direct naar inhoud van REGELS
Plan: Bataviakwartier
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0995.BP00052-VG01

REGELS

Hoofdstuk 1 INLEIDENDE REGELS

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan:

het bestemmingsplan Bataviakwartier met identificatienummer NL.IMRO.0995.BP00052-VG01 van de gemeente Lelystad;

1.2 bestemmingsplan:

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;

1.3 aanduiding:

een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;

1.4 aanduidingsgrens:

de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

1.5 ambulante handel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden van goederen vanuit een niet-permanent verkooppunt zoals een marktkraam of een verkoopwagen, waaronder in elk geval geen gebouwen worden begrepen;

1.6 bebouwing:

één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

1.7 benzineservicestation:

een langs een openbare weg gesitueerd bedrijf, gericht op het bedrijfsmatig aan bestuurders van gemotoriseerde voertuigen te koop aanbieden, verkopen en leveren van motorbrandstoffen en bijbehorende serviceartikelen, zoals motorolie en schoonmaakartikelen, alsmede lectuur, kleine etenswaar en niet-alcoholische dranken;

1.8 bestemmingsgrens:

de grens van een bestemmingsvlak;

1.9 bestemmingsvlak:

een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

1.10 bouwen:

het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;

1.11 bouwgrens:

de grens van een bouwvlak;

1.12 bouwperceel:

een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

1.13 bouwperceelgrens:

de grens van een bouwperceel;

1.14 bouwvlak:

een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;

1.15 bouwwerk:

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

1.16 bruto verkoop vloeroppervlakte:

de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor het uitoefenen van een winkelbedrijf, horeca en/of ondersteunende functies inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke, ten dienste van de betreffende winkels en horeca;

1.17 bunkerstation annex watersportwinkel

een afgemeerd schip dat dienst doet als tankstation voor de scheepvaart, waar naast de verkoop van brandstoffen, smeeroliën en -vetten ook de verkoop van primaire watersportartikelen en primaire levensbehoeften is toegestaan;

1.18 congrescentrum:

een gebouw waarin ten minste één grote zaal is waar een congres of vergadering gehouden kan worden, waarbij tevens maaltijden en dranken worden verstrekt aan de bezoekers van een congres of vergadering;

1.19 dagelijkse goederen:

voedings- en genotmiddelen en artikelen op het gebied van persoonlijke verzorging;

1.20 detailhandel:

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

1.21 discotheek:

een horecabedrijf dat voornamelijk is gericht op het verstrekken van dranken, waar tevens de gelegenheid wordt geboden tot dansen;

1.22 erotisch getinte vermaaksfunctie:

een vermaaksfunctie welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;

1.23 fabrikant:

de producent of merkvoerder, groothandel of importeur/agent/licentiehouder;

1.24 factory outlet:

een fabrieksverkoopformule die de reguliere detailhandel aanvult en die fabrikanten de gelegenheid biedt om in een outletvestiging rechtstreeks, zonder inschakeling van de tussenhandel, uitsluitend outletproducten te verkopen aan consumenten die deze goederen kopen voor gebruik of aanwending anders dan in uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit en die bereid zijn om hiervoor een grote afstand af te leggen;

1.25 Factory Outlet Village:

een gespecialiseerd en hoogwaardig koopjescentrum waarin fabrieksverkoop volgens het factory outlet concept is gevestigd;

1.26 gebouw:

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

1.27 grootschalige detailhandel:

geconcentreerde grootschalige detailhandelsvestiging, waaronder in ieder geval wordt begrepen:

  • a. detailhandel in volumineuze goederen: detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor uitstalling, zoals de verkoop van auto's, boten en caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair;
  • b. bouwmarkt: detailhandel met een al dan niet geheel overdekt vloeroppervlak van minimaal 500 m2, waarop het volledige assortiment van bouw- en doe-het-zelf producten uit voorraad wordt aangeboden, zowel aan vakman als particulier;
  • c. grootschalige detailhandel in meubelen en woninginrichting: detailhandel in meubelen en artikelen ten behoeve van inrichting van een woning en daarmee rechtstreeks samenhangende artikelen met een minimum verkoopvloeroppervlak van 500 m2;

1.28 hoofdgebouw:

een gebouw dat op een bouwperceel, door zijn functie, constructie en/of afmetingen, als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;

1.29 horecabedrijf:

een bedrijf, waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;

1.30 hotel:

een horecabedrijf waar tegen vergoeding, naast logies ook maaltijden en dranken kunnen worden verstrekt;

1.31 kampeermiddel:

een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;

1.32 kiosk/paviljoen:

een permanent aanwezige ruimte bestemd voor:

  • a. het bedrijfsmatig aan de eindconsument verstrekken van eenvoudige etenswaren en niet-alcoholische dranken en alcoholische dranken;
  • b. de verkoop van bloemen, kranten en dergelijke;
  • c. de uitoefening van kleinschalige ambachtelijke bedrijvigheid, waarbij als ondergeschikte functie de verkoop van ter plaatse vervaardigde goederen is toegestaan;

1.33 leisure:

grootschalige voorzieningen op het vlak van vrije tijd, sport en recreatie, zoals musea, expositieruimte en dergelijke;

1.34 nutsvoorziening:

een voorziening ten behoeve van de telecommunicatie en de gas-, water- en elektriciteitsdistributie, alsmede soortgelijke voorzieningen van openbaar nut, waaronder in ieder geval worden begrepen transformatorhuisjes, pompstations, gemalen, telefooncellen en zendmasten;

1.35 ondersteunende functies:

informatieve functies (bijvoorbeeld VVV, ANWB) en overige functies, zoals een crèche of speelplaats;

1.36 outletproducten:

producten die afwijken van de standaardkwaliteit en/of niet (meer) onder de gangbare voorwaarden via de reguliere detailhandel kunnen worden afgezet en/of in de afgelopen periode van drie maanden niet meer aan de reguliere detailhandel zijn aangeboden en/of niet meer door de reguliere detailhandel direct zijn afgenomen en waarvan de prijzen minimaal 30% onder de gangbare verkoopprijzen zullen liggen;

1.37 outletvestiging:

merkgebonden vestiging met één of meerdere merken die behoren tot de hogere marktsegmenten;

1.38 overkapping:

een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder wanden dan wel met ten hoogste één wand;

1.39 peil:
  • a. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst:
    • 1. de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang;
  • b. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst:
    • 1. de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;

1.40 permanente bewoning:

bewoning als hoofdverblijf binnen de vaste woonplaats;

1.41 prostitutie:

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

1.42 recreatievoorziening:

een al dan niet gebouwde of aangelegde voorziening die gericht is op ontspanning in de vrije tijd;

1.43 seksinrichting:

een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

1.44 supermarkt:

een gebouw, dat een ruimte omvat, welke door haar indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel in voedings- en genotmiddelen;

1.45 verkoopvloeroppervlakte:

de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten behoeve van de detailhandel;

1.46 winkel:

een gebouw dat een ruimte omvat, welke door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel.

1.47 woonboot

elk vaar- en/of drijftuig, dat uitsluitend of in hoofdzaak bestemd is tot dag- en/of nachtverblijf van één of meerdere personen, voor zover dit niet als bouwwerk is aan te merken.

Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:

2.1 de bouwhoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een ander bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

2.2 de goothoogte van een bouwwerk:

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

2.3 de inhoud van een bouwwerk:

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

2.4 de oppervlakte van een bouwwerk:

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

Hoofdstuk 2 BESTEMMINGSREGELS

Artikel 3 Bedrijf - Telecommunicatietoren

Link naar de toelichting op de bestemming "Bedrijf - Telecommunicatietoren".

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Bedrijf - Telecommunicatietoren" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een telecommunicatietoren;

met daaraan ondergeschikt:

  • b. diensten op het gebied van data-opslag;

met de daarbij behorende:

  • c. gebouwen;
  • d. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • e. werken, geen bouwwerken zijnde.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van de telecommunicatietoren mag niet meer bedragen dan 200 m;
  • b. de bouwhoogte van overige gebouwen mag niet meer bedragen dan 15 m;
  • c. het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan het ter plaatse van de aanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" aangegeven percentage.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

Artikel 4 Detailhandel - Factory outlet village

Link naar de toelichting op de bestemming "Detailhandel - Factory outlet village".

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Detailhandel - Factory outlet village" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een factory outlet village;
  • b. (gebouwde) parkeervoorzieningen;
  • c. ondersteunende functies, detailhandel en horeca, voor zover gerelateerd aan en ondergeschikt aan de functie genoemd onder a;

met daaraan ondergeschikt:

  • d. groenvoorzieningen;
  • e. verkeersvoorzieningen;
  • f. nutsvoorzieningen;

met de daar bijbehorende:

  • g. gebouwen;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder reclamepalen;
  • i. werken, geen bouwwerken zijnde.

4.2 Bouwregels
4.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van een gebouw mag niet meer dan 15 m bedragen.

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen rondom de factory outlet village mag niet meer dan 6,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten en reclamepalen mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen.

4.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gebouwen over een grotere bruto verkoopvloeroppervlakte ten behoeve van factory outlet, horeca en ondersteunende functies dan in bijgaande tabel is aangegeven:

Functie   Totaal  
Factory Outlet   23.919 m²  
Horeca   2.253 m²  
Totaal   26.172 m²  

  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor grootschalige detailhandel;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken voor een hotel, een congrescentrum of een discotheek;
  • d. het gebruik van gronden en bouwwerken voor detailhandel in dagelijkse goederen, waaronder een supermarkt en verkooppunten van levensmiddelen zoals slagers, bakkers, groente- en fruitzaken.

Artikel 5 Gemengd

Link naar de toelichting op de bestemming "Gemengd".

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Gemengd" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een wegrestaurant;
  • b. een benzineservicestation, met uitzondering van LPG-installaties;
  • c. een partycentrum;
  • d. verkeers- en parkeervoorzieningen;

met daaraan ondergeschikt:

  • e. groenvoorzieningen;
  • f. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • g. gebouwen;
  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • i. werken, geen bouwwerken zijnde.

5.2 Bouwregels
5.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer dan 15 m bedragen;
  • b. het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan het ter plaatse van de aanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" aangegeven percentage;
  • c. het bouwen van (ondergrondse) parkeergarages is toegestaan.

5.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

5.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de in lid 5.1 genoemde doeleinden worden gewijzigd in vergelijkbare weggerelateerde voorzieningen of leisure-activiteiten, met dien verstande dat recreatie-activiteiten als bedoeld in bijlage 1 niet zijn toegestaan.

Artikel 6 Groen

Link naar de toelichting op de bestemming "Groen".

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Groen" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. water en waterhuishouding;
  • c. verblijfsdoeleinden;
  • d. langzaamverkeersverbindingen;
  • e. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen ten behoeve van langzaamverkeersverbindingen, kunstobjecten en bouw- en reclameborden;
  • g. werken, geen bouwwerken zijnde.

6.2 Bouwregels
6.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van bruggen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 5 m bedragen.

Artikel 7 Recreatie

Link naar de toelichting op de bestemming "Recreatie".

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Recreatie" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. musea en expositieruimten, waaronder replica's van schepen;
  • b. wetenschappelijke onderzoeksinstituten met een semi-openbaar karakter, die tevens een educatieve doelstelling hebben;
  • c. recreatievoorzieningen, met uitzondering van recreatie-activiteiten als bedoeld in bijlage 1;
  • d. leisure-activiteiten;
  • e. een horecabedrijf, eventueel met bierbrouwerij;
  • f. detailhandel, voor zover gerelateerd aan en ondergeschikt aan de functies genoemd onder a, c, d en e;
  • g. dienstverlening en horeca, voor zover gerelateerd aan en ondergeschikt aan de functies genoemd onder a, c en d;
  • h. kinderopvang;
  • i. (gebouwde) parkeervoorzieningen;

met daaraan ondergeschikt:

  • j. verkeersvoorzieningen;
  • k. groenvoorzieningen;
  • l. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • m. gebouwen;
  • n. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder reclamepalen;
  • o. werken, geen bouwwerken zijnde.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van een gebouw mag niet meer dan 15 m bedragen;
  • b. het bebouwingspercentage van het bestemmingsvlak mag niet meer bedragen dan het ter plaatse van de aanduiding "maximum bebouwingspercentage (%)" aangegeven percentage.

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten en reclamepalen mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van replica's van schepen mag niet meer dan 25 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen.

7.3 Specifieke gebruiksregels
7.3.1 Toegestaan gebruik

Onder een strijdig gebruik wordt niet verstaan:

  • het gebruik van gronden en bouwwerken ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - bataviawerf" voor het houden van bruiloften en partijen.

7.3.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van de gebouwen over een grotere bruto verkoopvloeroppervlakte van de functie als bedoeld in lid 7.1 onder e dan 2000 m², met dien verstande dat daarvan de bruto verkoopvloeroppervlakte voor horeca ten hoogste 500 m² mag bedragen;
  • b. het gebruik van gronden en bouwwerken voor grootschalige detailhandel;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken voor een hotel, congrescentrum of een discotheek.

7.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat het in lid 7.2.1 sub b genoemde bebouwingspercentage wordt gewijzigd, indien zich een activiteit aandient, die om optimaal te kunnen functioneren een groter bebouwingsoppervlak nodig heeft.

Artikel 8 Verkeer

Link naar de toelichting op de bestemming "Verkeer".

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Verkeer" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verkeers- en parkeervoorzieningen;
  • b. langzaamverkeersverbindingen;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. water;
  • e. straatmeubilair;
  • f. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • g. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder bruggen ten behoeve van langzaamverkeersverbindingen;
  • h. werken, geen bouwwerken zijnde.

8.2 Bouwregels
8.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

8.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van bruggen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

Artikel 9 Verkeer - Parkeren

Link naar de toelichting op de bestemming "Verkeer - Parkeren".

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Verkeer - Parkeren" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. parkeervoorzieningen;
  • b. verkeers- en verblijfsdoeleinden;
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • e. gebouwen;
  • f. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder reclamepalen;
  • g. werken, geen bouwwerken zijnde.

9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van een gebouw mag niet meer dan 10 meter bedragen.
     
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van vlaggenmasten en reclamepalen mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

Artikel 10 Verkeer - Verblijf

Link naar de toelichting op de bestemming "Verkeer - Verblijf".

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Verkeer - Verblijf" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsdoeleinden;
  • b. verkeersdoeleinden;
  • c. evenementen;
  • d. groenvoorzieningen;
  • e. water;
  • f. speelvoorzieningen;
  • g. paviljoens / kiosken;
  • h. parkeervoorzieningen;
  • i. ambulante handel;
  • j. nutsvoorzieningen;

met de daarbij behorende:

  • k. gebouwen;
  • l. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • m. werken, geen bouwwerken zijnde.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - activiteitenzone";
  • b. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen mag niet meer bedragen dan 500 m²;
  • d. de oppervlakte per paviljoen / kiosk mag niet meer bedragen dan 50 m², waarbij het is toegestaan twee of meer kiosken aaneen te bouwen.
  • e. ter plaatse van de aanduiding "parkeergarage" mag uitsluitend een (gedeeltelijk) verdiepte parkeervoorziening worden gebouwd ;

10.2.2 Klim- of uitkijktoren

Voor het bouwen van een klim- of uitkijktoren gelden de volgende regels:

  • a. een klim- of uitkijktoren mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - activiteitenzone";
  • b. de bouwhoogte van een klim- of uitkijktoren mag niet meer bedragen dan 20 meter.

10.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van bruggen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

10.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van gronden voor meer dan 2 standplaatsen voor wagens voor ambulante handel.

10.4 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de bestemming "Verkeer - Verblijf" wordt gewijzigd in de bestemming "Recreatie" mits:

  • a. deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aanduiding "wetgevingszone- wijzigingsgebied";
  • b. de regels van artikel 7 van overeenkomstige toepassing zijn;
  • c. de overige gronden met de bestemming "Recreatie" reeds zijn gerealiseerd en zich meer initiatieven aandienen voor de functies die passen binnen de bestemming "Recreatie";
  • d. de gronden voor maximaal 75% worden bebouwd;
  • e. voldoende parkeergelegenheid wordt gerealiseerd.

Artikel 11 Water

Link naar de toelichting op de bestemming "Water".

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Water" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water;
  • b. de bescherming van de instandhoudingsdoelstellingen van het gebied Markermeer ter plaatse van de aanduiding "wetgevingzone - natura 2000" door het treffen van passende maatregelen en het voorkómen van aantasting van de natuurlijke kenmerken van het gebied, zoals nader omschreven in het aanwijzingsbesluit dat is opgenomen in bijlage 2 van de toelichting;
  • c. de waterhuishouding;
  • d. expositieruimtes in replica' s van schepen;
  • e. aanlegplaatsen;
  • f. een bunkerstation annex watersportwinkel ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van water - bunkerstation";
  • g. recreatie;

met de daarbij behorende:

  • h. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waaronder steigers, bruggen, duikers, kaden en keerwanden;
  • i. werken, geen bouwwerken zijnde, waaronder dijken.

11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van lantaarnpalen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van bruggen mag niet meer dan 8 m bedragen;
  • c. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 16 m bedragen;
  • d. de bouwhoogte van replica's van schepen mag niet meer dan 25 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 m bedragen.

11.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • het gebruik van gronden als aanlegplaats voor woonboten en plezierjachten.

Artikel 12 Leiding - Riool

Link naar de toelichting op de bestemming "Leiding - Riool".

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Leiding - Riool" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. een strook ten behoeve van een rioolpersleiding;

met de daarbij behorende:

  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • c. werken, geen bouwwerken zijnde.

12.2 Bouwregels
12.2.1 Algemeen

In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemming mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.

12.2.2 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

12.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,00 m bedragen.

12.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.2.1 in die zin dat de in de basisbestemming genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de leiding;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen van de leidingbeheerder.

12.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
12.4.1 Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het ontginnen, bodemverlagen of afgraven, ophogen of egaliseren van gronden;
  • b. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en bomen;
  • c. het rooien van diepwortelende beplantingen en bomen;
  • d. het aanbrengen van gesloten oppervlakteverhardingen;
  • e. het uitvoeren van heiwerkzaamheden of het op andere wijze indrijven van voorwerpen in de grond.

12.4.2 Uitzondering

Het bepaalde in lid 12.4.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden welke:

  • het normale onderhoud betreffen.

12.4.3 Toetsingscriteria

De in lid 12.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het doelmatig en veilig functioneren van de leiding;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen van de leidingbeheerder.

Artikel 13 Waterstaat - Waterkering

Link naar de toelichting op de bestemming "Waterstaat - Waterkering".

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor "Waterstaat - Waterkering" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. werken ten behoeve van de waterkering en de waterhuishouding;

met de daarbij behorende:

  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals keerwanden en beschoeiingen;
  • c. werken, geen bouwwerken zijnde, zoals taluds, dijken en onderhoudswegen.

13.2 Bouwregels
13.2.1 Algemeen

In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemming mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.

13.2.2 Gebouwen

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

13.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op of in deze gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals keerwanden en beschoeiingen worden gebouwd.

13.3 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 13.2.1 in die zin dat de in de basisbestemming genoemde bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd, mits:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waterkerende functie en de waterhuishouding;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de waterkering.

13.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
13.4.1 Vergunningplicht

Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist:

  • a. het doen van boringen of het indrijven van voorwerpen in de grond;
  • b. het vergraven van de grond;
  • c. het wijzigen van het maaiveldniveau, waaronder ook de waterbodem wordt gerekend;
  • d. het leggen van kabels en leidingen.

13.4.2 Uitzondering

Het bepaalde in lid 13.4.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden welke:

  • het normale onderhoud betreffen.

13.4.3 Toetsingscriteria

De in lid 13.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, mits:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waterkerende functie en de waterhuishouding;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de waterkering.

Hoofdstuk 3 ALGEMENE REGELS

Artikel 14 Anti-dubbeltelbepaling

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Artikel 15 Algemene gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met de bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gronden en bouwwerken voor permanente of recreatieve bewoning;
  • b. het gebruik van gronden voor de opslag van schroot en afbraak- en bouwmaterialen, anders dan ten behoeve van de uitvoering van krachtens de bestemming toegelaten bouwactiviteiten en werken en werkzaamheden;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken voor de stalling en opslag van aan het oorspronkelijk gebruik onttrokken voer-, vaar-, of vliegtuigen;
  • d. het gebruik van gronden voor het storten van puin en afvalstoffen;
  • e. het gebruik van gronden als standplaats voor kampeermiddelen;
  • f. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.

Artikel 16 Algemene aanduidingsregels

16.1 vrijwaringszone - dijk

De als "vrijwaringszone - dijk" aangeduide gronden zijn, naast de voor die gronden aangewezen bestemmingen, tevens bestemd voor:

  • a. een strook ten behoeve van de bescherming, ophoging, verbreding en verbetering van het doelmatig en veilig functioneren van de nabijgelegen waterkering;

met de daarbij behorende:

  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • c. werken, geen bouwwerken zijnde.

16.1.1 Bouwregels
a Algemeen

In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemmingen mogen op of in deze gronden geen bouwwerken worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze gebiedsaanduiding.

b Gebouwen

Ten behoeve van deze gebiedsaanduiding mogen geen gebouwen worden gebouwd.

c Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen bouwen zijnde, geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van deze gebiedsaanduiding, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer te water, mag ten hoogste 2,00 m bedragen.

16.1.2 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 16.1.1 onder a in die zin dat de in de daar voorkomende bestemming(en) genoemde bouwwerken worden gebouwd, mits vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de waterkering.

16.2 vrijwaringszone - straalpad

De als "vrijwaringszone - straalpad" aangeduide gronden zijn naast de voor die gronden aangewezen bestemmingen, tevens bestemd voor:

  • een strook ten behoeve van het doelmatig en ongestoord functioneren van de telecommunicatietoren.

16.2.1 Bouwregels

Voor het bouwen van bouwwerken geldt de volgende regel:

  • de bouwhoogte van bouwwerken, exclusief telecommunicatietoren, ten opzichte van N.A.P. mag niet meer dan 90 m bedragen.

Artikel 17 Algemene afwijkingsregels

Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan het straat- en bebouwingsbeeld, de verkeersveiligheid, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:

  • a. de bij recht in de bestemmingsregels gegeven maten, afmetingen en percentages, tot ten hoogste 10% van die maten, afmetingen en percentages;
  • b. de bestemmingsregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. de bestemmingsregels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot met ten hoogste 20%;
  • d. het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen en toestaan dat de bouwhoogte van de gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen, mits:
    • 1. de maximale oppervlakte van de vergroting ten hoogste 10% van het betreffende bouwvlak zal bedragen;
    • 2. de bouwhoogte leidt tot een bouwhoogte welke ten hoogste 1,25 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw zal bedragen;
  • e. het bepaalde ten aanzien van het bouwen van gebouwen binnen het bouw- c.q. bestemmingsvlak en toestaan dat de grenzen van het bouw- c.q. bestemmingsvlak naar de buitenzijde worden overschreden door:
    • 1. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen en schoorstenen;
    • 2. gevel- en kroonlijsten en overstekende daken;
    • 3. ingangspartijen, luifels, balkons en galerijen;

mits de bouwgrens met niet meer dan 1,50 m wordt overschreden.

Artikel 18 Overige regels

18.1 Nadere eisen

Burgemeester en Wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering van de entrees en de begrenzing van openbare ruimtes, ten behoeve van de waarborging van het stedenbouwkundig beeld.

Hoofdstuk 4 OVERGANGS- EN SLOTREGELS

Artikel 19 Overgangsrecht

19.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • a. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
    • 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.
  • b. Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van sublid a. een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het sublid a. met maximaal 10%.
  • c. Sublid a. is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

19.2 Overgangsrecht gebruik
  • a. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet, behoudens voor zover uit de Richtlijn 79/409/EEG en 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 2 april 1979 inzake het behoud van de vogelstand onderscheidenlijk van 21 mei 1992 inzake de instandhouding van de natuurlijke habitats en de wilde flora en fauna beperkingen voortvloeien ten aanzien van ten tijde van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaand gebruik.
  • b. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sublid a., te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
  • c. Indien het gebruik, bedoeld in sublid a., na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
  • d. Sublid a. is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 20 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan  Bataviakwartier

van de gemeente Lelystad .

Behorend bij het besluit van de gemeenteraad d.d. 31 maart 2015.