Plan: | Uitbreiding hockeyvelden HC Den Bosch |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | projectbesluit |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002104-1501 |
Bij de algemene beoordeling van het verblijfsklimaat is ook de mate van licht- en zichthinder betrokken. De hinder is wederkerig: de bezoekers van het hockeycomplex en het overig recreatiegebied rond de Oosterplas ervaren de nabijheid van de rijksweg A2, de auto's op de rijksweg zouden door een open sportcomplex met felle verlichting kunnen worden gehinderd. Door de verbreding van de rijksweg is de bestaande groene afscherming van het hockeycomplex bovendien uitgedund. Ter hoogte van het projectgebied wordt de licht- en zichthinder door het hoge geluidscherm weggenomen. Voorbij het geluidscherm kan het nieuwe groenscherm deze functie overnemen.
Voor de planvorming is uitvoerig onderzoek gedaan naar de effecten van de lichtmasten op zowel omwonenden als de weggebruikers van de A2. Om in het kader van een goede ruimtelijke ordening inzicht te krijgen in het effect van de verlichting, met een afscherming tussen het dierenasiel en het hockeycomplex, is de totale verlichtingsinstallatie rond alle velden onderzocht. Naar aanleiding van de vooroverlegreactie van Rijkswaterstaat (zie paragraaf 6.1) zijn aan het lichthinderonderzoek, dat bij het voorontwerpprojectbesluit ter inzage lag, langs de rijksweg A2 vijftien waarneempunten toegevoegd en is als omgevingszone gekozen voor 'landelijk gebied' in plaats van 'stedelijk gebied'. Het onderzoek is als bijlage bij deze ruimtelijke onderbouwing opgenomen.
Het onderzoek toont aan dat de verlichtingssterkte op de gevels van de appartementen aan de Moerkerklaan maximaal 0,05 lux is en op de gevel van de woningen aan de Zoomweg maximaal 0,01 lux. Op de gevel van de nabij gelegen bedrijfswoning op het dierenasiel is de verlichtingssterkte (zonder afscherming) maximaal 5,3 lux. Met afscherming bedraagt de verlichtingsterkte 4,45 lux. De verlichtingssterkten in de geplande situatie op de gevels van woningen liggen ruim onder de grenswaarde (van 10 lux) voor de dag- en avondperiode zoals die voor deze omgeving zijn opgesteld door de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV). Verder is naast de verlichtingsterkte de lichtintensiteit van de lampen bepaald. De berekende maxima liggen onder de grenswaarde van 10.000 candela voor de dag- en avondperiode zoals die voor deze omgeving zijn opgesteld door de NSVV. Lichthinder valt daarom ter plaatse van omliggende woningen in zowel de dag- als avondperiode (tussen 7:00 en 23:00 uur) niet te verwachten. De verlichting ten behoeve van sportbeoefening in de buitenlucht is daarbij uitgeschakeld tussen 23.00 uur en 07.00 uur. Dit is wettelijk geregeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer, waaronder ook het hockycomplex valt. Hierdoor is eventuele lichthinder in de nachtperiode niet aan de orde.
Ten behoeve van het voorkomen van 'sky glow' is de opwaartse lichtstroom (Upward Light Ratio - ULR) onderzocht. De ULR in % is de hoeveelheid licht die rechtstreeks naar boven wordt uitgestraald in verhouding tot de totaal uitgestraalde hoeveelheid licht. Uit het lichtonderzoek blijkt dat wordt voldaan aan de grenswaarden zoals deze zijn opgesteld door de Nederlandse Stichting voor Verlichtingskunde (NSVV).
Om verblinding van weggebruikers op de rijksweg A2 te voorkomen is het noodzakelijk dat de sportverlichting verantwoord is geïnstalleerd. Op verzoek van Rijkswaterstaat is ook de maximale lichtintensiteit, de verblindingswaarde en drempelwaardeverhoging (TI) met betrekking tot de rijksweg A2 berekend. De TI (Threshold Increment) is een maat voor het verlies aan waarneming, veroorzaakt door de storende verblinding van de armaturen van de verlichtingsinstallatie. Uit de rekenresultaten voor de (toegevoegde) waarneempunten 1 tot en met 15 langs de rijksweg A2 volgt dat:
Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat lichthinder voor zowel omwonenden als verkeer niet te verwachten is.