direct naar inhoud van 5.2 Archeologie
Plan: Noordwesttangent (Dalem Zuid - Vossenberg West)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2006012-e001

5.2 Archeologie

Naar aanleiding van de aanleg van de Noordwesttangent (NWT) is door BILAN-Fontys Hogescholen in 2000-2001 een bureauonderzoek uitgevoerd [Robeerst, J., BILANRAPPORT 2001/4]. Hieruit bleek dat het NWT-traject door een grote verscheidenheid van geografische eenheden, met een eigen historisch-landschappelijk gebruik en hoge archeologische verwachting, snijdt. Daarom werd tussen 2001 en 2003 een inventariserend veldonderzoek uitgevoerd voor het volledige traject van de Noordwesttangent [Gheysen, K., BILANRAPPORT 2003/32].

Het inventariserend veldonderzoek is uitgevoerd in de vorm van een waarderend booronderzoek. Hierbij zijn met een megaboor bijna 800 boringen in een verspringend driehoeksgrid gezet. Dit grid had, gebaseerd op aanbevelingen van de Rijksdienst voor Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB), een afmeting van 20x30m tot 40x50m.

Deelgebied Vossenberg

Deelgebied Vossenberg heeft een middelhoge tot lage waardering op de IKAW. De lage waardering is terug te voeren op het nu verdwenen Groenven en Raauw Veld. De Uiterste Stuiver, een smalle stuifzandrug, heeft een middelhoge waardering. Een dergelijke overgangsplaats tussen ven en hoger gebied is vrij interessant voor bewoning.

Door de ligging in de uiterste hoek van de huidige gemeente Tilburg, aan de grens met de voormalige heerlijkheden Loon op Zand en Breda, is dit gebied pas in het begin van de twintigste eeuw ontgonnen. Waar nu de Eindsestraat ligt, was van oudsher de weg van Dongen naar Tilburg. Langs deze weg werden, afgaand op de rechthoekige vorm, vermoedelijk drie vennen gegraven. Hier werd een raster toegepast van 20 bij 30 m.

Uit het bodemonderzoek bleek dat de zuidkant van het tracé van de Noordwesttangent verstoord is, waarschijnlijk als gevolg van de aanleg van de vennen. Slechts een smalle strook langs de Eindsestraat is onverstoord. De bodemopbouw bestaat enerzijds uit veldpodzolgronden, die vanwege de te arme grond minder interessant waren als vestigingsplaats. Ook is nog een gedeelte veen aanwezig. Alle vondsten zijn bouwvoorvondsten uit de Nieuwe Tijden. Hierdoor kan de middelhoge archeologische verwachting vervallen.

Voor het deelgebied Vossenberg wordt geen aanvullend archeologisch onderzoek aanbevolen.

Deelgebied Dalem-Noord

De middelhoge archeologische verwachting in Dalem-Noord werd ingegeven door de beekdalen en beekdalzijden. Dalem-Noord is volledig gelegen in veengronden en moerige eerdgronden. Uit het historisch-geografisch onderzoek bleek dat het gebied in gebruik was als hooiland dat seizoensgebonden overstroomde. Dit wordt bevestigd door de lage ligging en de boorresultatén. Uit de omgeving is geen enkele vondst in de Archis-database bekend. Het achttiende-eeuwse Reeshof is het enig bekende monument. Het deelgebied werd beboord op een raster van 40 bij 50 m. Uit de boringen kwam geen enkele vondst naar boven. De bodem is grotendeels verstoord. Waar de bodem onverstoord was, was dikwijls een humeuze laag herkenbaar als een beekdalbodem. De overgang van een terras met esdek naar beekdal was in enkele boringen waarneembaar. De afwezigheid van vondsten, de verstoorde bodem en de natte condities kunnen de middelhoge verwachting doen vervallen.

Voor het deelgebied Dalem-Noord wordt geen verder archeologisch onderzoek aanbevolen.