direct naar inhoud van 5.1 Beleidskader
Plan: Natuurrealisatie Kraijelheide
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0983.BPL2012001KRAIJEL-VA01

5.1 Beleidskader

5.1.1 Provinciaal beleid

Provinciaal Omgevingsplan Limburg (POL)

De gebiedsontwikkeling Klavertje 4 is verwerkt in de POL-aanvulling Klavertje 4 en vastgesteld in 2009. Bij de POL-actualisatie van 2010 is voornoemde POL-aanvulling Gebiedsontwikkeling Klavertje 4 uit 2009 in het POL2006 geïmplementeerd.

Het doel van POL-aanvulling Klavertje 4 zijn de verschillende ruimteclaims in de regio Greenport Venlo met o.a. bedrijvigheid, glastuinbouw, infrastructuur (Greenportlane), landschap en natuur vastgelegd. De gebiedsontwikkeling heeft een gemeente overstijgend karakter. Door de ontwikkeling van Greenport Venlo op provinciaal niveau te borgen kan het gebied zich optimaal ontwikkelen.

De te wijzigen bestemmingen vallen binnen één van de volgende twee perspectieven: Ecologische Hoofdstructuur (P1); Provinciale Ontwikkelingszone Groen (P2). De perspectieven worden hieronder op hoofdlijnen beschreven.

Ecologische hoofdstructuur (P1):

De Ecologische hoofdstructuur (EHS, P1) omvat bestaande bos- en natuurgebieden, te ontwikkelen nieuwe natuur- en beheersgebieden en water met een specifiek ecologische functie. Binnen de EHS liggen bijzondere natuurgebieden zoals Nationale Parken, Natuurbeschermingswetgebieden, waardevolle bossen en de gebieden die zijn aangewezen (of aangemeld) als Vogel- en Habitatrichtlijngebied. Het gaat in alle gevallen om gebieden van nationale of Europese betekenis. De EHS maakt onderdeel uit van de Ruimtelijke hoofdstructuur volgens de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (landelijk beleid).

Het provinciaal beleid voor de EHS is gericht op het beschermen en realiseren van deze samenhangende robuuste structuur van grotere natuur- en bosgebieden en verbindingen daartussen, inclusief de Robuuste verbinding Schinveld-Mook. Bescherming, ontwikkeling en verbetering van de (grensoverschrijdende) biodiversiteit en natuurlijke ecosystemen via milieubescherming, natuurbeheer en herstel van natuurlijke watersystemen, zoals beken en (grond)waterafhankelijke natuurgebieden, staat hier voorop. In deze gebieden wordt gestreefd naar ecologisch gezond functionerende watersystemen en naar optimale randvoorwaarden voor de natuur door verbetering van de waterhuishouding en de milieukwaliteit.

De gebieden van de EHS dienen goed toegankelijk te zijn voor recreatief medegebruik en voorzien van (recreatieve) routestructuren binnen de ecologische randvoorwaarden.

Provinciale ontwikkelingszone Groen (P2)

De Provinciale ontwikkelingszone groen (POG, P2) vormt samen met de EHS de ecologische structuur in Limburg. Anders dan de EHS omvat de POG vooral landbouwgebieden.

Binnen de POG geldt een ontwikkelingsgerichte basisbescherming. Behoud en ontwikkeling van natuur en landschapswaarden zijn richtinggevend voor ontwikkelingen in de POG. Ook van belang zijn het in stand houden van een goede toeristisch-recreatieve structuur en een op het landschap georiënteerde landbouw. Belangrijk zijn het behoud en het bewerkstelligen van de juiste basiscondities voor de beoogde verbetering van natuur en watersystemen, mede met het oog op het waarborgen van een gegarandeerde en veilige drinkwatervoorziening. Het bebouwingsarme karakter blijft gehandhaafd. De POG omvat vooral landbouwgebieden als buffer rond de EHS.

De percelen waarop dit wijzigingsplan betrekking heeft liggen binnen de perspectieven Ecologische hoofdstructuur (P1) of Provinciaal ontwikkelingszone Groen (P2), zie figuur 08. De gebieden met de aanduiding Ecologische Hoofdstructuur en Provinciaal ontwikkelingszone Groen hebben als doel het versterken van de Ruimtelijke Hoofdstructuur. De ontwikkelingen passen naadloos binnen dit beleidsvoornemen.

Figuur 08: POL-kaart met hierop de te wijzigen percelen (rood omkaderd):

afbeelding "i_NL.IMRO.0983.BPL2012001KRAIJEL-VA01_0008.jpg"

5.1.2 Gemeentelijk beleid

Structuurvisie Klavertje 4-gebied

Om planologisch sturing te geven aan de ontwikkeling van het Klavertje 4-gebied hebben de gemeenten Horst aan de Maas, Peel en Maas en Venlo een intergemeentelijke structuurvisie opgesteld. De gemeente Venlo heeft de structuurvisie op 27 juni 2012 vastgesteld. Hiermee is de beleidsmatige basis gelegd voor uitwerking van (delen van) het Klavertje 4-gebied in bijvoorbeeld bestemmingsplannen.

Gekoppeld aan de structuurvisie is een milieueffectrapport (planMER) opgesteld. Doel van het planMER is overwegingen van milieu en duurzaamheid volwaardig te betrekken bij het opstellen van de structuurvisie en de daaropvolgende plannen en projecten.

Robuuste groenstructuur en buitengebied

Een groot deel van het huidige landschap wordt getransformeerd naar werklandschap of infrastructuur, geïnspireerd door de C2C-principes. Het creëren van een aantrekkelijke omgeving (groen én stedelijk) om in te werken en te recreëren staat hierbij centraal. Aanwezige kwaliteiten worden daarom versterkt en potenties van het gebied worden zodanig benut dat hierdoor de oorspronkelijke uniciteit van de plek wordt teruggebracht. Bij ontwikkelingen in het landschap wordt het landschap als leidend ontwerpprincipe gehanteerd. Concreet betekent dit dat de ontwerpprincipes uit het Landschapsplan Klavertje 4 leidend zijn voor ontwikkelingen in het buitengebied en dat de ontwikkelingsmogelijkheden in delen van het buitengebied beperkt zijn.

Landschapsplan Klavertje 4

In het kader van het gebiedsontwikkelingsprogramma Klavertje 4 wordt ondermeer veel aandacht besteed aan de realisatie van nieuwe natuur en landschapsontwikkeling. Voor de beoogde ontwikkeling van natuur en landschap is in 2010 het Landschapsplan Klavertje 4 opgesteld waarin ook het Natuurontwikkelingsplan Venlo West integraal is overgenomen. Het landschapsplan is bestuurlijk omarmd door de provincie, de gemeenten Horst aan de Maas, Peel en Maas en Venlo, Staatsbosbeheer en het Waterschap Peel en Maasvallei. Daarnaast is het Landschapsplan overgenomen in de Structuurvisie Klavertje 4-gebied, waardoor het beleidsmatig planologisch is geborgd.

Kerngebied Kraijelheide (K3b) (zie rode stippellijn in figuur 09) is een belangrijke schakel voor de verdere verbindingen richting Kerngebied Westelijke Staander (K4) middels de Verbindingszone Zuidelijke Sport (S2, groene pijl), en de verbinding richting Kerngebied Parc Zaarderheiken (K3a) middels de Verbindingszone Blerickseheide/Zaarderheiken (V1, oranje pijl).

Figuur 09: Gewenste situatie Kerngebied Kraijelheide met aansluiting op verbindinggszones:

afbeelding "i_NL.IMRO.0983.BPL2012001KRAIJEL-VA01_0009.jpg"

Het landschapsplan omschrijft maatregelen om het mozaïeklandschap verder te versterken, de Eindhovenseweg in te 'pakken' met bos en de aanleg van heide/droogschaal/kruidenrijk grasland. De maatregelen voor de realisatie van een functionerende toeleiding voor de verbinding met ecoduct E2b (MJPO knelpunt LI05) moet eveneens in dit deelgebied plaatsvinden.

5.1.3 Conclusie

Alle percelen waar dit wijzigingsplan betrekking op heeft liggen binnen de perspectieven Ecologische hoofdstructuur (P1) of Provinciaal ontwikkelingszone Groen (P2) en hebben als doel het versterken van de Ruimtelijke Hoofdstructuur. De ontwikkelingen passen naadloos in dit beleidsvoornemen.

Het voorliggende wijzigingsplan betreft maatregelen conform de door de gemeente Venlo vastgestelde Structuurvisie waar het Landschapsplan Klavertje 4 integraal onderdeel van uit maakt. De bestemmingswijziging past in het geldende beleidskader.