direct naar inhoud van Artikel 22 Recreatie - Verblijfsrecreatie
Plan: Buitengebied Waterland 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0852.BPBGwaterland013-va03

Artikel 22 Recreatie - Verblijfsrecreatie

Link naar de toelichting van "Recreatie - Verblijfsrecreatie".

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. kampeermiddelen, waaronder stacaravans en naar de aard daarmee gelijk te stellen onderkomens, met de daarbijbehorende vrijstaande bergingen;
  • b. kampeermiddelen, met uitzondering van stacaravans en naar de aard daarmee gelijk te stellen onderkomens en vrijstaande bergingen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kampeerterrein";

met daaraan ondergeschikt:

  • c. kleinschalige duurzame energiewinning;
  • d. wegen en paden;
  • e. water;
  • f. stallingsruimte voor fietsen;
  • g. rustpunten;

met de daarbijbehorende:

  • h. bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen al dan niet in combinatie met ruimte voor:
    • 1. beroepsuitoefening aan huis c.q. kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
    • 2. mantelzorg;
    • 3. kleinschalig toeristisch overnachten;
  • i. gebouwen en overkappingen ten dienste van het verblijfsrecreatieterrein ten behoeve van sanitaire voorzieningen en onderhoud en beheer;
  • j. sport- en speelterreinen;
  • k. parkeervoorzieningen;
  • l. nutsvoorzieningen;
  • m. groenvoorzieningen;
  • n. andere bouwwerken.
22.2 Bouwregels
22.2.1 Stacaravans

Voor het plaatsen van stacaravans geldt:

  • a. de oppervlakte van een stacaravan bedraagt ten hoogste 50 m²;
  • b. de bouwhoogte van een stacaravan bedraagt ten hoogste 4,00 m;
  • c. de onderlinge afstand tussen stacaravans bedraagt ten minste 3,00 m.
22.2.2 Vrijstaande bergingen bij kampeermiddelen

Voor het bouwen van vrijstaande bergingen bij kampeermiddelen geldt:

  • a. per kampeermiddel wordt ten hoogste één vrijstaande berging gebouwd;
  • b. de oppervlakte van een vrijstaande berging bedraagt ten hoogste 6,00 m²;
  • c. de bouwhoogte van een vrijstaande berging bedraagt ten hoogste 3,00 m;
  • d. de afstand van een vrijstaande berging tot het kampeermiddel bedraagt ten minste 1,00 m.
22.2.3 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen geldt:

  • a. het aantal bedrijfswoningen bedraagt ten hoogste één per bestemmingsvlak;
  • b. de afstand van een bedrijfswoning ten opzichte van de weg bedraagt ten minste de bestaande afstand;
  • c. de inhoud van een bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 600 m³;
  • d. de goothoogte van een bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 6,00 m;
  • e. de dakhelling van een bedrijfswoning bedraagt ten minste 30º en ten hoogste 60°;
  • f. de bouwhoogte van een bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 10,00 m.
22.2.4 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen geldt:

  • a. bijbehorende bouwwerken worden ten minste 2,00 m achter de naar de weg(en) gekeerde gevel(s) van de bedrijfswoning dan wel het verlengde daarvan gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken bedraagt per bedrijfswoning ten hoogste 40 m²;
  • c. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk bedraagt ten hoogste 3,00 m;
  • d. de dakhelling van een bijbehorend bouwwerk bedraagt ten hoogste 60°;
  • e. de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk bedraagt ten hoogste 6,00 m.
22.2.5 Gebouwen en overkappingen 20.1. onder i

Voor het bouwen van de in 22.1 onder i genoemde gebouwen en overkappingen geldt:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 60 m²;
  • b. de goothoogte van een gebouw of een overkapping bedraagt ten hoogste 3,00 m;
  • c. de bouwhoogte van een gebouw of een overkapping bedraagt ten hoogste 6,00 m.
22.2.6 Andere bouwwerken

Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt:

  • a. er worden geen andere bouwwerken ten behoeve van de opwekking van windenergie gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen, exclusief de toegangspoorten, bedraagt ten hoogste 2,00 m;
  • c. de bouwhoogte van een aanleggelegenheid bedraagt ten hoogste 1,00 m boven zomerwaterpeil;
  • d. de lengte van een aanleggelegenheid bedraagt ten hoogste 6,00 m;
  • e. de bouwhoogte van palen en masten bedraagt ten hoogste 7,00 m;
  • f. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken bedraagt ten hoogste 5,00 m.
22.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

  • a. het gebruik van gebouwen en kampeermiddelen, met uitzondering van bedrijfswoningen, voor permanente bewoning;
  • b. het gebruik van gebouwen en kampeermiddelen voor de huisvesting van seizoenarbeiders;
  • c. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een beroepsuitoefening aan huis of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit in een bedrijfswoning zodanig dat de bedrijfsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 30% van de totale gezamenlijke brutovloeroppervlakte van de bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken;
  • d. het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een kleinschalige toeristische overnachting in een bedrijfswoning zodanig dat de bedrijfsvloeroppervlakte meer bedraagt dan 30% van de totale gezamenlijke brutovloeroppervlakte van de bedrijfswoning, en meer dan twee kamers worden gebruikt;
  • e. het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning en voor een beroepsuitoefening aan huis c.q. kleinschalige bedrijfsmatige activiteit, en/of een kleinschalige toeristische overnachtingsmogelijkheid;
  • f. het gebruik van de gronden en bouwwerken voor detailhandel anders dan productiegebonden detailhandel bij een beroepsuitoefening aan huis of een kleinschalige bedrijfsmatige activiteit;
  • g. het gebruik van de gronden als ligplaats voor woonschepen, woonarken of casco's, die tot woonschip of woonark kunnen worden omgebouwd;
  • h. het verwijderen van terrein afschermende beplanting, anders dan in de vorm van normaal onderhoud;
  • i. het gebruik van gronden en bouwwerken voor de plaatsing van meer dan 15 kampeermiddelen, ter plaatse van de aanduiding "specifieke vorm van recreatie - kleinschalig kampeerterrein".
22.4 Afwijken van de gebruiksregels
22.4.1 Kleinschalig toeristisch overnachten

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 22.3 onder d en e in die zin dat ten hoogste 50% van de brutovloeroppervlakte van de bedrijfswoning en bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 100 m² wordt gebruikt voor het bieden van een kleinschalige toeristische overnachtingsmogelijkheid, mits:

  • a. dit geen onevenredige parkeerdruk met zich meebrengt;
  • b. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de woonsituatie, de verkeers- en parkeersituatie, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
22.4.2 Mantelzorg

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 22.3 onder e in die zin dat afhankelijke woonruimte in de zin van mantelzorg wordt toegestaan in een bijbehorend bouwwerk, mits:

  • a. eerst alle mogelijkheden van de aangebouwde bijbehorende bouwwerken optimaal benut worden om door inwoning een oplossing te bieden aan tijdelijke huisvesting ten behoeve van mantelzorg;
  • b. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;
  • c. de mantelzorg geboden wordt in de bestaande bebouwing;
  • d. de oppervlakte van de afhankelijke woonruimte beperkt blijft tot 60 m²;
  • e. het bijbehorend bouwwerk ten behoeve van de mantelzorg een ruimtelijke eenheid vormt met de op hetzelfde perceel gesitueerde bedrijfswoning, waarbij de maximale afstand van de bedrijfswoning tot het bijbehorend bouwwerk 20,00 m bedraagt;
  • f. dit geen onevenredige parkeerdruk met zich meebrengt;
  • g. geen sprake is van onevenredige schade voor de aangrenzende bedrijven, in dié zin dat de bedrijven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;
  • h. geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de woonsituatie, de verkeers- en parkeersituatie, de milieusituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.