Plan: | Wijzigingsplan Heusden Buitengebied Gasleiding |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0797.WPHEBUgasleiding-VG01 |
Onder externe veiligheid verstaat men het beheersen van risico's die voortvloeien uit de opslag, productie, het gebruik en vervoer van gevaarlijke stoffen.
Inrichtingen met gevaarlijke stoffen
Op 27 oktober 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen in werking getreden. Dit besluit richt zich primair op inrichtingen als bedoeld in de Wet milieubeheer. Deze inrichtingen brengen risico's met zich mee voor de in de omgeving gelegen risicogevoelige objecten.
Op 13-02-2009 is het gewijzigde Bevi in werking getreden. Deze wijzigingen betreffen een uitbreiding van de lijst met (beperkt) kwetsbare objecten en risicovolle inrichtingen. Ook is de nieuwe Wet ruimtelijke ordening in het Bevi doorgevoerd.
De risicobenadering kent twee begrippen om het risiconiveau voor activiteiten met gevaarlijke stoffen in relatie tot de omgeving, aan te geven. Er zijn normen opgesteld voor het plaatsgebonden risico (PR, locatiegericht) en groepsrisico (GR, gericht op grootte van een slachtoffergroep).
Plaatsgebonden risico
Het plaatsgebonden risico van een bepaalde activiteit is de kans dat een persoon die continu en onbeschermd op die plaats aanwezig is, komt te overlijden als gevolg van een ongeval met die activiteit. De 10-6 contour geldt hiervoor als risicomaat.
Groepsrisico
Het Groepsrisico is de cumulatieve kans per jaar dat ten minste 10, 100 of 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijke stof betrokken is. Het groepsrisico wordt weergegeven in een Fn-curve en vergeleken met de oriƫntatiewaarde.
Transport gevaarlijke stoffen door buisleidingen
Op 1-1-2011 is het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb) in werking getreden met de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen (Revb). Dit besluit omvat de nieuwe regelgeving op het gebied van buisleidingen waardoor gevaarlijke stoffen worden vervoerd.
In plaats van de bebouwings- en toetsingsafstanden waar in de oude circulaires van werd uitgegaan, dienen nu de belemmeringenstrook (4 of 5 m), de plaatsgebonden risicocontour (10-6) en het invloedsgebied van het groepsrisico (1%-letaliteitsgrens) in acht te worden gehouden bij ruimtelijke ontwikkelingen.
Onderzoek
Voor dit wijzigingsplan is in kader van de externe veiligheid een Risicoanalyse uitgevoerd. Uit de risicoanlyse wordt het volgende geconcludeerd:
Plaatsgebonden risico Z-517-17
Het plaatsgebonden risico van gastransportleiding Z-517-17 voldoet in het beschouwde gebied aan het Besluit externe veiligheid buisleidingen van de bijbehorende Regeling externe veiligheid buisleidingen, doordat het PR van de leiding, die een ontwerpdruk van 40 bar heeft, op een afstand van vier meter gemeten uit het hart van de gastransportleiding niet hoger is dan 10-6 per jaar. Het niveau van 10-6 per jaar wordt niet bereikt en dus wordt tevens voldaan aan de grens- en richtwaarde voor het plaatsgebonden risico dat er zich geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten binnen deze contour mogen bevinden.
Groepsrisico Z-517-17
Het groepsrisico van gastransportleiding Z-517-17 heeft zowel in het toekomstige als in het huidige scenario geen situatie waarbij er 10 of meer slachtoffers vallen. Hierdoor is er conform het Besluit externe veiligheid buisleidingen geen sprake van groepsrisico. Het is duidelijk dat hiermee voldaan wordt aan de oriƫntatiewaarde van het groepsrisico.
Conclusie
Het aspect externe veiligheid vormt geen belemming voor het wijzigingsplan.