direct naar inhoud van 4.3 Provinciaal en regionaal beleid
Plan: Bebouwde kom Rucphen, Jan Vermeerstraat ongenummerd naast 17
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0840.2581K0019-VO01

4.3 Provinciaal en regionaal beleid

4.3.1 Structuurvisie ruimtelijke ordening en Verordening ruimte 2012

Op 1 januari 2011 is de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant in werking getreden. Provinciale Staten stelden deze op 1 oktober 2010 vast. Een structuurvisie bevat een overzicht van de ruimtelijke belangen en doelen van betreffende overheidslaag en de hoofdlijnen van het te voeren ruimtelijk beleid.

Structuurvisie ruimtelijke ordening

De structuurvisie bevat de hoofdlijnen van het provinciaal beleid. Hierin heeft de provincie haar belangen gedefinieerd en ruimtelijke keuzes gemaakt. Deze belangen en keuzes zijn gebaseerd op trends en ontwikkelingen. Ook beschrijft de provincie vanuit welke filosofie ze haar doelen wil bereiken. Die is: "samenwerken aan kwaliteit". De provincie realiseert haar doelen op vier manieren: door regionaal samen te werken, te ontwikkelen, te beschermen en te stimuleren.

Bovendien beschrijft de provincie vier ruimtelijke structuren: de groenblauwe structuur, het landelijk gebied, de stedelijke structuur en de infrastructuur. Voor iedere structuur formuleert de provincie ambities en beleid. Per beleidsdoel is aangegeven welke instrumenten de provincie inzet om haar doelen te bereiken.

De provincie gaat geen aparte ruimtelijke visie op het landschap ontwikkelen, maar geeft die onder andere vorm in de 'uitwerking gebiedspaspoorten'. Daarin beschrijft de provincie welke landschapskenmerken zij op regionaal niveau van belang vindt en hoe deze kunnen worden versterkt.

Omdat onderhavig bouwplan een ontwikkeling betreft in de bebouwde kom van de kern Rucphen wordt er geen afbreuk gedaan aan de landschappelijke kwaliteit van het buitengebied. Hiermee kan geconcludeerd worden dat het plan past binnen de kaders van de Structuurvisie en de Uitwerking Gebiedspaspoorten.

Verordening ruimte 2012

De onderwerpen die in de Verordening ruimte staan, komen uit de provinciale structuurvisie. Daarin staat welke belangen de provincie wil behartigen en hoe ze dat wil doen. De verordening is daarbij een van de manieren om die provinciale belangen veilig te stellen. Dit zijn de belangrijkste onderwerpen:

  • Ruimtelijke kwaliteit en kwaliteitsverbetering van het landschap

De provincie wil de ruimtelijke kwaliteit van Brabant bevorderen. Dat betekent dat nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen een bijdrage dienen te leveren aan de kernkwaliteiten van Brabant en dat gemeenten bij ruimtelijke afwegingen het principe van zorgvuldig ruimtegebruik toepassen. Ook wil de provincie dat de initiatiefnemer zorgt voor een kwaliteitsverbetering van het landschap om daarmee het verlies aan omgevingskwaliteit te beperken.

  • Stedelijke ontwikkeling en regionaal ruimtelijk overleg

Het proviciale beleid is al jaren gericht op het bundelen van de verstedelijking. Dit betekent dat het leeuwendeel van de woningbouw, de bedrijventerreinen, voorzieningen en bijbehorende infrastructuur moet plaatsvinden in de stedelijke concentratiegebieden (bestaand stedelijk gebied van de grotere kernen). Nieuw ruimtebeslag buiten deze gebieden kan slechts als inbreiding of herstructurering niet tot de mogeljkheden behoren, en dan in de zogenaamde zoekgebieden voor stedelijke ontwikkeling.

Onderhavig bouwplan valt in de Veroderning ruimte 2012 in "Zoekgebied verstedelijking - kernen in landelijk gebied"

afbeelding "i_NL.IMRO.0840.2581K0019-VO01_0009.jpg"

Figuur: locatie aan de Jan Vermeerstraat in Verordening ruimte 2012.

In deze gebieden is aangegeven dat ontwikkelingen mogelijk zijn, waarbij:

  • a. de stedelijke ontwikkeling moet aansluiten bij bestaand stedelijk gebied of plaatsvindt in een nieuw cluster van stedelijke bebouwing;
  • b. bij de stedenbouwkundige en landschappelijke inrichting van de stedelijke ontwikkeling rekening wordt gehouden met de aanwezige ruimtelijke kwaliteiten en structuren in het gebied zelf en in de naaste omgeving, waaronder mede begrepen de ontwikkeling van een groene geleding ten behoeve van ecologische en landschappelijke verbindingen;

Onderhavig bouwplan voldoet aan de bovenstaande voorwaarden en betreft een ontwikkeling in de bebouwde kom van de kern Rucphen. Voor de geringe aantasting van de landschappelijke kwaliteit aan het buitengebied is in de exploitatieovereenkomst compensatie opgenomen.