Plan: | DPO-Leiding Bokhoven |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002415-1401 |
Het bestemmingsplan DPO-Leiding Bokhoven met identificatienummer NL.IMRO.0796.0002415-1401 van de gemeente 's-Hertogenbosch.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofd- gebouw.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waarvan de activiteiten in hoofdzaak niet publieksaantrekkend zijn en die op kleine schaal in een woning en/of de daarbij behorende bijgebouwen worden uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende activiteit een ruimtelijk uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
een bijgebouw dat qua ligging een ruimtelijke eenheid vormt met de woning en waarin een gedeelte van de huishouding uit een oogpunt van mantelzorg gehuisvest is.
een akkerbouw-, bloementeelt, sierteelt-, fruitteelt- of ander tuinbouwbedrijf, alsmede een pluimvee-, varkens-, mestrund- en mestkalverenhouderij danwel een uit twee of meer van genoemde bedrijfstakken samengesteld bedrijf, al dan niet met vee, met uitzondering van een paardenfokkerij, paardenhouderij, een pelsdierhouderij, volkstuinen en een mammoetbedrijf voor intensieve veehouderij.
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een object als bedoeld in artikel 1, eerst lid onder b van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan warden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
Een ondergrondse leiding met een diameter van 10 inch en een maximale druk van 96 bar, voor het transport van brandstoffen, in de vorm van K2/K3 vloeibare aardolieproducten, met de daarbij horende voorzieningen, zoals afsluiters en vloeistofvangers, en de daarbij horende belemmeringenstroken.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
de aan een gebouw of gebied toegekende waarde, die gekenmerkt wordt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt.
iedere bovenbeëindiging van een gebouw.
een gedeelte van een gebouw, gesitueerd op de bovenste laag van een gebouw, met een oppervlakte van maximaal 60% van de oppervlakte van de bovenste laag en een afstand van minimaal 1 meter tot de voorgevel.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
die vormen van openluchtrecreatie, waarbij in het algemeen het beleven van rust voorop staat en het aantal recreanten per oppervlake-eenheid beperkt is.
salderen met één of meer activiteiten buiten de begrenzing van één project of locatie ten behoeve van de verlening van een natuurvergunning.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een agrarisch bedrijf, waarvan de productie geheel of overwegend afhankelijk is van het voortbrengend vermogen van de bij het bedrijf behorende grond.
elke dakafdekking van een bouwwerk met een helling tussen de 15 en 75 graden.
Een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
activiteiten gericht op het verstrekken van dranken en/of maaltijden voor gebruik ter plaatse.
K2 vloeibare aardolieproducten: waarbij de brandbare vloeistof (klasse 2) een vlampunt heeft gelijk aan of boven 294 K (21° C) en ten hoogste 328 K (55° C), volgens de Handleiding Risicoberekeningen Besluit externe veiligheid buisleidingen, RIVM, versie 2.0, 1 juli 2014;
K3 vloeibare aardolieproducten: waarbij de brandbare vloeistof (klasse 3) een vlampunt heeft boven de 328 K (55° C) en ten hoogste 373 K (100° C), volgens de Handleiding Risicoberekeningen Besluit externe veiligheid buisleidingen, RIVM, versie 2.0, 1 juli 2014.
tenten, tentwagen, kampeerauto's of caravans dan wel andere onderkomens of enig andere voertuigen of gedeelten daarvan, voorzover geen bouwwerk aan te merken, die geheel of gedeeltelijk blijvend zijn bestemd of ingericht dan wel worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf dan wel voor nachtverblijf van personeel, werkzaam op het kampeerterrein waar deze onderkomens of voertuigen zijn geplaatst; een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf.
een terrein met daarbij behorende voorzieningen voor het houden van recreatief nachtverblijf of het plaatsen dan wel geplaatst houden van kampeermiddelen.
een object als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder l van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
geomorfologische en landschappelijk-esthetische waarden (mede omvattende cultuurhistorische en/of archeologische waarden).
Defensie Pijpleiding Organisatie of diens rechtsopvolger.
het bieden van zorg aan een ieder die hulpbehoevend is op het fysieke, psychische en/of sociale vlak, op vrijwillige basis en buiten organisatorisch verband.
waarden in botanisch, ornithologisch en algemeen zoölogisch opzicht en verder geologische en/of bodemkundige waarden, waarbij met name de onderlinge samenhang (ecologie) van belang is.
werkzaamheden die regelmatig noodzakelijk zijn voor een goed beheer van de gronden en bouwwerken, waaronder begrepen de handhaving dan wel de realisering van de bestemming.
voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun bestemming onttrokken woonwagens, woonschepen, kampeermiddelen, schuilhutten en keten, al dan niet ingericht ten behoeve van recreatief buitenverblijf, voorzover deze al niet als bouwwerken zijn aan te merken;
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
De kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is.
elke vorm van recreatie gericht op verblijf buiten de eigen woning, waarbij ten minste een onvernachting plaat vindt in een recreatief nachtverblijf.
op de verbeelding als zodanig aangegeven grens van het bouwvlak, waarin de voorgevels van hoofdgebouwen gebouwd moeten worden, met dien verstande dat het is toegestaan bij nieuwbouw of herbouw tot ten hoogste 2,00 meter achter deze grens te bouwen.
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan een huishouden, waaronder begrepen eventueel gemeenschappelijk gebruik van bepaalde ruimten.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Vanaf peil tot aan de bovenkant goot, boeibord of daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Vanaf de afdekking van de bovenste bouwlaag tot aan het hoogste punt van de dakopbouw.
vanaf de bovenkant goot, boeibord of daarmee gelijk te stellen constructiedeel tot aan het hoogste punt van de kap.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren en dakvlakken zulks met inbegrip van erkers en dakkapellen en boven peil, met dien verstande dat bij woonruimten in gebouwen, die niet uitsluitend voor bewoning zijn bestemd, de inhoud van de woning wordt gemeten boven de afgewerkte vloer van de woonlaag of woonlagen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de oppervlakte van alle op een bouwperceel gelegen bouwwerken tesamen.
De voor Agrarisch met waarden - landschap aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen;
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken geen bouwwerken zijnde worden toegestaan ten behoeve van de erfafscheiding en waterhuishoudkundige doeleinden, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Tot een strijdig gebruik met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:
Het is zonder omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders verboden de navolgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in 3.4.1 geldt niet voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
De werken en/of werkzaamheden 3.4.1 zijn slechts toelaatbaar, wanneer hierdoor of ten gevolge hiervan het functioneren van de waterkering niet in gevaar komt, dan wel door het stellen van de voorwaarden kan worden voorkomen.
De voor Leiding - Brandstof aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse brandstofleiding als bedoeld in 1.16 en 1.34.
De regels van deze dubbelbestemming gelden primair ten opzichte van de regels van iedere andere bestemming of dubbelbestemming, waarmee deze dubbelbestemming samenvalt.
Op of in de in 4.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de in 4.1 genoemde leiding worden gebouwd, tot een maximale bouwhoogte van 3 m en een oppervlakte van niet meer dan 50 m2.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 4.3, voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en), waarbij moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Leiding - Brandstof zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 4.6.1 is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden:
De gronden aangewezen voor 'Waterstaat - Waterkering' zijn naast de andere krachtens dit plan hieraan gegeven bestemmingen bestemd voor dijken en kaden met een waterkerende functie.
Op gronden met de bestemming Waterstaat - Waterkering mag niet worden gebouwd, anders dan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de bestemming tot een hoogte van maximaal 3 meter.
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de waterkering, met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.2 en toestaan dat de in de onderliggende enkelbestemmingen genoemde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden gebouwd mits vooraf advies wordt ingewonnen van het waterschap.
Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 5.4 voor een gebruik conform de onderliggende enkelbestemmingen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatige functioneren van de waterkering.
Het is zonder omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders verboden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in 5.6.1 geldt niet voor werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:
De voor Sport aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:
De voor Verkeer - verblijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij behorende voorzieningen.
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd:
Tot een gebruik strijdig met de bestemming wordt in ieder geval gerekend het gebruik voor:
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd voor de inrichting en het onderhoud en beheer van openbaar nut, kunsttoepassing, kademuren en aanlegsteigers, met een maximale hoogte van 8 meter.
Gronden aangewezen voor Waterstaat - Stroomvoerend Rivierbed zijn, naast de andere bestemmingen bestemd voor de afvoer en berging van rivierwater, ijs en sediment.
De gronden met de bestemming Wonen zijn bestemd voor:
een en ander met de daarbij horende voorzieningen.
Voor het bouwen geldt dat :
Voor hoofdgebouwen gelden verder ook de volgende regels:
Het college van burgemeester en wethouders kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.2.1, 10.2.2, 10.2.3 en 10.2.4 ten aanzien van:
Tot strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
Het is verboden op of in de gronden met de gebiedsaanduiding 'Overige zone - Leiding buiten gebruik', zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 11.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
Het aanleggen van de nieuwe brandstofleiding, zoals beschreven in de artikelen 1.16 en 1.34 en weergegeven op de tekening in bijlage 1 bij deze regels, is uitsluitend toegestaan als wordt gewerkt in overeenstemming met de uitgangspunten in de Aeriusbijlagen bij het besluit op grond van de Wet natuurbescherming van februari 2021, dat als bijlage 2 bij deze regels is gevoegd, dan wel een latere voor dezelfde activiteiten verleende vergunning op grond van de Wet natuurbescherming.
Op de gronden met de dubbelbestemming Leiding - Brandstof, voor zover gelegen binnen de vigerende ruimtelijke plannen bestemmingsplan Buitengebied, met identificatienummer NL.IMRO.079600002031-1401 en Provinciaal inpassingsplan 'Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat Oost' (verder: PIP GOL) met identificatienummer NL.IMRO.9930.ipgoloost-va03, zijn de regels van deze plannen, met inachtneming van het bepaalde in artikel 4 onverkort van toepassing.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'DPO-Leiding Bokhoven'.