direct naar inhoud van 2.2 Provinciaal niveau
Plan: Koesteeg, Nieuwkuijk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0797.BPkoesteegnwkuijk-OH01

2.2 Provinciaal niveau

2.2.1 Structuurvisie Ruimtelijke Ordening

De Structuurvisie Ruimtelijke Ordening bevat de visie van het provinciale bestuur op de ruimtelijke ontwikkelingen in Noord-Brabant.
Onderstaande afbeelding geeft een uitsnede van de plankaart. Onderhavig plangebied ligt in de aanduiding 'stedelijk concentratiegebied'.

afbeelding "i_NL.IMRO.0797.BPkoesteegnwkuijk-OH01_0004.jpg"

uitsnede structurenkaart Structuurvisie Ruimtelijke Ordening

Conclusie
Het stedelijk concentratiegebied heeft een bovenlokale opvangtaak voor verstedelijking. Voorliggend plan past binnen het beleid van de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening.

2.2.2 Verordening ruimte

Op 1 maart 2011 is de Verordening ruimte Noord-Brabant in werking getreden. Deze Verordening stelt regels aan de inhoud van ruimtelijke plannen voor die aspecten waar provinciale of nationale belangen dat met het oog op een goede ruimtelijke ordening noodzakelijk maken.

Voorliggend plan omvat de realisatie van 11 woningen binnen de volgende aanduidingen:

  • bestaand stedelijk gebied, stedelijk concentratiegebied;
  • boringsvrije zone.

Derhalve zijn de volgende artikelen van toepassing:

  • artikel 3.2 Stedelijke ontwikkeling in bestaand stedelijk gebied;
  • artikel 3.5 Regels voor nieuwbouw van woningen;
  • artikel 5.5 Bescherming van beschermingszones voor grondwaterwinningen voor de openbare drinkwatervoorziening.

Conclusie
Het plan moet aan artikelen 3.2, 3.5 en 5.5 van de Verordening ruimte worden getoetst. Dit vindt plaats in paragraaf 4.6. Uit die toetsing volgt dat het plan voldoet aan de Verordening ruimte.

2.2.3 Beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006

De beleidsregel Ruimte voor Ruimte heeft tot doel de ruimtelijke kwaliteit te verbeteren door, in afwijking van de regel dat geen burgerwoningen mogen worden toegevoegd aan het buitengebied, op passende locaties de bouw van woningen toe te staan in ruil voor de sloop van agrarische bedrijfsgebouwen. Op 20 december 2005 hebben Provinciale Staten van Noord-Brabant de (aangepaste) "Beleidsregel ruimte voor ruimte 2006" vastgesteld.

De beleidsregel bevat zowel voorwaarden voor de sloop van de agrarische bedrijfsgebouwen (sloopregeling) als voor de locaties waar de Ruimte voor Ruimte-kavels mogen worden gerealiseerd.

De ontwikkeling van Ruimte voor Ruimte-kavels is direct gerelateerd aan concreet te slopen staloppervlak. Voor de sloop van 1000 m2 stallen en de bijbehorende milieuwinst mag één Ruimte voor Ruimte-kavel worden gebouwd.

Om aan te tonen dat er inderdaad per te ontwikkelen woningbouwkavel 1000 m2 stallen gesloopt zijn, stelt de provincie conform afspraken met de Ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor Ruimte dossiernummers ter beschikking van aanvragen voor sloopsubsidie in het kader van de beëindigingsregeling. De benodigde dossiernummers voor onderhavig plangebied zijn opgenomen in onderstaande tabel.

aanvraagnummer   mestnummer   sloop in m2   toegekende sloop in m2  
4531052   111038804   4.788   3.788  
4530976   114018618   2.092   1.092  
4530879   115048162   1.812   1.120  
totaal ingebrachte sloop m2   6.000  

In de beleidsregel worden planologische voorwaarden aan Ruimte voor Ruimte-kavels gesteld. Deze voorwaarden komen overeen met artikel 3.5.2 van de Verordening ruimte. De feitelijke toetsing aan deze voorwaarden vindt plaats in paragraaf 4.6 van dit bestemmingsplan. Uit paragraaf 4.6 blijkt dat het plan voldoet aan de voorwaarden.

Conclusie

Het plan voldoet aan de beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006.

2.2.4 Provinciale Milieuverordening Noord-Brabant

De "Provinciale Milieuverordening Noord-Brabant" geeft onder andere de begrenzing van grondwaterbeschermingsgebieden weer. In de omgeving van het plangebied ligt een grondwaterbeschermingsgebied ten behoeve van de drinkwatervoorziening. Het plangebied ligt in de boringsvrije zone bij het grondwaterbeschermingsgebied. Zie onderstaande afbeelding.

afbeelding "i_NL.IMRO.0797.BPkoesteegnwkuijk-OH01_0005.jpg"

uitsnede kaart Provinciale Milieuverordening Noord Brabant

Binnen een boringsvrije zone geldt:

"Het is verboden in boringsvrije zones buiten inrichtingen:

  • a. boorputten op te richten, in exploitatie te nemen of te hebben dieper dan 10 meter onder het maaiveld;
  • b. de grond dieper te roeren dan 10 meter onder het maaiveld of anderszins werken op of in de bodem uit te voeren of te doen uitvoeren; onder deze werken worden in elk geval verstaan ontgrondingen, bodemstabiliseringswerken, grond- en funderingswerken en het plaatsen en verwijderen van damwanden en heipalen.
  • c. warmtepompsystemen met een bodemwarmtewisselaar (gesloten systemen) op te richten".

De toetsing aan deze voorwaarden vindt plaats in paragraaf 4.6.

Conclusie

Binnen het plangebied zullen geen ingrepen worden gedaan die vallen binnen bovenstaand verbod.

 

2.2.5 Natuurbeheerplan

Op 1 januari 2010 is het nieuwe Subsidiestelsel voor Natuur- en Landschapsbeheer (SNL) in werking getreden. Het SNL bestaat uit twee subsidieverordeningen. Ten behoeve van de uitvoering van deze verordeningen heeft de provincie een natuurbeheerplan opgesteld. In het natuurbeheerplan begrenst de provincie gebieden waar subsidiëring van natuurgebieden, agrarische natuur en landschapselementen kan plaatsvinden. Het geeft ook aan waar kwaliteitsimpulsen voor natuur en landschap mogelijk zijn.

In het natuurbeheerplan zijn de beheertypen vastgelegd op de beheertypenkaart en de ambitiekaart. Deze kaarten vormen de kern van het natuurbeheerplan. De beheertypenkaart geeft de huidige situatie weer en is basis voor beheersubsidies. De ambitiekaart geeft de natuurdoelen op termijn weer.

Onderstaande afbeelding is een uitsnede uit de beheertypenkaart. Binnen het plangebied worden geen specifieke natuurtypen aangeduid.

afbeelding "i_NL.IMRO.0797.BPkoesteegnwkuijk-OH01_0006.jpg"

uitsnede beheertypenkaart

Ook op de ambitiekaart worden binnen het plangebied geen natuurtypen aangeduid. Er is dus geen ambitie op termijn om binnen het plangebied natuur te ontwikkelen.

Conclusie

Binnen het plangebied staan zowel op de beheertypenkaart als op de ambitiekaart geen natuurtypen aangeduid.