Plan: | Erica |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0823.BPOIErica201100-VAST |
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone' zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de vliegverkeersveiligheid binnen de Inner Horizontal Surface en Conical Surface (IHCS) en het voorkomen van verstoringen binnen het verstoringsgebied rondom de start- en landingsbaan (Instrument Landing System; ILS).
In afwijking van het bepaalde in dit hoofdstuk van de regels, mogen op de in artikel 6.1.1 bedoelde gronden geen bouwwerken worden gebouwd met een bouwhoogte van meer dan 38 m boven NAP.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.1.2 en toestaan dat een hogere bouwhoogte wordt toegestaan dan 38 m boven NAP, met dien verstande dat:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone' zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de vliegverkeersveiligheid binnen de Inner Horizontal Surface en Conical Surface (IHCS) en het voorkomen van verstoringen binnen het verstoringsgebied rondom de start- en landingsbaan (Instrument Landing System; ILS).
In afwijking van het bepaalde in dit hoofdstuk van de regels, mogen op de in artikel 6.2.1 bedoelde gronden geen bouwwerken worden gebouwd met een bouwhoogte van meer dan 40 m boven NAP.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.2 en toestaan dat een hogere bouwhoogte wordt toegestaan dan 40 m boven NAP, met dien verstande dat:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'luchtvaartverkeerzone' zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van de vliegverkeersveiligheid binnen de Inner Horizontal Surface en Conical Surface (IHCS) en het voorkomen van verstoringen binnen het verstoringsgebied rondom de start- en landingsbaan (Instrument Landing System; ILS).
In afwijking van het bepaalde in dit hoofdstuk van de regels, mogen op de in artikel 6.3.1 bedoelde gronden geen bouwwerken worden gebouwd met een bouwhoogte van meer dan 50 m boven NAP.
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.3.2 en toestaan dat een hogere bouwhoogte wordt toegestaan dan 50 m boven NAP, met dien verstande dat:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone munitie' zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming van het (leef)klimaat rondom de munitieopslagplaats.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - munitie' is het verboden gebouwen op te richten met vlies- of gordijngevelconstructies alsmede gebouwen met grote glasoppervlakten, waarin zich in de regel een groot aantal mensen bevindt.