar het oordeel van het bevoegd gezag slechts toelaatbaar, indien:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud en de bescherming van archeologische waarden van de gronden;
  • b. alvorens over de aanvraag wordt beslist, dient de aanvrager een rapport te overleggen waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld;
  • c. een rapport is niet noodzakelijk indien naar het oordeel van het bevoegd gezag de archeologische waarde van het terrein in andere beschikbare informatie afdoende is vastgesteld. Deze informatie wordt dan als een rapport beschouwd.
3.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen zodanig dat de bestemming Waarde - Archeologie komt te vervallen, indien als gevolg van een nader archeologisch onderzoek is gebleken dat de archeologische waarden van de gronden niet behoudenswaardig zijn of niet langer aanwezig.