Plan: | Oost-Maarland |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0905.bpoostmaarland-va01 |
De voor 'Leiding' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige dubbelbestemmingen en bestemmingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 28.3.
Op de voor 'Leiding' aangewezen gronden mogen, in afwijking van het bepaalde in de afzonderlijke artikelen, uitsluitend worden gebouwd:
met dien verstande, dat:
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 17.2, ten behoeve van het oprichten van bouwwerken, mits:
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 Wet ruimtelijke ordening, wordt tenminste verstaan het gebruik van de grond voor en/of op een wijze die gevaar kan opleveren voor de leiding of aan het functioneren van de leiding afbreuk doet.
De in 17.4.1 genoemde verbodsregel geldt niet voor werken en werkzaamheden, die plaats vinden in het kader van normaal onderhoud.
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen ten behoeve van het uitvoeren van de in 17.4.1 vermelde activiteiten, mits:
Het is verboden op de voor 'Leiding' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in 17.6.1 is niet van toepassing voor:
Werken of werkzaamheden als bedoeld in 17.6.1, zijn slechts toelaatbaar, indien hierdoor, dan wel door daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredig gevaar kan ontstaan voor de leiding. Hiertoe dient tevens de beheerder van de desbetreffende leiding gehoord te zijn.
Burgemeester en wethouders volgen bij het verlenen van een aanlegvergunning de in artikel 3.18 Wet ruimtelijke ordening gegeven procedure.