Plan: | Buitengebied Zuidwest, 1e herziening (wijzigingsplan natuurontwikkeling Leijkant) |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0855.BSP2012023-e001 |
Bomen staan steeds meer onder druk van de stad. De verwachting is dat in de loop van de tijd steeds meer bomen of zelfs complete bomenstructuren kunnen uitvallen als gevolg van deze stedelijke druk. Dit beeld is onwenselijk. Bomen dienen juist een toegevoegde waarde aan stedelijke ontwikkelingen te bieden. Om er niet te laat achter te komen dat er teveel bomen op cruciale plekken voor stedelijke ontwikkelingen zijn gesneuveld en om een kwalitatief hoogwaardig bomenbestand te behouden is het noodzakelijk om belangrijke zaken rondom bomen goed te regelen en vast te leggen. Om deze reden is de Boomwaardezoneringskaart (Bwz-kaart) opgesteld, die deel uitmaakt van de Bomennota Tilburg boomT. Deze kaart doet uitspraken over de huidige openbare bomen in het stedelijk gebied van de gemeente Tilburg. Op de Bwz-kaart worden de boomzones die belangrijk zijn voor de structuur van de stad weergegeven; zones met bomen met een hoofdwaarde, nevenwaarde, basiswaarde of stadsecologie. Voor deze zones zijn criteria opgesteld o.a. met betrekking tot het verlenen van omgevingsvergunningen, onderhoud en beheer en straatbeeld. Door middel van de Bwz-kaart wordt duidelijk waar er kansen liggen voor openbare bomen; bomen die op de Bwz-kaart staan krijgen extra bescherming, intensiever onderhoud/beheer, bescherming tegen kap, herplantplicht e.d.
Figuur 4: boomwaardezoneringskaart
Maatregelen in bestemmingsplan
De Bwz-kaart dient gebruikt te worden als basis bij alle nieuwbouw-, herontwikkelings- of herstructureringsplannen in de bestaande stad waar huidige openbare bomen mee gemoeid zijn. In het bestemmingsplan wordt de Bwz-kaart aangeduid als boomwaardekaart. Bomen met een hoofdwaarde, bomen van de 1e categorie en monumentale bomen zijn op een bijlagekaart (boomwaardekaart) bij het moederplan 'Buitengebied Zuidwest' opgenomen. In de regels wordt verwezen naar deze kaart. Bomen met een hoofdwaarde en bomen van de 1e categorie zijn daarop weergegeven als "beeldbepalende boom". Monumentale bomen staan als zodanig aangegeven. De juridisch-planologische bescherming bestaat uit een bouwverbod en een omgevingsvergunningplicht voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden binnen een straal van respectievelijk 8 en 15 m vanuit het hart van de desbetreffende boom.
De Nota Groen, vastgesteld door de gemeenteraad op 19 april 2010, vormt de herziening van de Groenstructuurplannen uit 1992 en 1998. Tilburg wil zich in de toekomst blijven profileren als een groene stad waar het goed wonen en werken is. Tilburg moet in 2020 een stad zijn waar zowel haar inwoners, bezoekers als bedrijven een aantrekkelijk groene woon- en werkomgeving hebben en waar de recreatieve omgeving wordt ervaren als een kwaliteit van de gemeente. Tilburg streeft er dan ook naar een kwalitatief hoogwaardige groenstructuur duurzaam te ontwikkelen en deze veilig te stellen binnen de stedelijke context. Om dit te bereiken wil het gemeentebestuur de Tilburgers letterlijk en figuurlijk dichter bij groen brengen. Op hoofdlijnen betekent dit:
In 2012 wordt het bijbehorende Uitvoeringsprogramma Groen en Biodiversiteit vastgesteld.
Bij verschillende nieuwe stedelijke ontwikkelingen ontstonden discussies tussen natuur- en milieuorganisaties, de landbouwsector en de gemeente Tilburg. Hierdoor traden onder andere vertragingen in de besluitvorming van plannen op. Verder was er sprake van onvoldoende duidelijkheid en begrip over wederzijdse standpunten en bestond er onzekerheid over het compenseren van aangetaste groene gebieden. Om hieraan een einde te maken is in 1997 een start gemaakt met het opstellen van de Kadernota Groene Mal. Deze nota is in gezamenlijkheid opgesteld door de gemeente Tilburg, de Stichting Brabantse Milieufederatie, de Stichting Het Noordbrabants Landschap, de Vereniging Natuurmonumenten, de Milieuwerkgroep WNM Tilburg, de Zuidelijke Land- en Tuinbouworganisatie, de provincie Noord-Brabant en de waterschappen De Dongestroom en De Dommel. De nota heeft als doel een ruimtelijk kader vast te leggen: een robuuste en duurzame samenhangende ecologische structuur rondom de stad Tilburg en de kernen Berkel-Enschot en Udenhout, die sturing geeft aan (stedelijke) ruimtelijke ontwikkelingen, kortom een ´Groene Mal´. In de nota zijn afspraken over het behoud en de ontwikkeling van deze Groene Mal tot 2015 vastgelegd. De Groene Mal maakt verstedelijking mogelijk in balans met de groene omgeving waarbij zij voldoende robuust is om de indirecte gevolgen van verstedelijking, zoals recreatief medegebruik, op te kunnen vangen. Water speelt als ordenend principe een belangrijke rol binnen de Groene Mal.
Belangrijke delen van de Groene Mal behoren tot de provinciale Groene Hoofdstructuur (GHS), zoals die oorspronkelijk is vastgelegd in het Streekplan en vallen onder het beschermingsregiem van de GHS. De delen die buiten de GHS vallen genieten een andere bescherming. Daarvoor is afgesproken dat zij niet zullen verstedelijken, maar benut zullen worden voor de uitvoering van natuurontwikkeling en compensatie. Daarbij is aangegeven dat deze bescherming niet mag leiden tot extra beperkingen voor de landbouw. Naast bescherming op provinciaal niveau vindt op gemeentelijk niveau bescherming plaats door de Groene Mal op te nemen in bestemmingsplannen. Daarin worden de exacte grenzen aangegeven. In de regels worden de (on)gewenste ontwikkelingen beschreven. Het handhaven van niet-groene vigerende bestemmingen binnen de Groene Mal worden zo geïnterpreteerd dat ook andere bestemmingen die uit oogpunt van natuur en milieu kwalitatief vergelijkbaar zijn met deze vigerende bestemmingen mogelijk zijn.
De Kadernota Groene Mal is vastgesteld door de Raad. Onderdeel van de nota is een intentieovereenkomst, die is ondertekend door de gezamenlijke partners. Hiermee verklaren zij zich te houden aan afspraken over het behoud en de ontwikkeling van de Groene Mal tot 2015. Ondertekening leidt niet tot verlies van enige wettelijke bevoegdheid die de partners hebben.
Het plangebied is gelegen in gebied 12 van de kaart Groene Mal. Binnen dit gebied kunnen maatregelen worden genomen ter realisatie van aanvullend natuurbeleid of natuurcompensatie. Het gebied heeft als functie versterking van natuur met ruimte jas-aanduiding. In bijlage 3 onder 26 behorende bij de Kadernota Groene Mal is het gedeelte van het plangebied opgenomen dat invulling geeft aan de natuurontwikkeling ter versterking van de Groene Mal. Binnen het plangebied is 6,8 ha gereserveerd voor Groene Mal-natuur en bedoeld om de natuurzone Groene Bosch te versterken.
Ondanks het natuurbeleid kunnen er onvoorziene situaties ontstaan waarbij een onvermijdelijke ruimtelijke ingreep in de EHS noodzakelijk is, waardoor deze wordt aangetast of negatief wordt beïnvloed. Aantasting van de EHS is op basis van provinciaal beleid alleen mogelijk indien er compensatie plaatsvindt.
Door de verbreding van de Bredaseweg zal 1 hectare bos verdwijnen dat binnen de Verordening Ruimte Noord-Brabant is begrensd als EHS. Het bos dat verdwijnt, heeft een ontwikkelingstijd van 25-100 jaar. Conform de regels voor natuurcompensatie van de provincie Noord-Brabant moet voor EHS die een ontwikkelingstijd van 25-100 jaar heeft een kwaliteitstoeslag van 2/3 voor de oppervlakte worden gehanteerd. In totaal moet dus 1,7 hectare EHS worden gecompenseerd. De te compenseren EHS dient bij voorkeur te bestaan uit bos en/of houtsingel met struweel- en ruigtevegetaties. Deze compenstatie vindt plaats in de noordoostrand van het plangebied door middel van een bosstrook. Dit beheertype komt overeen met het aangetaste beheertype.
Door de uitbreiding van de hockeyvelden aan de Bredaseweg zal 1,08 hectare EHS verdwijnen dat een ontwikkeltijd heeft van meer dan 25 jaar, waardoor het totaal aantal hectare te compenseren natuur komt op 1,8 hectare. De natuur die door de herinrichting verdwijnt, bestaat uit bos en houtsingel op droge, (matig) voedselarme zandgrond. 1,05 ha van de natuur die gecompenseerd moet worden, wordt ontwikkeld in de noordoostrand van het plangebied. Hier wordt een bosstrook aangelegd. Dit beheerstype komt overeen met het aangetaste beheertype.
Met dit wijzigingsplan wordt derhalve deels invulling gegeven aan het versterken van natuur in de Groene Mal en deels wordt uitvoering gegeven aan natuurcompensatie vanwege aantasting van de EHS rond de verbreding van de Bredaseweg en de aanleg van een hockeycomplex aan de Bredaseweg.