direct naar inhoud van Artikel 3 Bedrijventerrein
Plan: Bedrijventerrein Hoogveld-De Groote Heeze 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0907.BP12025HGVGRHZBDR-VA01

Artikel 3 Bedrijventerrein

3.1 Bestemmingsomschrijving
3.1.1 Algemeen

De voor 'Bedrijventerrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, ter plaatse van de aanduidingen:
    • 1. 'bedrijf van categorie 3': bedrijven in de categorieen 3.1 en 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 2. 'bedrijven tot en met categorie 5.3': bedrijven in de categorieen 4.1 tot en met 5.3 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 3. 'bedrijven tot en met categorie 4.2': bedrijven in de categorieen 3.1 tot en met 4.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 4. 'bedrijf van categorie 2': bedrijven in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 5. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-natuursteenbewerkingsbedrijf': een natuursteenbewerkingsbedrijf met sbi code 237 in categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 6. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-auto- en motorfietsenhandel': een bedrijf dat handelt in en/of reparaties doet aan auto's en motorfietsen alsmede servicebedrijven met sbi-code 451, 452, 453 in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 7. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-drukkerij': een drukkerij en/of kopieerinrichting met sbi-code 18129 in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 8. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-motorfietsenhandel': een bedrijf dat handelt in en/of reparaties verricht aan motorfietsen met sbi-code 451, 452, 453 in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 9. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-taxicentrale': een taxicentrale met sbi-code 493 in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 10. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-groothandel in voedings- en genotsmiddelen': een groothandel in voedings- en genotsmiddelen met sbi-code 4638, 4639 in categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 11. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-groothandel in consumentenartikelen', een groothandel in consumentenartikelen met sbi-code 464, 46733 in categorie 2 van de Staat van bedrijfsactiviteiten;
    • 12. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-vervaardiging van goederen': een bedrijf dat verschillende goederen produceert met sbi-code 32999 in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 13. 'specifieke vorm van bedrijventerrein-vervaardiging van beton-, cement-, en gipsproducten': een bedrijf dat producten van beton, (vezel)cement en gips vervaardigt met sbi-code 2365, 2369 in categorie 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
    • 14. ter plaatse van de aanduiding 'opslag' is uitsluitend buitenopslag ten behoeve van het bedrijf ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein-vervaardiging van beton-, cement- en gipsproducten' toegestaan;
  • b. bedrijfswoningen overeenkomstig het bepaalde in 3.1.2;
  • c. aan huis verbonden beroepen met dien verstande dat het bruto vloeroppervlak ten behoeve van aan huis verbonden beroepen niet meer dan 50 m² mag bedragen;
  • d. detailhandel overeenkomstig het bepaalde in 3.1.3;
  • e. bedrijfsmatige internetwinkels overeenkomstig het bepaalde in 3.1.4
  • f. kantoren overeenkomstig het bepaalde in 3.1.5;
  • g. horeca overeenkomstig het bepaalde in 3.1.6;
  • h. buitenopslag overeenkomstig het bepaalde in 3.1.7;

met bijbehorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven.

3.1.2 Bedrijfswoningen

Bedrijfswoningen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning'.

3.1.3 Detailhandel

Voor detailhandel geldt het volgende:

  • 1. detailhandel is niet toegestaan;
  • 2. in afwijking van het bepaalde onder 1 is uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein-consumentenvuurwerk' detalhandel in consumentenvuurwerk toegestaan;
  • 3. in afwijking van het bepaalde onder 1 is eveneens ondergeschikte detailhandel toegestaan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
    • a. de ondergeschikte detailhandel is uitsluitend op de begane grond toegestaan;
    • b. de totale vloeroppervlakte aan ondergeschikte detailhandel mag niet meer bedragen dan 10% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte met een maximum van 150 m²;
    • c. de ondergeschikte detailhandel dient in directe relatie te staan met de aanwezige bedrijfsvoering; hieronder wordt verstaan: detailhandel in producten die functioneel rechtstreeks verband houden met de bedrijfsactiviteiten, waarbij deze bedrijfsactiviteiten als hoofdfunctie behouden blijven;
    • d. de ondergeschikte detailhandel vindt plaats in een afgeschermde ruimte, de bedrijfsruimte die niet voor ondergeschikte detailhandel wordt gebruikt, is niet toegankelijk voor consumenten;
  • 4. in afwijking van het bepaalde onder 1 is volumineuze detailhandel in goederen die niet-specifiek verkeersaantrekkend zijn, zoals de verkoop van auto's, motoren, boten, caravans, tenten, grove bouwmaterialen, landbouwwerktuigen en brand- en explosiegevaarlijke stoffen toegestaan;
  • 5. volumineuze detailhandel in goederen die specifiek verkeersaantrekkend zijn, zoals de verkoop van woninginrichting waaronder meubels, vloerbedekking, parket, zonwering, keukens, badkamers en sanitair, bouwmarkten en tuincentra is uitsluitend toegestaan na verlening van de omgevingsvergunning als bedoeld in 3.5.5.
3.1.4 Bedrijfsmatige internetwinkel

De verkoop van goederen in de vorm van een internetwinkel is toegestaan, mits:

  • 1. geen uitstalling ten behoeve van de verkoop plaatsvindt;
  • 2. geen showroom en/of verkoopruimte aanwezig is;
  • 3. een ondergeschikte en beperkte mogelijkheid aan personen wordt geboden voor het afhalen van goederen.
3.1.5 Kantoren

Voor kantoren geldt het volgende:

  • a. uitsluitend zijn onzelfstandige kantoren toegestaan;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a, is ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' een (zelfstandig) kantoor toegestaan.
3.1.6 Horeca

Uitsluitend is ondersteunende horeca toegestaan.

3.1.7 Buitenopslag

Voor buitenopslag geldt het volgende:

  • a. de afstand van buitenopslag tot de zijdelingse perceelgrens mag aan minimaal één zijde niet minder bedragen dan 3 m, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein-vervaardiging van beton-, cement-, en gipsproducten' de bestaande buitenopslag is toegestaan;
  • b. de hoogte van de buitenopslag mag niet meer bedragen dan 5 m;
  • c. In aanvulling op het bepaalde onder a en b geldt ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf tot en met categorie 4.2' en 'bedrijf van categorie 2' het volgende:
    • 1. buitenopslag is uitsluitend toegestaan achter de voorgevelrooilijn;
    • 2. de afstand van buitenopslag tot de achterste perceelsgrens mag niet minder bedragen dan 3 m;
  • d. in afwijking van het bepaalde onder b, mag de hoogte van buitenopslag ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijventerrein-havenzijde' niet meer bedragen dan 10 m.
3.1.8 Parkeren en laden en lossen

Parkeren en laden en lossen dienen op eigen terrein plaats te vinden.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Gebouwen

Gebouwen dienen te voldoen aan de volgende kenmerken:

  • a. gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. bouwhoogte maximaal de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven bouwhoogte;
  • c. bebouwingspercentage van het bouwperceel maximaal het ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven bebouwingspercentage;
3.2.2 Bedrijfswoningen

Voor bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de inhoud van een bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 650 m³;
  • b. herbouw van de bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan ter plaatse van de ten tijde van de inwerkingtreding van dit plan bestaande bedrijfswoning;
  • c. de goothoogte van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 6 m en de bouwhoogte van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 10 m;
  • d. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van het erf en op een afstand van minimaal 3 m van het verlengde van de voorgevel van de bedrijfswoning;
  • e. in afwijking van het bepaalde onder c is een carport toegestaan op een afstand van minimaal 1 m van het verlengde van de voorgevel;
  • f. de goothoogte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 3 m;
  • g. de bouwhoogte van aan- en uitbouwen en bijgebouwen mag niet meer bedragen dan 5,0 m;
  • h. de bouwhoogte van een overkapping en een carport mag niet meer bedragen dan 3,5 m;
  • i. de bebouwde oppervlakte aan aan- en uitbouwen, bijgebouwen, overkappingen en carports mag per bedrijfswoning niet meer bedragen dan 40 m²;
  • j. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde behorende bij de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 2 m, met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelegen voor het verlengde van de voorgevel niet meer mag bedragen dan 1 m.
3.2.3 Afstand perceelsgrens

Voor bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de afstand van bedrijfsgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens mag niet minder dan 3 m bedragen;
  • b. de afstand van bedrijfsgebouwen tot de achterste perceelsgrens mag niet minder dan 3 m bedragen;
  • c. indien de bestaande afstand kleiner is dan de afstanden genoemd onder d tot en met f, dan geldt de bestaande afstand als minimum.
3.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
  • a. Ter plaatse van de aanduiding 'opslag' zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde niet toegestaan, met dien verstande dat de bestaande keerwanden ten behoeve van de buitenopslag zijn toegestaan;
  • b. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal:
    • 1. bedrijfsinstallaties en lichtmasten: 8 m;
    • 2. erf- en terreinafscheidingen: 4 m;
    • 3. overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde: 2 m;
    • 4. in afwijking van het bepaalde onder 1, ter plaatse van de

aanduiding 'bedrijven tot en met categorie 5.3': 35 m;

    • 1. in afwijking van het bepaalde onder 1, ter plaatse van de

aanduiding 'bedrijven tot en met categorie 4.2': 15 m;

    • 1. in afwijking van het bepaalde onder 1, ter plaatse van de gronden

waar ingevolge het bepaalde in 3.2.1 sub b een bouwhoogte van

maximaal 45 meter wordt toegestaan: 45 m.

3.3 Afwijken van de bouwregels
3.3.1 Afwijking bouwhoogte

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.1 onder b, voor het vergroten van de bouwhoogte van gebouwen met maximaal 3 m.

3.3.2 Afwijking perceelsgrens

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.2.3 voor het toestaan van een kortere afstand tot de zijdelingse of achterste perceelsgrens of tussen bedrijfsgebouwen onderling, mits de bereikbaarheid van het perceel voor hulpdiensten voldoende is verzekerd.

3.3.3 Toetsing afwijking

Een afwijking als bedoeld in artikel 3.3.1 en 3.3.2 kan slechts worden verleend indien:

  • a. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
  • b. het straat en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad.
3.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt in ieder geval begrepen, een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van:

  • a. bedrijven als bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, met dien verstande dat deze bedrijven ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - geluidsgezoneerd industrieterrein' wel zijn toegestaan;
  • b. bedrijven die vallen onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
  • c. vuurwerkbedrijven;
  • d. inrichtingen die zijn genoemd in bijlage C en D van het Besluit m.e.r.
3.5 Afwijken van de gebruiksregels
3.5.1 Afwijking bedrijven

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.1.1 voor het toestaan van een ander bedrijf dan ter plaatse is toegestaan, mits:

  • a. het bedrijf voor wat betreft de aard en de omvang van de milieuhinder die het veroorzaakt gelijk kan worden gesteld met een bedrijf genoemd in de betreffende categorie;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
3.5.2 Afwijking aan huis verbonden bedrijf

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.1 voor het toestaan van een aan huis verbonden bedrijf, mits:

  • a. 1 het onbebouwde gedeelte van het perceel niet ten behoeve van aan huis verbonden bedrijven worden gebruikt met uitzondering van parkeren;
  • b. maximaal 50 m² van het vloeroppervlak van de woning, met inbegrip van de aan- en uitbouwen en bijgebouwen, mag worden gebruikt voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf;
  • c. er geen sprake is van een duurzame ontwrichting van de bestaande distributieve voorzieningen of een ernstige verstoring van de verzorgingsstructuur;
  • d. het geen bedrijfsactiviteiten betreft die normaliter in een winkelcentrum of een winkelstraat worden uitgeoefend;
  • e. er geen sprake is van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
  • f. er geen detailhandel plaatsvindt behalve als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf;
  • g. uitsluitend bedrijfsactiviteiten plaatsvinden, die zijn opgenomen in categorie 1 of 2 van de als bijlage bij de regels opgenomen Staat van bedrijfsactiviteiten;
  • h. de woonfunctie gehandhaafd blijft;
3.5.3 Afwijking buitenopslag

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen ten behoeve van een afwijking van het bepaalde in 3.1.7 teneinde buitenopslag mogelijk te maken, mits er sprake is van een uit visueel oogpunt en vanuit een oogpunt van brandveiligheid aanvaardbare opslag, gelet op:

  • a. de situering van de buitenopslag;
  • b. de hoogte en de oppervlakte van de buitenopslag;
  • c. de aard van de goederen of stoffen die worden opgeslagen;
  • d. de blijvende bereikbaarheid van het bouwperceel voor de brandweer.
3.5.4 Afwijking bedrijven die onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen vallen

Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 3.4 onder b voor het toestaan van bedrijven die onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen vallen, mits:

  • a. de plaatsgebonden risicocontour 10-6 binnen het bouwperceel van het bedrijf is gelegen;
  • b. er een verantwoording plaatsvindt van de toename van het groepsrisico en deze door het bevoegd gezag als aanvaardbaar wordt beschouwd;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
3.5.5 Afwijking volumineuze detailhandel

Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 3.1.3 onder 5 verlenen, mits:

  • a. er geen sprake is van een onevenredige aantasting van de verkeers- en parkeersituatie in de directe omgeving;
  • b. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de bouw- en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
3.6 Wijzigingsbevoegdheid
3.6.1 Wijziging bedrijfswoningen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat bedrijfswoningen ter plaatste niet meer zijn toegestaan, zodra het gebruik als bedrijfswoning ter plaatse is beëindigd.

3.6.2 Wijziging bouwhoogte

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan zodanig te wijzigen dat op de gronden waar met de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven dat de maximale bouwhoogte 45 meter mag bedragen, een bouwhoogte wordt toegestaan die niet meer bedraagt dan 60 meter, mits er:

  • a. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld,
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de stedenbouwkundige kwaliteit van de omgeving;
  • c. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.