Plan: | Hoogwater 's-Hertogenbosch |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002125-1401 |
Datum: maandag 19 september 2011
Opening: 19.30 uur
Sluiting: 21.30 uur
Locatie: ZLTO te 's-Hertogenbosch
Aanwezig: De heer G. Snijders (wethouder), mevrouw M. Borst (projectleider HoWaBo bij het Waterschap Aa en Maas), heer M. Stam (juridisch beleidsmedewerker gemeente 's-Hertogenbosch), mevrouw M. Beuker (programmamanager water gemeente 's-Hertogenbosch)
Wethouder Snijders heet ieder van harte welkom op deze formele inspraakavond 'Hoogwater 's-Hertogenbosch'. Tijdens deze avond worden aanwezigen in de gelegenheid gesteld tot het stellen van vragen of mondelinge inspraak. Ook na deze avond is inspraak mogelijk tot en met 10 oktober 2011: schriftelijk aan het college van burgemeester en wethouders of mondeling na afspraak met de heer Stam. Het definitieve bestemmingsplan zal naar verwachting medio 2012 door de gemeenteraad worden vastgesteld.
Wethouder Snijders geeft aan dat, naar aanleiding van overlast door hoogwater in 1995 in
's-Hertogenbosch, de noodzaak zichtbaar werd dat er maatregelen genomen moeten worden. Wateroverlast, zoals in 1995 kan opnieuw ontstaan. Om overlast in de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen worden de Vughtse Gement en de omgeving van het Engelermeer ingericht als waterbergingsgebied. Ook krijgt de natuur een impuls zodat (zeldzame) planten en dieren zich goed kunnen ontwikkelen. Dit project heeft de naam HoWaBo gekregen, wat staat voor Hoogwateraanpak 's-Hertogenbosch.
De wethouder geeft het woord aan Mevrouw M. Borst, projectleider bij het Waterschap Aa en Maas.
Mevrouw M. Borst laat aan de hand van een presentatie zien welke mogelijkheden 's-Hertogenbosch heeft om overtollig water van de Maas kwijt te kunnen. In 1995 stronden het Bossche Broek en delen van de A2 onder water. Deze situatie is uitgangspunt geweest voor een plan van aanpak. Om wateroverlast in de toekomst zoveel mogelijk te voorkomen wordt een gebied van 750 hectare geschikt gemaakt als waterbergingsgebied. Waar nodig worden kades gerealiseerd en bij het Drongelens Kanaal komt een inlaatwerk, waarmee het waterschap bij hoog water het waterbergingsgebied gecontroleerd kan laten vollopen. Uitgegaan wordt van een situatie die gemiddeld één keer in de 100 tot 150 jaar voorkomt. Dit betekent dat eigenaren van de gronden ter plaatse, één keer in de 100 tot 150 jaar te maken kunnen krijgen met gronden die onder water komen te staan. Bij de aanpak van dit plan wordt tevens gekeken naar het mooier en aantrekkelijker maken van het gebied. Op Europees niveau zijn de Moerputten, het Vlijmens Ven en het Bossche Broek beschermd; ze maken deel uit van Natura 2000, een Europees netwerk van natuurgebieden.
Eén van de aanwezigen informeert, namens de visvereniging Engelermeer, waarom het gebied de Eendenkooi bij het Engelermeer geen natuurwaarde meer heeft nu het aangewezen wordt als gebied voor waterberging. Naar zijn mening heeft dit net zo'n hoge natuurwaarde als de Moerputten en het Vlijmens Ven die niet als waterbergingsgebied aangewezen worden.
De wethouder geeft aan dat de Eendenkooi nog altijd een waardevol gebied is, maar het maakt geen deel uit van Natura 2000.
Meneer geeft aan dat hij niet snapt dat hij een visvergunning moet aanvragen voor het Engelermeer en geen vergunning afgegeven wordt voor een klein bootje op het Engelermeer terwijl je zo de Moerputten in kan lopen, zonder enige vergunning. Hij vervolgt dat hij op het Stadskantoor e.e.a. heeft uitgezocht. De Eendenkooi was een stiltegebied van nationale betekenis en dat is het al ruim 40 jaar.
Mevrouw M. Borst geeft aan dat zij meneer de contactgegevens zal geven van een ambtenaar van de Provincie die op de hoogte is van hoe het traject gelopen is.
Meneer geeft aan dat hij al een gesprek heeft gehad bij de Provincie maar dat niemand wist hoe het zat.
De wethouder herhaalt dat op basis van Europese richtlijnen de Provincie waarden heeft toegekend. Voor dit moment vraagt hij meneer dan ook begrip te hebben voor de feiten die zijn vastgelegd. Noch hij als wethouder, noch de gemeente kunnen daar iets aan veranderen.
Mevrouw M. Borst vervolgt haar presentatie. Zij benadrukt dat het Bossche Broek als waterbergingsgebied voldoende bergingscapaciteit biedt voor de situatie die gemiddeld eens per 100 jaar voorkomt.
Een aanwezige informeert of de dijk bij de A2 naast het Bossche Broek op 5.40 ligt sinds de overstroming van de A2 in 1995. Hij benadrukt dat het hoge water van 1995 niet gestuurd is en dat toen van nature het Bossche Broek volliep. Gezien de verwachtingen lijkt het reëel dat vaker dan eens per 100 jaar hoog water voor zal komen. Hij informeert dan ook in hoeverre hiermee rekening is gehouden.
Mevrouw M. Borst geeft aan dat in 's-Hertogenbosch een peil van 4.90 m+ NAP wordt aangehouden. In 1995 is het Bossche Broek 'ongestuurd' ingezet. Inmiddels zijn de dijken bij de A2 door RWS opgehoogd tot 6.15 m+NAP en zijn er twee regelbare inlaatconstructies aangelegd. Het Bossche Broek met een capaciteit van 6 tot 8 mln m3 wordt ingezet voor de situaties tot eens per 100 jaar. Komt er nog meer water dan wordt Howabo ingezet. Dit is voor situaties van gemiddeld 100 tot 150 jaar. Het peil in het Bossche Broek zal bij hoogwater 4.90 m+ NAP zijn en in het Howabo gebied 3.40 m+ NAP in het Vughts Gement en 2.90 m+ NAP in Engelermeer.
De wethouder voegt daaraan toe dat, wanneer zich een extreem hoge waterstand voordoet - zoals sommige aanwezigen suggereren – de burgemeester besluit op welke wijze met deze hoge waterstand wordt omgegaan. De wethouder benadrukt dat het plan dat vanavond ter inspraak voorligt voldoende opvangcapaciteit biedt om de stad en omringende plaatsen bij hoogwater voldoende te beschermen.
Mevrouw M. Borst: de bestaande situatie is uitgangspunt geweest. Uiterlijk in 2015 moet er een goede oplossing zijn. De klimatologische ontwikkelingen tot 2050 worden wel gevolgd, maar zijn geen uitgangspunt in deze.
Een andere aanwezige merkt op dat overal maar gebouwd wordt en wegen worden aangelegd. 's-Hertogenbosch moet maar zien hoe we extra water bergen, mede om te voorkomen dat Rotterdam onderloopt.
Mevrouw M. Borst benadrukt dat het project “HoWaBo” gericht is op 's-Hertogenbosch en directe omgeving en dus losstaat van andere steden. We hebben hier te maken met een unieke situatie waar Dommel, Aa en Maas samenkomen. Daardoor kan niet alles al bovenstrooms opgevangen worden.
Meneer geeft aan dat in Nijmegen elk jaar weer op de kade zichtbaar wordt dat het water steeds hoger komt.
Wethouder Snijders vult aan dat wanneer nieuwe wegen aangelegd worden altijd gekeken wordt naar opvang van water. De aanleg van verharding moet elders gecompenseerd worden.
Mevrouw M. Borst vervolgt dat na 1995 een m.e.r-procedure is doorlopen waarin 15 varianten zijn bekeken. Dit is teruggebracht tot 3. Bij een situatie als in 1995 loopt het gebied in circa 4 dagen vol en duurt het circa 4 weken om het gebied leeg te pompen. Als de piek van het hoogwater voorbij is kan een pomp het terugkeren en afvoeren naar de Maas bespoedigen.
Rond de Moerputten en de Vughtse Gement komen nieuwe kades. Een kade komt gemiddeld 1 meter boven de weg en 1.70 meter boven het maaiveld uit. Alle bestaande wegen die als een dijk fungeren zijn doorgemeten en stabiel genoeg. Daar waar nieuwe kades komen krijgt het een mooie landschappelijke inpassing die tevens ingericht kan worden voor Natura 2000.
Een aanwezige informeert of de begrenzingslijn voorkomt dat het water van het Engelermeer de wijk Engelen in komt. Hij voorziet wateroverlast voor de bewoners van Engelen wanneer het Engelermeer onderdeel is van de waterberging, met name omdat Engelen lager gelegen is. Hij informeert of het vergroten van het Engelermeer een optie is. De visvereniging geeft de voorkeur aan een lagere waterstand.
Aangegeven wordt dat met een mobiele pomp in het gebied eventuele wateroverlast zal voorkomen.
Een inwoonster van Vlijmen informeert waarom dwars door het prachtige stuk natuur tussen 's-Hertogenbosch en Vlijmen een nieuwe ontsluitingsweg komt. Volgens haar liggen er toch voldoende wegen en is het erg jammer daarvoor dit stukje natuur aan te tasten.
Mevrouw M. Borst merkt op dat het Waterschap vooral kijkt naar de in- en uitlaat van het water en dat de aanleg van wegen via – in dit geval – de gemeente Heusden loopt. Ook daarvoor geldt dat het bestemmingsplan aangepast zal moeten worden en een inspraakavond door de gemeente Heusden gehouden zal worden.
Mevrouw stelt voor de A59 ter hoogte van Vlijmen op palen te zetten zodat het water er onderdoor kan.
Wethouder Snijders geeft aan dat in een eerder plan de A59 ter hoogte van Vlijmen op palen ingetekend stond. Bij de doorrekening bleek echter dat dit zeer kostbaar zou worden. Ook waren er tegenstanders voor deze variant door de verwachte geluidstoename voor omwonenden. Daarbij is het maar de vraag of het verhogen van de snelweg tot een aantrekkelijker gebied leidt. Gedacht wordt aan een ecosifon onder de A59 afhankelijk van de kosten en de huidige economische situatie.
Een aanwezige vraagt of de blauwgraslanden wel onder water gezet mogen worden gezien hun natuurwaarde.
Mevrouw M. Borst geeft aan dat blauwgrasland als overstromingsgebied aangewezen mag worden.
Een aanwezige van de visvereniging reageert hierop dat blauwgrasland wel tegen water kan maar niet tegen de zware metalen die in het water van de Dommel zitten. Hij informeert of de Dommel niet eerst schoner moet worden. Hij geeft aan dat er muskverbindingen en zware metalen in het water van de Dommel zitten. Deze zijn onder andere afkomstig van stoffen uit de anticonceptiepil en paracetamol die via de urine in het water terechtkomen omdat deze stoffen niet voldoende afgebroken worden. Ook aan de vissen is te zien dat hun geslachtsorganen in de jaren veranderd zijn.
Mevrouw M. Borst geeft aan dat na de overstroming in 1995 grondmetingen gedaan zijn in het Bossche Broek en dat er vrijwel geen effecten zichtbaar waren; de metingen waren verwaarloosbaar; met name omdat het bij hoogwater het water enorm vermengd wordt. Dit is meegenomen in de MER studie.
Meneer vervolgt dat na de wateroverlast in 1995 het zwembad in het Bossche Broek wel gesloten is. Hij vermoedt dat dit daar toch mee te maken heeft.
De wethouder geeft aan dat het sluiten van het sluiten van het zwembad niet met de waterkwaliteit te maken heeft. Het bad is vanwege bezuinigingen gesloten.
Een aanwezige van de Wijkraad Zuid bevestigt dat het inderdaad puur om financiële redenen gesloten is.
Mevrouw M. Borst herhaalt dat juist omdat hoogwater maar zeer zelden voorkomt. Bovendien wordt het water van de Dommel in dat geval zo vermengd, dat de effecten verwaarloosbaar zullen blijven. Dit is aan de orde geweest bij de beoordeling van de effecten in de MER procedure.
Een aanwezige informeert naar de resultaten van de watermetingen die elke 2 weken door een bureau in Boxtel in het Engelermeer worden verricht. Hij zou graag cijfers willen zien zodat dit als een 0-meting gebruikt kan worden.
Mevrouw M. Borst meldt dat deze metingen door het Waterschap ook als 0-meting gebruikt worden.
De wethouder bevestigt dat alles wat de gemeente aan onderzoek doet, is in te zien of opvraagbaar is.Meneer geeft aan dat hij het bestemmingsplan afgraven Gement bestudeerd heeft maar dat daar niet over de Gement als waterbergingsgebied gesproken is.
Wethouder geeft aan dat het inderdaad later is aangepast. Het afgraven wordt in het kader van natuurontwikkeling uitgevoerd en niet ten behoeve van waterberging. Hij voegt toe dat voor de 2e fase van de afgraving wel een MER procedure nodig is.
De heer Stam geeft een presentatie over de functie en procedure van het bestemmingsplan
Een aanwezige van de visvereniging wil weten of het onder water zetten van gebieden rond het Engelermeer van invloed is op het opnemen van het Engelermeer als zwemwater in het bestemmingsplan. Hij benadrukt dat wanneer je de kwaliteit niet kunt waarborgen je op voorhand zwemwater moet uitsluiten.
De wethouder benadrukt dat het Engelermeer de bestemming water behoudt. De provincie en het waterschap bewaken de kwaliteit.
Mevrouw M. Borst vult aan dat er regels zijn vastgesteld waaraan zwemwater moet voldoen.
Een aanwezige geeft aan dat hij het niet eens is met het voorstel van een andere aanwezige om de A59 ter hoogte van Vlijmen op palen te zetten. Dit vanwege de angst voor extra overlast door straling en geluid.
Een vertegenwoordiger van het watersportverbond in 's-Hertogenbosch benadrukt dat de 3 watersportverenigingen in 's-Hertogenbosch geheel afhankelijk zijn van de waterstand voor hun voortbestaan. Hij meldt dat er metingen verricht zijn waarop zij als watersportverbond niets meer teruggehoord hebben. Hij verzoekt om een gesprek.
In het kader van Natura2000 geeft een andere aanwezige aan dat er vanuit de provincie geen terugkoppeling is geweest n.a.v. de verordening Ruimte die in 2011 in werking is getreden.
De heer Stam geeft aan dat in de toelichting van de het bestemmingsplan een overzicht is opgenomen van de geldende beleidsnota's en verordeningen. Ook is bekeken of het bestemmingsplan in overeenstemming is met deze beleidsnota's.
Er is een relatie tussen de groene delta en de sluis bij Crèvecoeur. Er is een noodzaak ontstaan na de wateroverlast in 1995 maar ook in de winter 2010-2011 om sluis Crèvecoeur te sluiten. Later is er ook relatie gekomen met Natura2000. Het natuurontwikkelingsproject Henriëttewaard staat los van het project Howabo.
De kern van het watersysteem is dat het water niet hoger komt dan 4.90; komt het wel hoger dan ontstaat er een groot probleem en moet er water geborgen worden.
Een aanwezige geeft aan dat ze toch wel verwacht dat niet iedere stad naar de eigen situatie kijkt, maar dat er 1 totaal plan voor Nederland is.
Mevrouw M. Borst geeft aan dat er een landelijk project is rond hoogwater van de Maas, Rijn en Waal.
Een aanwezige informeert naar de kosten van het project HoWaBo
Mevrouw M. Borst meldt dat de totale kosten uitkomen op circa 19 miljoen euro.
De wethouder geeft aan dat van de 15 varianten die onderzocht zijn dit verruit de beste is. Hij sluit de bijeenkomst onder dankzegging voor ieders aanwezigheid en inbreng. Indien aanwezigen het verslag willen ontvangen kunnen zij hun adresgegevens bij de notuliste achterlaten.