Plan: | Tuincentrum |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002179-1401 |
Het terrein is momenteel voor een groot deel verhard. Deze verharding wordt gevormd door het gebouw van het tuincentrum zelf met het buitenterrein, de parkeervoorzieningen en de huidige dienstwoning. Op het zuidoostelijke deel van het terrein is een watervoorziening aanwezig met een omvang van ongeveer 1.300 m².
Dit bestemmingsplan is een actualisatie van de geldende bestemmingsplannen 'Tuincentrum' en 'De Groote Wielen' / 1e herziening. In het kader van deze actualisatie is de waterparagraaf opgesteld. In het voorliggende bestemmingsplan zijn de nog niet benutte bouwmogelijkheden uit het geldende bestemmingsplan 'Tuincentrum' uit 1992 overgenomen. Het betreft een oppervlakte van maximaal 660 m².
Het plangebied watert af naar het noorden. Op de noord- en oostgrens van het terrein van Intratuin liggen waterlopen die de afwatering verzorgen.
Het gebied is gemengd gerioleerd. Direct ten noorden van het terrein van Intratuin bevind zich de leiding van het drukriool. Het rioolstelsel voldoet aan de eisen behorend bij de Leidraad Riolering. Bij een bui 8 treedt er geen water op straat op. Het oppervlaktewater systeem voldoet aan de inundatienormen.
Meervoudig ruimtegebruik: 'Er moet ruimte voor water gecreëerd worden, en vierkante meters zijn duur'. Door bij de inrichting van een plangebied ruimte voor twee of meer doeleinden te gebruiken, is het 'verlies van oppervlakte' als gevolg van de toegenomen ruimtevraag vanuit water te beperken. Het bestemmingsplan maakt geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk. Meervoudig ruimtegebruik is dan ook niet aan de orde.
Voorkomen van vervuiling: Bij de inrichting, het bouwen en het beheer van gebieden wordt het milieu belast. Vanuit zijn wettelijke taak ten aanzien van het waterkwaliteitsbeheer streeft het waterschap ernaar om nieuwe bronnen van verontreiniging zoveel mogelijk te voorkomen. Deze bronaanpak is ook verwoord in het Emissiebeheersplan. Het waterschap besteedt hier reeds aandacht aan in de fase van de watertoets, zodat dit aspect als randvoorwaarde kan worden meegenomen in het verdere ontwerpproces. Bij de bouw en het beheer en onderhoud van de nieuwe bebouwing dient daarom gewerkt te worden met methoden en materialen conform Duurzaam Bouwen. Het gebruik van uitloogbare materialen (zoals zink) dient daarbij vermeden te worden.
Wateroverlastvrij bestemmen: Het doel is hierbij om locaties aan te wijzen waarbij met een nieuwe functie het gebied nog blijft voldoen aan de NBW-normen. Gezien de locatie is dit voor de Empelseweg 9 geen aandachtspunt.
Waterschapsbelangen: Overige waterschapsbelangen zoals ecologische verbindingszones, tegengaan van verdroging en de Keur. Gezien de locatie is dit voor de Empelseweg 9 geen aandachtspunt.
De gemeente 's-Hertogenbosch heeft samen met waterbedrijf Brabant Water, waterschap De Dommel en de voormalige waterschappen De Aa en De Maaskant het waterplan 2 opgesteld. In het waterplan worden oppervlaktewater, grondwater en riolering in hun samenhang bekeken. Één van de aspecten die hierbij wordt nagestreefd, is om er voor te zorgen dat regenwater niet meer direct via het riool wordt afgevoerd (afkoppeling verhard oppervlak). Onderhavig plan wordt ook getoetst aan het Waterplan.