direct naar inhoud van 3.1 Beleid en wetgeving rijksniveau
Plan: Hoogwater 's-Hertogenbosch
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002125-1401

3.1 Beleid en wetgeving rijksniveau

Het relevante beleid- en wetgevingskader op rijksniveau omvat de volgende elementen:

  • Nota Ruimte
  • Agenda Vitaal Platteland
  • Revitalisering Landelijk Gebied
  • Natuurbeschermingswet
  • Flora- en Faunawet
  • Wet op de archeologische monumentenzorg
  • Het Nationaal Waterplan
  • Het Nationaal Bestuursakkoord Water

In cursief is telkens aangegeven wat deze beleidskaders betekenen voor het bestemmingsplan Hoogwater 's Hertogenbosch

3.1.1 Nota Ruime (Ministerie van VROM, 2006)

In de Nota Ruimte zijn op Rijksniveau de uitgangspunten voor de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland tot 2020 vastgelegd. De nota heeft vier hoofddoelen: het versterken van de economie, de ontwikkeling van krachtige steden en een vitaal platteland, het waarborgen van waardevolle (inter)nationale groengebieden en het waarborgen van de veiligheid. In de nota worden de bakens verzet in de vorm van nieuwe voorstellen met minder regels (deregulering) en meer ruimte voor ontwikkeling (van toelatingsplanologie naar ontwikkelingsplanologie). Het Rijk wil hierbij meer overlaten aan lagere overheden (centraal wat moet en decentraal wat kan). Enkele belangrijke koerswijzigingen in de Nota Ruimte zijn de extra aandacht voor de eigen verantwoordelijkheid van provincies en gemeenten, verbrede plattelandsontwikkeling en een minder streng contourenbeleid.

De hoofdlijnen van beleid zijn aangegeven in een ruimtelijke hoofdstructuur. Op de kaart met de 'Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur: economie, infrastructuur, verstedelijking', ligt de gemeente 's-Hertogenbosch in een nationaal stedelijk netwerk en een economisch kerngebied (zie figuur 3).

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002125-1401_0002.jpg"

Figuur 3: kaartuitsnede Nota Ruimte: Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur: Economie, Infrastructuur, Verstedelijking

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002125-1401_0003.jpg"

Figuur 4: Kaartuitsnede Nota Ruimte: Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur: water, natuur en landschap

Op de kaart met de 'Nationale Ruimtelijke Hoofdstructuur: Water, Natuur en Landschap' is het gebied van de gemeente 's-Hertogenbosch voor een klein deel ingevuld met de aanduiding natuurgebied: Ecologische hoofdstructuur (EHS), Vogel-en Habitatrichtlijngebieden (VHR), Natuurbeschermingswetgebieden (NB-Wet) (zie figuur 4). Aan de noordzijde wordt de gemeente begrensd door de rivier de Maas.

De Nota Ruimte biedt meer kansen om het economisch draagvlak en de vitaliteit van het landelijk gebied te vergroten. Daarom wil het Rijk de mogelijkheid voor hergebruik en nieuwbouw in het buitengebied verruimen. Vrijkomende bebouwing kan worden omgezet in wonen of werken (kleinschalige bedrijvigheid). Soms kan nieuwbouw wenselijk zijn. Denk hierbij aan woningbouw in de vorm van ruimte-voor-ruimte (rood voor rood) en nieuwe landgoederen (rood voor groen). Het Rijk acht economisch vitale, grondgebonden landbouw van belang voor het beheer van het buitengebied en verwacht dat de provincies in hun ruimtelijke plannen meer mogelijkheden scheppen voor een bredere bedrijfsvoering. Het Rijk ondersteunt de veranderingen in de landbouw onder andere door ruimtelijke ontwikkelingen in de richting van duurzame productie te vergemakkelijken.

Binnen het plangebied zijn het oostelijk deel van het Engelermeergebied en de plangebieddelen ten zuiden van de A59 aangewezen als EHS. De plangebieddelen ten zuiden van de A59 maken tevens onderdeel uit van het Natura-2000 gebied (VHR en NB-Wet) Vlijmens Ven, Moerputten en Bossche Broek.

3.1.2 Agenda Vitaal Platteland (Ministerie van LNV, 2004)

De Agenda Vitaal Platteland bevat de integrale visie van het Rijk op de verdere ontwikkeling van het platteland. De Nota Ruimte bevat vooral ruimtelijk beleid. De Agenda Vitaal Platteland beschrijft een integraal perspectief op basis van economische, ecologische en sociaal-culturele aspecten. De visie wordt beschreven aan de hand van de thema's verbreding van de landbouw (landbouw met een neventak en verbrede landbouw), leefbaarheid, natuur en landschap (EHS en Nationale Landschappen) en milieukwaliteit.

In de Agenda Vitaal Platteland wordt beschreven dat het watersysteem op orde moet worden gebracht. Waterberging is hier een onderdeel van. HOWABO en het bestemmingsplan Hoogwater 's Hertogenbosch geven concreet invulling aan deze doelstelling en sluiten aan bij de in de Agenda geuite wens om gebiedsgericht functies te combineren. HOWABO combineert waterberging met natuur, landschap en recreatie.

3.1.3 Revitalisering Landelijk Gebied (Ministerie van LNV, 2002)

De Reconstructiewet Concentratiegebieden (Rcw) is, na de varkenspestepidemie in 1997, opgesteld ten behoeve van de verbetering van de ruimtelijke structuur voor de intensieve veehouderij. In het Reconstructieplan Maas en Meierij is de integrale zonering van het landelijk gebied voor de intensieve veehouderij verder uitgewerkt in de vorm van landbouwontwikkelingsgebieden, verwevingsgebieden en extensiveringsgebieden. De wet voorziet in een rechtstreekse doorwerking van het reconstructiebeleid naar structuurvisies en bestemmingsplannen daar waar dit aan de orde is.

Het plangebied van het bestemmingsplan Hoogwater 's Hertogenbosch is onderdeel van een extensiveringsgebied (zie figuur 5). Intensieve veehouderijen hebben hier geen duurzaam perspectief. In paragraaf 4.3.1 wordt hier meer uitgebreid bij stilgestaan.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002125-1401_0004.png"

Figuur 5: Kaartuitsnede Reconstructieplan Maas en Meierij

3.1.4 Natuurbeschermingswet 1998 (Ministerie van LNV, 2005)

Op 1 oktober 2005 is de gewijzigde Natuurbeschermingswet 1998 in werking getreden. Hiermee is de gebiedsbescherming uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn in Nederlandse wetgeving geïmplementeerd. De wet biedt een beschermingskader voor natuurwaarden (leefgebieden en soorten) in Natura2000-gebieden en bepaalt dat projecten en andere handelingen in en nabij beschermde gebieden dienen te worden getoetst op (mogelijke) negatieve effecten op deze waarden.

Het dichtstbijzijnde Natura2000 gebied is Vlijmens Ven, Moerputten en Bossche Broek. Het plangebied ten zuiden van de A59 maakt deel uit van dit Natura2000 gebied. In paragraaf 4.3.3 en 6.2 wordt hier meer uitgebreid bij stilgestaan.

3.1.5 Flora- en Faunawet (Ministerie van LNV, 2002)

Naast de gebiedsgerichte natuurwetgeving is ook soortgerichte natuurwetgeving van belang. Sinds 1 april 2002 is in dit kader de Flora- en Faunawet van kracht. In deze wet is de bescherming van inheemse wilde planten en dieren geregeld binnen en buiten natuurgebieden en vormt daarmee de vervanging van een aantal eerdere wetten, alsmede de implementatie van de soortbescherming uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn.

Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB).

Sinds februari 2005 is een nieuw vrijstellingsbesluit in werking treden in de vorm van een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB). Hierdoor is het mogelijk geworden om van de minister voor ruimtelijke ontwikkelingen vrijstelling te krijgen van bepaalde verbodsbepalingen. In deze AMvB worden de beschermde soorten in verschillende categorieën onderverdeeld. Afhankelijk van de categorie waarin een bepaalde soort valt is een ontheffing noodzakelijk of kan een vrijstelling gaan gelden. Er worden vier categorieën onderscheiden.

  • 1. Algemene soorten: Vrijstelling
  • 2. Overige soorten: Vrijstelling mogelijk mits gebruik gemaakt wordt van een door de minister goedgekeurde gedragscode, anders ontheffing noodzakelijk.
  • 3. Soorten op bijlage 4 van de Habitatrichtlijn en soorten in bijlage I AMvB: Ontheffing noodzakelijk
  • 4. Vogels: Ontheffing noodzakelijk. Voor het vernietigen van in gebruik zijnde nesten tijdens het broedseizoen kan in geen geval ontheffing worden aangevraagd.

In het plangebied van het bestemmingsplan komen onder andere de Grote Modderkruiper, de Bittervoorn en het Pimpernelblauwtje voor. Voor enkele soorten is een ontheffing noodzakelijk. Er is geen reden om aan te nemen dat deze niet zal worden verleend. In paragraaf 6.2 wordt hier meer uitgebreid bij stilgestaan.

3.1.6 Wet op de archeologische monumentenzorg (Ministerie van OCW, 2006)

Met de invoering van de Wet op de archeologische monumentenzorg op 1 september 2007, is het doel van het in 1992 gesloten Verdrag van Valletta (Malta) verwerkt: bescherming van het archeologische erfgoed als bron van het Europese gemeenschappelijke geheugen en als middel voor geschiedkundige en wetenschappelijke studie. Om dat doel te bereiken moet de wetgever het archeologisch erfgoed betrekken bij de ruimtelijke ordening. Met de wet wordt het Verdrag van Valletta in de Nederlandse wetgeving geïmplementeerd. De kern van de wet is dat gemeenten verantwoordelijk worden voor de archeologische monumentenzorg binnen de gemeentegrenzen.

Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient de gemeente rekening te houden met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische waarden.

Binnen het plangebied van het bestemmingsplan Hoogwater 's Hertogenbosch liggen gebieden met een archeologische verwachtingswaarde. Deze gebieden zijn op de verbeelding van het bestemmingsplan weergegeven en worden middels de regels van het bestemmingsplan beschermd tegen verstoring. In paragraaf 6.2 wordt meer uitgebreid stilgestaan bij het onderwerp archeologie.

3.1.7 Het Nationaal Waterplan

Het Nationaal Waterplan 2009-2015 geeft als streefbeeld voor het stedelijk gebied: "In stedelijk gebied is het veilig wonen en werken, de kans op overstromingen is bijzonder klein. Bij grootschalige nieuwbouw en bij vitale functies in risicovolle gebieden zijn inrichtingsmaatregelen getroffen om schade, slachtoffers of maatschappelijke ontwrichting zo veel mogelijk te voorkomen."

Ook schrijft het Nationaal Waterplan 2009 - 2015 als volgt: "Wateroverlast komt nu eenmaal af en toe voor, maar is teruggebracht tot een maatschappelijk geaccepteerd niveau…Water, cultuurhistorie en groen leveren een duidelijke bijdrage aan de kwaliteit van de leefomgeving en bepalen mede de culturele identiteit van de stad. Bewoners hebben toegang tot… etc".

Dit nationale water- en ruimtelijke beleid is een rechtvaardiging van HOWABO en het bestemmingsplan Hoogwater 's Hertogenbosch dat een afdoende bescherming tegen wateroverlast combineert met een bijdrage aan de kwaliteit van de leefomgeving én culturele identiteit van 's-Hertogenbosch. In Hoofdstuk 5 wordt uitgebreid stilgestaan bij de aanleiding en rechtvaardiging van HOWABO en het re realiseren beschermingsniveau.

3.1.8 Nationaal Bestuursakkoord Water

Het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) heeft tot doel om in de periode tot 2015 watersystemen in Nederland op orde te brengen en te houden en te anticiperen op klimaatverandering.

De totstandkoming van de waterberging HOWABO behoort tot de maatregelen die voortvloeien uit het NBW.