direct naar inhoud van Artikel 3 Gemengd
Plan: Marathonlaan-Olympialaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0957.BP00000212-VG01

Artikel 3 Gemengd

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Gemengd’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kantoren;
  • b. dienstverlening;
  • c. uitoefening van bedrijfsactiviteiten die staan vermeld in de Staat van bedrijfsactiviteiten, zoals opgenomen in bijlage 1 bij deze regels, onder categorieën 1 en 2. Onder de hier bedoelde bedrijven worden niet begrepen geluidhinderlijke inrichtingen, horecabedrijven en detailhandelsbedrijven;
  • d. maatschappelijke doeleinden;
  • e. in aanvulling op het gestelde onder a. t/m d. geldt dat kwetsbare objecten met verminderd zelfredzame personen niet zijn toegestaan;

met daaraan ondergeschikt:

  • f. verkeersvoorzieningen;
  • g. parkeervoorzieningen;
  • h. openbare nutsvoorzieningen;
  • i. groenvoorzieningen.

3.2 Bouwregels

Op de als ‘Gemengd’ bestemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in lid 3.1genoemde bestemmingen worden gebouwd. Hierbij gelden de volgende voorwaarden.

3.2.1 Gebouwen
  • a. binnen deze bestemming is nieuwbouw toegestaan;
  • b. gebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • c. de maximale goot- en bouwhoogte bedraagt maximaal 5 meter;
  • d. het maximale bebouwingspercentage bedraagt 100% per bouwvlak.

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 3,00 m, met uitzondering van erfafscheidingen die voor de voorgevelrooilijn maximaal 1,00 m hoog en achter de voorgevelrooilijn maximaal 2,00 m hoog mogen zijn. In afwijking hiervan bedraagt bij hoekpercelen voor de voorgevelrooilijn de hoogte van de erfafscheiding aan één wegzijde ten hoogste 2,00 m, mits deze ten minste 1,00 m achter de perceelsgrens wordt geplaatst.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen, met het oog op het aspect externe veiligheid, ter beheersing van de blootstelling aan giftige, brandbare en explosieve stoffen en uitpandige vluchtroutes, nadere eisen stellen aan:

  • a. de situering van bouwwerken (gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde);
  • b. de inrichting van terreinen;
  • c. de bruto vloeroppervlakte (bvo) en de hoogte van gebouwen;
  • d. de wijze van afsluitbaarheid van mechanische ventilatiesystemen.