Zuiderparkweg

4.5 Inpassing

De huidige groen elementen rond de bestaande bebouwing zorgen voor een vanzelfsprekende overgang van de relatief hoge bebouwing naar de groene omgeving van de Zuiderparkweg.

Bij een nieuwe ontwikkeling op deze plek is daarom extra aandacht nodig voor een goede groene inpassing van het gebouw in zijn omgeving. Een aantal bestaande bomen op het terrein spelen een belangrijke rol bij de acceptatie van de gebouwde massa ten opzichte van de ‘groene’ omgeving.

Het uitgangspunt vanuit het bomenbeleidsplan is dat de huidige situatie afgewogen gaat worden ten opzichte van de nieuwe situatie. Bij ruimtelijke procedures hoort het boombelang als een rode draad door het planvormingsproces te lopen. Er is een inventarisatie van de bestaande bomen gemaakt. Van alle bomen is één boom kapvergunningsplichtig, te weten een grote den op het achterterrein. De overige bomen zijn niet-kapvergunningplichtig en kunnen niet gehandhaafd blijven.

Na deze inventarisatie van de bomen is er een eerste ontwerp voor de inpassing gemaakt. Randvoorwaarden van het inpassingsplan zijn als volgt:

• een goede inpassing op het achterterrein met in lijn 9 bomen van de 1e orde met een maat van minimaal 35-40 centimeter doorsnede. Hierdoor wordt onder andere de privacy van de bewoners van de woningen aan de Van der Nootstraat gewaarborgd. Bovendien wordt hiermee het schaalverschil tussen de geplande kantoorgebouwen en woonhuizen aan de achterzijde op een ‘groene’ wijze acceptabel gemaakt worden;
• 6 bomen van de tweede orde rond het gebouw met een minimale doorsnede van 20-25 centimeter;
• 22 meerstammige solitaire bomen/struiken voornamelijk aan de voorzijde van het gebouw.

Concept inrichtingstekening