Plan: | Veegplan BHV Loon op Zand |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0809.BvoVeegplan-ON01 |
Voorsorterend op de Omgevingswet, is het wenselijk om voor het hele gemeentelijke grondgebied van de gemeente te beschikken over een passende planologische regeling. In dit veegplan voor de beheersverordeningen zullen enkele regels die gelden voor de gehele gemeente opgenomen worden, zoals een algemene parkeerregeling. Tevens worden enkele omissies op de verbeelding van vigerende bestemmingsplannen hersteld en worden vergunde situaties in afwijking van de geldende planologische kaders bestemd. Het veegplan heeft alleen betrekking op de onderdelen van de geldende plannen die aangeduid zijn op de verbeelding, of benoemd in de regels. Verder blijven de geldende beheersverordeningen zoals ze zijn.
Uit jurisprudentie is gebleken dat door middel van een veegplan voor bestemmingsplannen geen beheersverordeningen en vice versa kunnen worden gewijzigd. Derhalve is naast het veegplan voor de bestemmingsplannen ook voorliggend veegplan voor de beheersverordeningen opgesteld. Procedureel verschillen de plannen dan ook van elkaar, dit komt verder aan bod in paragraaf 4.2.
Het plangebied van het voorliggende veegplan omvat alle beheersverordeningen in de gemeente. Voor een deel van de gemeente zijn de planologische regels vastgelegd in bestemmingsplannen. Voor het actueel maken van de bestemmingsplannen is een afzonderlijk plan opgesteld.
Figuur 1.1 Globale ligging plangebied (Bron: Google Maps)
In tabel 1.1 zijn de beheersverordeningen opgesomd waar voorliggende beheersverordening betrekking op heeft.
Tabel 1.1: Vigerende beheersverordeningen.
Plannaam | Identificatie | Vaststellingsdatum |
Beheersverordening Centrum Kaatsheuvel | NL.IMRO.0809.BvoCentrumgebiedKH-VG01 | 27-06-2013 |
Beheersverordening De Moer | NL.IMRO.0809.BvoDeMoer2012-VG01 | 06-06-2013 |
Beheersverordening Woongebieden Kaatsheuvel | NL.IMRO.0809.BvoKaatsheuvel-VG01 | 20-09-2012 |
Hoofdstuk 2 beschrijft het beleidskader. Het ruimtelijk beleid op het niveau van zowel Rijk, provincie, regio als gemeente komt hier aan bod en het plan wordt hieraan getoetst. Hoofdstuk 3 beschrijft vervolgens de juridische opzet van het plan en de mogelijkheden die daarin worden geboden. Hoofdstuk 4 toont tot slot aan op welke wijze het plan in maatschappelijke en economische zin uitvoerbaar is.
Door de verschillende overheden is beleid geformuleerd ten aanzien van ruimtelijke ontwikkelingen. Paragraaf 2.2 behandelt het rijksbeleid. Het provinciaal beleid is opgenomen in paragraaf 2.3. Tot slot wordt in paragraaf 2.4 de beoogde ontwikkeling getoetst aan het gemeentelijk beleid.
De Nationale Omgevingsvisie, kortweg NOVI, loopt vooruit op de inwerkingtreding van de Omgevingswet en vervangt op rijksniveau de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Uitgangspunt in de nieuwe aanpak is dat ingrepen in de leefomgeving niet los van elkaar plaatsvinden, maar in samenhang. Zo kunnen in gebieden betere, meer geïntegreerde keuzes worden gemaakt. Aan de hand van een toekomstperspectief op 2050 brengt de NOVI de langetermijnvisie van het Rijk in beeld.
In wat voor Nederland willen we graag leven in 2050?
Als we alle wensen naast elkaar leggen, ontstaat het volgende beeld. We willen een land:
Nationale belangen
Gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk zijn samen verantwoordelijk voor de fysieke leefomgeving. Sommige belangen en opgaven overstijgen het lokale, regionale en provinciale niveau en vragen om nationale aandacht. Dit noemen we 'nationale belangen'. Het Rijk heeft voor alle nationale belangen een zogenaamde systeem-verantwoordelijkheid. Voor een aantal belangen is het Rijk zelf eindverantwoordelijk. Maar voor een groot aantal nationale belangen zijn dat de medeoverheden. De NOVI richt zich op die ontwikkelingen waarin meerdere nationale belangen bij elkaar komen en keuzes in samenhang moeten worden gemaakt tussen die nationale belangen.
Voor dit project relevante nationale belangen zijn:
Keuzes
De belangrijkste keuzes zijn:
Toetsing
Door de consoliderende aard van voorliggend bestemmingsplan heeft dit plan geen raakvlak met de NOVI.
Het Barro is de juridische vertaling van het beleid dat geschetst is in het NOVI. Dit beleidsdocument bevat regels die doorwerken naar lagere overheden. Dit betekent dat de regels uit het Barro ook geïmplementeerd moeten worden in provinciale en gemeentelijke ruimtelijke plannen. Evenals de NOVI wordt het Barro gekenmerkt door een hoog abstractie- en schaalniveau. Het Barro bevat regels voor bijvoorbeeld de mainportontwikkeling van Rotterdam, het kustfundament en defensie.
Toetsing
Op het plangebied zijn geen voorwaarden van toepassing op basis van het Barro.
In de Omgevingsvisie Noord-Brabant is het provinciaal beleid ten aanzien van de ruimtelijke ontwikkelingen in de provincie Noord-Brabant op hoofdlijnen uiteengezet voor de periode tot 2050. Naast een beeld van het Noord-Brabant van nu is een beeld geschetst van het welvarend, verbonden, klimaatproof en vernieuwend Noord-Brabant van 2050. Hieruit zijn vier hoofdopgaven te onderscheiden die nauw met elkaar samenhangen:
Samen met andere partijen, zoals gemeenten en bedrijven, wil de provincie uitvoering geven aan projecten die passen binnen deze opgaven. Van belang is dat het in de toekomst ook goed wonen, werken en verblijven blijft. Werken aan een goede omgevingskwaliteit zowel in de bebouwde als in de onbebouwde omgeving is het uitgangspunt.
Toetsing
Het voorliggende veegplan heeft door zijn consoliderende aard geen betrekking op het gestelde in de (interim) omgevingsvisie van provincie Noord-Brabant.
Op 1 januari 2024 treedt de Omgevingswet in werking. Vanwege de Omgevingswet moet de provincie haar regelsysteem aanpassen. Straks heeft de provincie nog maar één verordening waarin alle regels zijn opgenomen over de fysieke leefomgeving. De Interim omgevingsverordening Noord-Brabant is een eerste stap op weg naar de definitieve omgevingsverordening. De Interim omgevingsverordening Noord-Brabant is beleidsneutraal van karakter. Dat betekent dat er geen nieuwe beleidswijzigingen zijn doorgevoerd, behalve als deze voortvloeien uit vastgesteld beleid, zoals de Omgevingsvisie Noord-Brabant. In beginsel zijn de huidige regels met het huidige beschermingsniveau gehandhaafd.
In hoofdstuk 3 van de omgevingsverordening zijn zogenaamde instructieregels opgenomen die gemeenten moeten toepassen in hun bestemmingsplannen. Vooruitlopend op de Omgevingswet richten de instructieregels zich op een evenwichtige toedeling van functies (in plaats van het bestemmen van ontwikkelingen). Dit betekent dat de regels ook vanuit functies (van gebieden) zijn opgebouwd. Daarnaast richten de regels zich op een goede omgevingskwaliteit, inclusief een veilige en gezonde leefomgeving (in plaats van een goede ruimtelijke kwaliteit). Tevens zijn een aantal algemene basisprincipes opgenomen.
Toetsing
Het voorliggende veegplan heeft door zijn consoliderende aard geen betrekking op regels die zijn gesteld in de interim omgevingsverordening van provincie Noord-Brabant.
Het provinciaal beleid staat de uitvoering van het plan niet in de weg.
De gemeenteraad van Loon op Zand heeft op 5 maart 2015 de structuurvisie Loon op Zand 2030 vastgesteld. Deze is in maart 2018 herzien (Structuurvisie Loon op Zand 2030, 1e herziening). De Structuurvisie benoemt als uitgangspunt voor de ruimtelijke koers het behouden en waar mogelijk versterken van de bestaande kwaliteiten en het op adequate wijze inspelen op trends en ontwikkelingen. De belangrijkste ambities zijn gericht op:
Toetsing
Door de consoliderende aard van voorliggend bestemmingsplan heeft dit plan geen raakvlak met Structuurvisie Loon op Zand 2030.
In dit artikel worden de begrippen gedefinieerd, die in de planregels worden gehanteerd. Bij de toetsing aan de beheersverordening wordt uitgegaan van de in dit artikel aan de betreffende begrippen toegekende betekenis. De overige begrippen uit de betreffende beheersverordeningen zijn van toepassing verklaard.
De wijze van meten uit de betreffende beheersverordeningen zijn van toepassing verklaard.
In dit artikel worden begrippen toegevoegd aan de beheersverordeningen zoals opgenomen in tabel 1 in lid 1.3.
Artikel 4 Beheersverordening Centrum Kaatsheuvel
Peperstraat nr. 8
Ter plaatse van de Peperstraat nr. 8 is op de verbeelding de horecacategorie aangepast. De horecacategorie is aangepast van horecacategorie 3 naar horecacategorie 1.
Artikel 5 Beheersverordening De Moer
Middelstraat 3
Ter plaatse van de Middelstraat 3 en omgeving is de woonbestemming hersteld conform de vergunde situatie.
Zijstraat
Ten westen van de Zijstraat is de bestemming van het meest noordelijke sportveld hersteld in de bestemming 'Sport' en een klein gedeelte 'Agrarisch - 1'.
Percelen achter Hooivork 9, 11 en 13
In 2016 is een omgevingsvergunning verleend waarbij de percelen 854 en 855 de bestemming 'Wonen - 1' met de aanduiding 'bijgebouwen' hebben gekregen. Daarnaast is de verbeelding dusdanig aangepast dat er ten noorden van de woonbestemming van Hooivork 13 bijgebouwen toegestaan worden. Dit wordt nu vertaald in het veegplan.
Artikel 6 Beheersverordening Woongebieden Kaatsheuvel
Antoniusstraat 43
Ter plaatse van de Antoniusstraat 43 is een vergunning verleend voor het omzetten van de bestemming ‘Bedrijf’ naar de bestemming ‘Wonen’. Met dit veegplan wordt de bestemming ‘Wonen’ toegekend aan het perceel.
Doctor van Beurdenstraat 49
Ter plaatse van de Doctor van Beurdenstraat 49 wordt op de verbeelding de aanduiding 'wonen' opgenomen, hier is tevens wonen op de begane grond toegestaan. Hiermee is een omissie in het plan hersteld.
Dodenauweg 2
Ter plaatse van de Dodenauweg 2 is op de verbeelding de bestemming Maatschappelijk - politiekantoor opgenomen. Er is een omgevingsvergunning met afwijking verleend voor kantoor schoolbesturen. De aanduiding sm - politiebureau met bijbehorende regels komt te vervallen.
Erasstraat 67
Ter plaatse van de Erasstraat 67 bevindt het bijgebouw zich in de achtertuin. Dit bijgebouw heeft de bestemming 'Agrarisch' i.p.v. 'Wonen', terwijl hier in 2007 vergunning voor is verleend. Met dit veegplan wordt de bestemming ‘Wonen’ toegekend aan dit deel van het perceel.
Erasstraat 83
Met de beheersverordening is onterecht de bestemming ‘Wonen’ uit het bestemmingsplan ‘Erasstraat 83 Kaatsheuvel’ komen te vervallen. Met dit Veegplan wordt de bestemming ‘Wonen’ wederom toegekend aan dit perceel.
Gasthuisstraat 101
Ter plaatse van de Gasthuisstraat 101 is op de verbeelding de aanduiding 'wonen' opgenomen, hier is tevens wonen op de begane grond toegestaan.
Hoofdstraat 107-109
Ter plaatse van de Hoofdstraat 107-109 is op de verbeelding de aanduiding 'Kantoor 'opgenomen, hier is tevens een kantoor op de begane grond toegestaan. Hiermee is een omissie in het plan hersteld.
Hoofdstraat 1
Ter plaatse van de Hoofdstraat 1 is op de verbeelding de aanduiding 'bedrijfswoning' opgenomen. Hiermee is een omissie in het plan hersteld.
Horst 4
Ter plaatse van het adres Horst 4 is conform het huidige gebruik de bestemming 'Groen' aangepast in 'Verkeer' op de verbeelding.
Gasthuisstraat 119 en Leo XIII-straat
Nabij de Gasthuisstraat 119 en Leo XIII-straat is de woonbestemming opgenomen op de verbeelding. Dit naar aanleiding van de reeds vergunde situatie ter plaatse van dit perceel.
Monseigneur Völkerstraat 51
Ter plaatse van de Monseigneur Völkerstraat 51 is op de verbeelding van de Beheersverordening Woongebieden Kaatsheuvel onterecht de bestemming 'Bedrijf' opgenomen. Hier wordt de bestemming gewijzigd in 'Wonen' conform de voorloper van de beheersverordening 'Kom Kaatsheuvel'.
Roestenbergstraat 64
Ter plaatse van Roestenberg 64 is de bestemming 'Detailhandel' met dit veegplan gewijzigd in de bestemming ‘Wonen’.
Van Haestrechtstraat 3C
Ter plaatse van de Van Haestrechtstraat 3C heeft het perceel onterecht de bestemming ‘Wonen’ gekregen. Met dit veegplan wordt de bestemming ‘Bedrijf ’hersteld conform de huidige situatie.
Roulet 5 t/m 21
Ter plaatse van de adressen Roulet 5 t/m 21 zijn de bouwvlakken en aanduidingen binnen het bestemmingsvlak aangepast conform de huidige bestaande situatie.
Van Haestrechtstraat 10
Ter plaatse van de Haestrechtstraat 10 is sprake van een bedrijfswoning. Ter plaatse van deze bedrijfswoning wordt de aanduiding 'bedrijfswoning' toevoegd.
Bijgebouwen regeling Wonen
Binnen de bestemmingen 'Cultuur en Ontspanning', 'Detailhandel', 'Dienstverlening', 'Horeca' en 'Kantoor' is Wonen uitsluitend op de verdieping toegestaan. Er is ook een bouwregel voor het bouwen van bijgebouwen ten dienste van de woning. Met deze regeling wordt geregeld dat bijgebouwen ook voor wonen gebruikt mogen worden.
Groen (speelvoorzieningen)
In de beheersverordening Woongebieden Kaatsheuvel is geregeld in Groen dat bouwwerken geen gebouw zijnde max. 2 meter hoog mogen zijn. Met deze regeling wordt voor speeltoestellen aangesloten bij artikel 3 bijlage II Bor (4 meter).
Snippergroen
Ter plaatse van de adressen zoals opgenomen in tabel 3.1 is het snippergroen aangepast in de aangegeven hoofdbestemming. Aanduidingen en dubbelbestemmingen zijn weergegeven op de verbeelding.
Tabel 3.1 Snippergroen
Adres Snippergroen |
Bestemming was: | Bestemming wordt: |
Bachstraat 7, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Berndijksestraat 9, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Berndijksestraat 11, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Burg. Van Der Heijdenlaan 12, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Jeroen Boschstraat 13, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Johan de Wittstraat 16, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Hilsestraat 37, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 2, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 28, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 32, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 34, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 36, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 38, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 40, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 42, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 44, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 46, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 48, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 50, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 52, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 54, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 56, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kempenland 58, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Kortevaert 7, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Leemkuilen 23, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Marktstraat 100, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Meierijlaan 53, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Middelstraat 20, De Moer | Maatschappelijk | Wonen |
Multatulihof 26, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Pastoor Simkensstraat 4, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
President Kennedyplein 10, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Peelland 12 , Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Schubertstraat 30, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Schubertstraat 40, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Slingebeek 2, Kaatsheuvel | Verkeer | Wonen |
Vaartstraat 33, Kaatsheuvel | Water | Wonen, Agrarisch en Verkeer |
Van Heeswijkstraat 77, Kaatsheuvel | Groen | Verkeer |
Vossenbergselaan 7 en 7a, Kaatsheuvel | Wonen | Wonen |
Vossenbergselaan 9, Kaatsheuvel | Wonen | Wonen |
Deze regel volgt uit het Besluit ruimtelijke ordening en wordt opgenomen in alle bestemmingsplannen. Om te voorkomen dat grond dubbel wordt meegeteld, is hier geregeld dat grond die eenmaal bij een bouwplan is meegenomen, bij andere aanvragen buiten beschouwing moet blijven.
Met dit artikel wordt een koppeling gemaakt tussen de maatvoeringsaanduidingen op de verbeelding en de bouwregels zoals opgenomen in hoofdstuk 2.
Met dit artikel en het toevoegen van de begrippen wordt het vastleggen van de woningaantallen en begrippen van toepassing verklaard zoals wordt beoogd met de 'Parapluherziening Loon op zand 2019, Wonen' zoals vastgesteld op 28 maart 2019.
Artikel 9 Algemene gebruiksregels
Er is een dynamische verwijzing naar gemeentelijke parkeernormen opgenomen.
Artikel 10 Overgangsrecht en 11 Slotregel
Het overgangsrecht ten aanzien van bouwen is neergelegd in artikel 14.1 lid 1 Wro. Enkele bouwmogelijkheden in afwijking van de regels blijven bestaan voor gebouwen die afwijken van het plan en die zijn of worden gebouwd bij of krachtens de Woningwet. Bestaande afwijkingen mogen niet worden vergroot. Uitbreiding is slechts mogelijk met een omgevingsvergunning om af te wijken van het bevoegd gezag.
Lid 2 betreft de overgangsregels met betrekking tot het gebruik van onbebouwde gronden en bouwwerken die afwijken van het bestemmingsplan op het moment dat dit rechtsmacht verkrijgt. Dit gebruik mag worden voortgezet. Wijziging van het gebruik is slechts toegestaan indien de afwijzing hierdoor niet wordt vergroot.
Het laatste artikel van de planregels betreft de slotregel van het onderliggende bestemmingsplan.
Bij nieuwe ontwikkelingen moet onder de Wet ruimtelijke ordening (Wro) tegelijk met het bestemmingsplan een exploitatieplan worden vastgesteld, tenzij het kostenverhaal anderszins is verzekerd, bijvoorbeeld door middel van gemeentelijke gronduitgifte of een anterieure overeenkomst. De gemeente heeft hierbij de onderzoekverplichting om de financieel-economische uitvoerbaarheid van het plan te toetsen.
Er is in dit geval geen sprake van aangewezen bouwplannen in de zin van artikel 6.2.1 van het Besluit ruimtelijke ordening. Het plan is financieel uitvoerbaar.
De Wro kent geen voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening. De beheersverordening is vergelijkbaar met andere verordeningen die een gemeente kan vaststellen, zoals bijvoorbeeld een horeca-verordening of een geluidverordening. Er is in het kader van de beheersverordening geen bezwaar bij de gemeenteraad of beroep bij de bestuursrechter mogelijk.
Vooroverleg
Desalniettemin wil de gemeente Loon op Zand de beheersverordening voorlegd aan de betreffende instanties voor vooroverleg. In het verslag vooroverleg zijn alle ingediende vooroverlegreacties van een gemeentelijke reactie voorzien. Dit verslag is als bijlage 1 bij de toelichting gevoegd.
Inspraak
In het eindverslag inspraakprocedure zijn alle ingediende inspraakreacties van een gemeentelijke reactie voorzien. Dit verslag is als bijlage 2 bij de toelichting gevoegd.