Plan: | Woning Noorderweg 119 A |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0880.BP2010005002-0401 |
Normstelling en beleid
Bij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten te worden gekeken, namelijk:
Voor zowel bedrijvigheid als vervoer van gevaarlijke stoffen zijn twee aspecten van belang, te weten het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon dodelijk wordt getroffen door een ongeval, indien hij zich onafgebroken en onbeschermd op een bepaalde plaats zou bevinden3. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting dan wel infrastructuur. Hierbij is de risicocontour van 10-6 maatgevend voor nieuwe ontwikkelingen4.
Het GR drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang overlijdt als direct gevolg van een ongeval waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn. De normen voor het GR hebben een oriënterende waarde (inspanningsverplichting). Indien de oriënterende waarde voor het GR wordt overschreden, legt dit in het algemeen ook ruimtelijke beperkingen op aan een gebied buiten de 10-6-contour (PR).
Bedrijvigheid
Op 27 oktober 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) in werking getreden. Voor het PR geldt een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten op een niveau van 10-6 per jaar. Binnen de 10-6-contour mogen dan ook geen nieuwe kwetsbare functies mogelijk worden gemaakt. Uitsluitend om gewichtige redenen mogen nieuwe beperkt kwetsbare objecten binnen de 10-6-contour gerealiseerd worden. Daarnaast bevat het Bevi een verantwoordingsplicht ten aanzien van het GR rondom deze inrichtingen.
Vervoer gevaarlijke stoffen
Voor het vervoer van gevaarlijke stoffen is in augustus 2004 de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen gepubliceerd. In deze circulaire is het externe veiligheidsbeleid voor het vervoer van gevaarlijke stoffen opgenomen (PR en GR). In nieuwe situaties geldt voor het PR een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten op een niveau van 10-6 per jaar5. Uit de circulaire blijkt dat op meer dan 200 m afstand vanaf de route het aspect externe veiligheid geen beperkingen oplegt aan het ruimtegebruik. Uit de circulaire blijkt voorts dat bij het vervoer van gevaarlijke stoffen beargumenteerd mag worden afgeweken van de grenswaarde, richtwaarde en oriënterende waarde.
Onderzoek en conclusie
Binnen het plangebied en in de directe omgeving is geen sprake van vervoer van gevaarlijke stoffen over water, spoor, wegen of door leidingen.
Uit informatie van de provinciale risicoatlas blijkt dat Beets transportonderneming B.V. een risicorelevant bedrijf is in verband met de opslag van gevaarlijke stoffen. De PR 10-6-contour rondom deze inrichting ligt op 50 m, het invloedsgebied bedraagt 900 m. Het plangebied ligt buiten de PR 10-6-contour maar binnen het invloedsgebied. In de huidige situatie wordt voldaan aan de oriënterende waarde voor het GR. De ontwikkeling van een woning met schuur heeft, gelet op de aard van de omgeving, geen relevante gevolgen voor de hoogte van het GR.
Verantwoording groepsrisico
Het plangebied is gelegen binnen het invloedsgebied van Beets transportonderneming B.V. Uit de Kwantitatieve risicoanalyse is geconcludeerd dat in de huidige situatie het GR ruim beneden de oriëntatie waarde blijft. Aangezien de nieuwe bedrijfswoning hoort bij deze onderneming zal binnen het plangebied (als onderdeel van het invloedsgebied), geen sprake zijn van een relevante verhoging van de bevolkingsdichtheid.
Burgemeester en wethouders vinden het dan ook niet nodig om maatregelen te treffen ter verkleining van het GR voor deze kwetsbare objecten gelet op de relatie tot Beets transportonderneming B.V. en het slechts één woning betreft. Mede gelet op de mogelijkheden tot zelfredzaamheid en bestrijdbaarheid binnen het plangebied wordt deze zeer beperkte toename aanvaardbaar geacht. De regionale brandweer zal ten aanzien van deze aspecten worden betrokken in het wettelijk vooroverleg.
Burgemeester en wethouders concluderen dat het GR als geschetst in deze rapportage een verantwoorde situatie betreft. Er wordt 1 nieuwe bedrijfswoning (kwetsbaar object) mogelijk gemaakt binnen dit plan.