Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Buitengebied
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.0858.BPbuitengebied-OH01

Artikel 22 Wonen

22.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. wonen;
  2. tuinen en erven;
  3. aan-huis-verbonden beroepen;
  4. bed en breakfast met een maximale omvang van 408 m2 uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bed en breakfast';  
  5. behoud van cultuurhistorische waarden, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden'; 
  6. extensieve dagrecreatie;
  7. kleinschalig kamperen, waarbij de afstand van kampeermiddelen tot de grens van het bouwvlak niet meer dan 150 meter mag bedragen;
  8. ter plaatse van de aanduiding:
    1. 'kantoor': een kantoor als mede een expositieruimte met een oppervlakte van maximaal 308 m2;  
    2. 'opslag': een voorziening voor opslag;
    3. 'kampeerboerderij': de bestaande kampeerboerderij;
    4. 'specifieke vorm van wonen - stal': de bestaande stal;
met daarbij behorende:
  1. gebouwen;
  2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  3. in- en uitritten;
  4. parkeervoorzieningen;
  5. groenvoorzieningen;
  6. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
22.2 Bouwregels
Op de gronden zijn uitsluitend bouwwerken toegestaan ten behoeve van de in artikel 22 lid 1  omschreven bestemming, waarbij tevens wordt voldaan aan de volgende bepalingen:
 
22.2.1 Algemeen
Ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding onbebouwd' mag geen bebouwing worden opgericht.
22.2.2 Hoofdgebouwen
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende bepalingen:
  1. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan één dan wel het aantal dat is aangegeven ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden';
  2. uitsluitend vrijstaande woningen zijn toegestaan met uitzondering ter plaatse van de aanduiding:
    1. 'aaneengebouwd' zijn uitsluitend aaneengebouwde woningen toegestaan;
    2. 'twee-aaneen' zijn uitsluitend twee-aaneen gebouwde woningen toegestaan;
  3. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'kantoor' is een kantoorgebouw incl. expositieruimte toegestaan met een oppervlakte van maximaal 308 m2;
  4. de inhoud van de woning mag niet meer bedragen dan 600 m3;
  5. de goothoogte van de woning mag niet meer bedragen dan 5,5 meter;
  6. de bouwhoogte van de woning mag niet meer bedragen dan 10 meter;
  7. het is niet toegestaan om de woning te splitsen in meerdere woningen.
22.2.3 Bijbehorende bouwwerken
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij woningen gelden de volgende voorwaarden:
  1. de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 100 m² per woning, dan wel het bestaande vergunde oppervlak indien meer of zoals zodanig aangeduid op de verbeelding;
  2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 meter;
  4. vrijstaande bijbehorende bouwwerken dienen op een afstand van ten minste 2,5 meter achter de voorgevelrooilijn van de woning te worden gebouwd;
  5. de afstand van vrijstaande bijbehorende bouwwerken tot de woning mag niet meer bedragen dan 20 meter.
 
22.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  1. Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde niet zijnde overkappingen, gelden de volgende bepalingen:
    1. de bouwhoogte van erfafscheidingen gesitueerd vóór de voorgevel van het hoofdgebouw mag niet meer dan 1 meter bedragen;
    2. de bouwhoogte van erfafscheidingen gesitueerd achter de voorgevel van het hoofdgebouw mag niet meer dan 2 meter bedragen;
    3. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer dan 6 meter bedragen;
    4. de bouwhoogte van overige bouwwerken mag niet meer dan 3 meter bedragen.
22.2.5 Specifieke situaties
  1. In afwijking van het bepaalde in artikel 22 lid 2.2 sub d mag de inhoud van de woning aan de Schafterdijk 23 maximaal 900 m3 bedragen;
  2. In afwijking van het bepaalde in artikel 22 lid 2.3 sub a mag het oppervlak aan bijhorende bouwwerken ter plaatse  van de Schafterdijk 23 maximaal 150 m2 bedragen;
  3. In afwijking van het bepaalde in artikel 22 lid 2.3 mag het oppervlak aan bijhorende bouwwerken ter plaatse van de Hoeverdijk 90a maximaal 150 m2 bedragen en de goot- en nokhoogte respectievelijk 3,3 meter en 7 meter;
  4. In afwijking van het bepaalde in artikel 22 lid 2.3 sub e mag de afstand van een bijbehorend bouwwerk tot de woning aan de Schafterdijk 23 maximaal 25 meter bedragen;
  5. In afwijking van het bepaalde in artikel 22 lid 2.2 en artikel 22 lid 2.3 geldt voor Brugseheide 8 dat de afstand van gebouwen tot de perceelsgrens minimaal 3 meter moet bedragen.
22.3 Afwijken van de bouwregels
22.3.1 Ten behoeve van bebouwing voor kleinschalig kamperen
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22 lid 2.3 ten behoeve van het toestaan van bebouwing ten behoeve van kleinschalig kamperen, met dien verstande dat:
  1. het totale oppervlak mag niet meer bedragen dan 50 m2;
  2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 meter.
22.3.2 Ten behoeve van herbouw van bestaande bijbehorende bouwwerken
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22 lid 2.3 ten behoeve van de herbouw van bestaande bijbehorende bouwwerken, met dien verstande dat: 
  1. het oppervlak aan bestaande bijbehorende bouwwerken meer dan 100 m2 bedraagt;
  2. maximaal 75% van het meerdere dan 100m2 mag worden teruggebouwd met een maximum van 350 m2; 
  3. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter;
  4. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5,5 meter.
22.3.3 Ten behoeve van een ruimere inhoud
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken de regels ten behoeve van het toestaan van een ruimere inhoudsmaat voor woningen, met dien verstande dat:
  1. de inhoudsmaat na verruiming niet meer dan 750 m3 mag bedragen;
  2. het verhaal van gemeentelijke (plan-)kosten is zekergesteld;
  3. de ruimtelijk-visuele inpasbaarheid en verbetering in de omgeving is aangetoond door middel van een beeldkwaliteitplan;
  4. de landschappelijke inpassing en verbetering in de omgeving is aangetoond door middel van een erfinrichtingsplan.
22.4 Specifieke gebruiksregels
22.4.1 Aan-huis-verbonden beroep
De uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep is toegestaan, mits:
  1. de hiertoe benodigde vloeroppervlakte maximaal 50 m2 bedraagt, zulks met inbegrip van aangebouwde bijbehorende bouwwerken;
  2. degene die de bedrijfsvoering van het aan-huis-verbonden beroep uitoefent, tevens de bewoner van de woning is;
  3. bij uitoefening van de beroepen van schoonheidsspecialist(e), mani- en/of pedicure en kapper sprake is van ten hoogste 1 arbeidsplaats;
  4. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van het aan-huis-verbonden beroep.
22.4.2 Paardenbakken
Paardenbakken voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. zijn uitsluitend toegestaan binnen het bestemmingsvlak;
  2. per woning is maximaal één paardenbak toegestaan;
  3. de afstand tot een (bedrijfs-)woning van een derde minimaal 50 meter bedraagt;
  4. de oppervlakte bedraagt maximaal 1.200 m2 ;
  5. de bouwhoogte terreinafscheiding bedraagt maximaal 1,50 meter;
  6. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt maximaal 6 meter;
  7. per paardenbak zijn maximaal 4 lichtmasten toegestaan;
  8. lichtmasten binnen een afstand van 100 meter tot gronden met de bestemming Natuur zijn niet toegestaan.
 
22.4.3 Strijdig gebruik
Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend:
  1. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor:
    1. detailhandelsvoorzieningen, horecabedrijven, kantoren, bankinstellingen en andere bedrijven voor handel en dienstverlening, met dien verstande dat dit niet geldt voor de gronden die ter plaatse zijn voorzien van de aanduidingen 'detailhandel', 'dienstverlening', 'horeca van categorie 1', 'horeca van categorie 2' en 'horeca van categorie 3';
    2. kamerverhuur;
    3. seksinrichtingen;
  2. het gebruik van bijbehorende bouwwerken als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.
22.5 Afwijken van de gebruiksregels
22.5.1 Ten behoeve van aan-huis-verbonden beroep
Met een omgevingsvergunning kan het bevoegd gezag afwijken van de regels ten behoeve van de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroep met een vloeroppervlakte van maximaal 100 m² (met inbegrip van aangebouwde bijbehorende bouwwerken) mits:
  1. het gebruik geen ernstige c.q. onevenredige hinder voor het woonmilieu oplevert, noch afbreuk doet aan het woonkarakter van de buurt;
  2. het gebruik de afwikkeling van het verkeer niet nadelig beïnvloedt en niet leidt tot een onaanvaardbare parkeerdruk in de buurt;
  3. het gebruik geen publieksgericht karakter heeft;
  4. degene die de bedrijfsvoering van het aan huis verbonden beroep uitoefent, tevens de bewoner van de woning is;
  5. bij uitoefening van de beroepen van schoonheidsspecialist(e), mani- en/of pedicure en kapper sprake is van ten hoogste 1 arbeidsplaats;
  6. geen detailhandel plaatsvindt, uitgezonderd detailhandel als ondergeschikte nevenactiviteit bij de uitoefening van het aan-huis-verbonden beroep.
22.5.2 Ten behoeve van kamerverhuur
Met een omgevingsvergunning kan het bevoegd gezag afwijken van het bepaalde in artikel 22 lid 4  ten behoeve van kamerverhuur, mits:
  1. het gebruik geen overmatige overlast voor de (woon-)omgeving oplevert;
  2. het gebruik de afwikkeling van het verkeer niet nadelig beïnvloedt en niet leidt tot een onaanvaardbare parkeerdruk in de buurt.
22.5.3 Ten behoeve van recreatieve nevenactiviteiten bij woningen
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22 lid 1  ten behoeve van het toestaan van één of meerdere recreatieve nevenactiviteiten met inachtneming van het volgende:
  1. de activiteit plaatsvindt in de bestaande bebouwing;
  2. het gaat om recreatieve activiteiten tot en met categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  3. er mag geen zelfstandige baliefunctie of detailhandel ontstaan;
  4. de nevenfunctie is milieuhygiënisch inpasbaar;
  5. er geen onevenredige beperkingen voor omliggende, bestaande functies optreden (dit betreft zowel de bestaande bedrijfsvoering als de uitbreidings- en ontwikkelingsmogelijkheden);
  6. er mag geen sprake zijn van een onevenredige vergroting van de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking;
  7. parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden;
  8. voorzien wordt in een goede landschappelijke inpassing.
22.5.4 Ten behoeve van inpandige statische opslag
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 22 lid 1 ten behoeve van het toestaan van opslag met inachtneming van het volgende:
  1. het betreft statische opslag van goederen;
  2. de opslag uitsluitend inpandig is toegestaan;
  3. er mag geen sprake zijn van een onevenredige vergroting van de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking.