direct naar inhoud van 4.7 Waterparagraaf
Plan: Bedrijventerrein Steenfabriek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0797.BPbedrijven5-VG01

4.7 Waterparagraaf

Het Rijksbeleid ten aanzien van water is neergelegd in de Vierde Nota Waterhuishouding (1998). Hierin is aangegeven dat het waterbeheer in Nederland moet zijn gericht op een veilig en goed bewoonbaar land met gezonde duurzame watersystemen. Om dit te bereiken moet zoveel mogelijk worden uitgegaan van een watersysteembenadering en integraal waterbeheer. In de nota is onder meer aangegeven dat stedelijk water meer aandacht moet krijgen. Volgens de nota Waterbeheer in de 21e eeuw (2000) moet aan het watersysteem meer aandacht worden gegeven om de natuurlijke veerkracht te benutten. Voorkomen van afwenteling door het hanteren van de drietrapsstrategie "vasthouden-bergen-afvoeren" staat hierbij centraal. Ook in stedelijke uitbreidingen dient daarom het overtollige hemelwater beter te worden vastgehouden. Het vroegtijdig betrekken van de waterbeheerder en het meewegen van het waterbelang is, door middel van de Watertoets, per 1 juli 2008 verankerd in art. 3.1.6 lid 1 sub b van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro).

De watertoets is een overlegverplichting tussen initiatiefnemer en waterbeheerder(s) en geldt onder andere voor het vaststellen van een bestemmingsplan, of een wijzigings- en uitwerkingsplan als bedoeld in artikel 3.6 lid 1 sub a en b Wro. De watertoets omvat het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren, afwegen en uiteindelijk beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten. Het doel van de watertoets is waarborgen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op evenwichtige wijze in beschouwing worden genomen bij alle waterhuishoudkundige relevante ruimtelijke plannen en besluiten.

Het plangebied valt volledig binnen het beheersgebied van Waterschap Aa en Maas. Hiervoor geldt het beheersplan 2010-2015 en de acht beleidsuitgangspunten voor de watertoets. Het Waterschap Aa en Maas en De Dommel en de betreffende gemeenten, waaronder gemeente Heusden hebben een Waterplan opgesteld op basis van de Europese Kaderrichtlijn Water, de 4e Nota Waterhuishouding, Nota Waterbeheer 21e eeuw, het Nationaal Bestuursakkoord Water en de Wet gemeentelijke watertaken. De gemeente is verantwoordelijk voor hemelwater, grondwater en afvalwater.

Het waterplan is kaderstellend en hierin zijn zeven doelen geformuleerd:

  • veerkrachtige duurzame (grond)watersysteem in 2015;
  • optimaal functionerende waterketen in 2015;
  • effectieve waterorganisatie;
  • veilig en gezond watersysteem;
  • optimale recreatie en educatie;
  • water als ordenend principe;
  • maximaal ontwikkeld waterbewustzijn en communicatie.

Het onderhavige plangebied heeft betrekking op bestaand stedelijk gebied. Er zullen geen ingrijpende veranderingen in het waterhuishoudingsysteem als gevolg van dit bestemmingsplan plaatsvinden.

Oppervlaktewater

Voor een bescherming van watergangen beschikt het waterschap over een Keur oppervlaktewater. Bescherming door middel van het bestemmingsplan wordt als een complementaire aanvulling van de keur gezien. Het bestemmen als 'Water' van de oppervlaktewateren in het bestemmingsplan biedt als voordeel dat belangen en eventuele beperkingen eerder en beter in beeld zijn. Belangrijke watergangen dienen door middel van het bestemmingsplan te worden beschermd. Dit geldt met name voor de primaire of hoofdwaterlopen, ook wel leggerwatergangen genoemd. Ontwikkelingen die een negatieve invloed hebben op de waterkwaliteit en de natuurdoelstelling van voornoemde watergangen zijn in het plangebied (aanleg) vergunningsplichtig, zoals het bouwen en het uitvoeren van tal van werken en werkzaamheden (vergraven, egaliseren, dempen enzovoort).

Binnen het bestemmingsplan is geen oppervlaktewater of primaire waterkering aanwezig. Wel bevinden zich binnen het plangebied een deel van de kernzone, beschermings- en buitenbeschermingszone van de zuidelijke helft van de primaire waterkering langs de Maas. Ter bescherming van de waterkering is voor deze zones een dubbelbestemming opgenomen.

Riolering

Op basis van het activiteitenbesluit wordt hemelwater van bedrijven in situaties van ver- en nieuwbouw niet meer op het gemeentelijk vuilwaterriool geaccepteerd. Het oppervlaktewater in de directe omgeving kan het water niet aan. Het betreffende hemelwater zal door het bedrijf zelf worden verwerkt.

Uitgangspunten voor het bestemmingsplan

  • Leggerwatergangen binnen het plangebied worden bestemd als Water. Binnen het Bedrijventerrein Steenfabriek zijn deze echter niet aanwezig.
  • Voor de beschermingszones van primaire waterkering is de dubbelbestemming Waterstaat-Waterkering opgenomen.