direct naar inhoud van 6.2 Planregels
Plan: Ruimte voor Ruimte Buntven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0873.HUYBxBP055xMOEDx00-VG01

6.2 Planregels

6.2.1 Indeling hoofdstukken

Voor de leesbaarheid en raadpleegbaarheid dienen de regels in hoofdstukken te worden geplaatst. Daarbij dient conform een vaste volgorde te worden aangehouden, te weten:

Hoofdstuk 1 Inleidende regels (paragraaf 6.2.2)

  • begrippen
  • wijze van meten

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels (paragraaf 6.2.3)

  • bestemmingen

Hoofdstuk 3 Algemene regels (paragraaf 6.2.4)

  • anti-dubbeltelregel
  • algemene bouwregels
  • algemene aanduidingsregels
  • algemene afwijkingsregels
  • algemene wijzigingsregels

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels (paragraaf 6.2.5)

  • overgangsrecht
  • slotregel
6.2.2 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

In dit artikel is een omschrijving gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze worden opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen.

Artikel 2 Wijze van meten

In artikel 2 is een omschrijving gegeven van de te gebruiken wijze van meten.

6.2.3 Bestemmingsregels

De regels van de artikelen 3 en 4 in verband met de bestemmingen kennen een gelijke opbouw (voor zover van toepassing). De bestemmingsomschrijving betreft de centrale regel van elke bestemming. Het betreft een omschrijving waarin limitatief de functies worden genoemd, die binnen de bestemming zijn toegestaan.

De bouwregels zijn direct gerelateerd aan de bestemmingsomschrijving. Ook het gebruik van gronden en bebouwing is gekoppeld aan de bestemmingsomschrijving. In de bouwregels staan uitsluitend regels die betrekking hebben op het bouwen. Bouwregels zijn dan ook alleen van toepassing bij de toetsing van aanvragen om een omgevingsvergunning. De specifieke gebruiksregels vormen een nadere concretisering van het toegestane gebruik. Afwijken van de gebruiksregels is onder voorwaarden mogelijk wanneer een omgevingsvergunning is verkregen van het bevoegde gezag.

Artikel 3 Verkeer

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor wegen, voet- en rijwielpaden, parkeer-, groen- en waterhuishoudkundige voorzieningen en voorzieningen van algemeen nut. Ter plaatse van de aanduiding 'waterberging' zijn de gronden tevens bestemd voor waterberging. Bouwwerken zijn binnen deze bestemming toegestaan tot 6 m2 en tot 15 m2 in geval van voorzieningen van algemeen nut. De opslag van onbruikbare voorwerpen, goederen en afval en het lozen van afvalstoffen is niet toegestaan.

Artikel 4 Wonen

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor vrijstaande woningen. Tevens zijn de gronden bestemd voor bij de woning behorende vrijstaande bijgebouwen, aangebouwde bijgebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, tuinen en erven en het realiseren van parkeervoorzieningen op eigen terrein. Bebouwing mag uitsluitend worden opgericht binnen de op de verbeelding opgenomen bouwvlakken, waarbij het maximaal aantal hoofdgebouwen per bouwvlak is aangegeven. De hoofdgebouwen dienen in de gevellijn gebouwd te worden of maximaal 3 meter daarachter. Voor percelen die aan meerdere zijden aan het openbaar gebied grenzen zijn aparte regels opgenomen ten aanzien van erfafscheidingen.

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ten aanzien van een aantal nader genoemde aspecten nadere eisen te stellen. Ten aanzien van het gebruik van de gronden en/of de bouwwerken zijn een aantal zaken verboden. Er is een mogelijkheid tot afwijken van de gebruiksregels opgenomen, waardoor aan huis verbonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten onder voorwaarden mogelijk zijn.

6.2.4 Algemene regels

In hoofdstuk 3 van de regels is een aantal standaardregels opgenomen te weten, de anti-dubbeltelbepaling, algemene bouwregels, algemene ontheffingsregels, algemene wijzigingsregels en de algemene procedureregels.

Artikel 5 Anti-dubbeltelregel

De anti-dubbeltelregel is opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld.

Artikel 6 Algemene bouwregels

In dit artikel is de algemene regeling ten aanzien van ondergronds bouwen opgenomen.

Artikel 7 Algemene aanduidingsregels

In dit artikel zijn de op meerdere bestemmingen van toepassing zijnde gebiedsaanduidingen opgenoemd, met de daarbij behorende bouwbeperkingen. De aard van deze regels en de achtergronden bij deze aanduidingen zijn elders in deze toelichting reeds beschreven bij de desbetreffende deelaspecten.

Artikel 8 Algemene afwijkingsregels

In dit artikel is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om een omgevingsvergunning te verlenen ten behoeve van bepaalde, in het bestemmingsplan geregelde, onderwerpen. Hierbij gaat het om afwijkingsregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan. Ook de afwijkingsregels ten aanzien van mantelzorg zijn in dit artikel opgenomen.

Artikel 9 Algemene wijzigingsregels

In artikel 9 is aan burgemeester en wethouders de bevoegdheid gegeven om gebruik te maken van een bestemmingswijziging. Hierbij gaat het om een wijzigingsbevoegdheid die geldt voor alle bestemmingen in het plan.

Artikel 10 Algemene procedureregels

Burgemeester en wethouders kunnen op grond van artikel 4 van de planregels nadere eisen stellen. In de Wro is hiertoe geen procedure opgenomen. Daarom wordt in de regels van het bestemmingsplan zelf voorzien in een procedure.

6.2.5 Overgangs- en slotregels

Artikel 11 Overgangsrecht

In deze bepaling is vorm en inhoud gegeven aan het overgangsrecht.

Artikel 12 Slotregel

Als laatste is de slotregel opgenomen. Deze regel omschrijft de titel van het plan.