direct naar inhoud van Artikel 11 Verkeer
Plan: Bedrijventerreinen (Treurenburg, Maaspoort, Hambakenwetering, Brabantpoort, D...
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002178-1401

Artikel 11 Verkeer

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegverkeer;
  • b. verkeersvoorzieningen;
  • c. parkeerterrein;
  • d. transferium;
  • e. kunstwerken, zoals o.a. bruggen;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf': tevens voor bedrijfsactiviteiten (waaronder opslag van materialen) ten behoeve van onderhoud en beheer van rijkswegen;
  • g. aan de hoofdfunctie ondergeschikte voorzieningen zoals speelvoorzieningen, openbare verblijfsvoorzieningen, groenvoorzieningen, abri's, telefooncellen, straatmeubilair, nutsvoorzieningen, bijbehorende verhardingen, water, waterhuishoudkundige voorzieningen, standplaatsen en terrassen en dergelijke.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Gebouwen
  • a. Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:
    • 1. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
    • 2. het bouwvlak mag maximaal worden bebouwd met het percentage dat op de verbeelding is aangeduid;
    • 3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangeduid.
  • b. In afwijking van het bepaalde onder a. mogen gebouwen worden gebouwd buiten het bouwvlak, mits wordt voldaan de volgende voorwaarden:
    • 1. de oppervlakte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 50 m2;
    • 2. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter.
11.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 5 meter bedragen;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a. mag de bouwhoogte van kunstwerken, kunstobjecten en bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer niet meer bedragen dan 10 meter.
11.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
11.4 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of in gebruik te geven of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming.

11.5 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag wijkt met een omgevingsvergunning af van het bepaalde in lid 11.4, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.