Artikel 10 Algemene Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de ligging van grenzen van bestemmingsvlakken en bouwvlakken en aanduidingen te wijzigen, met inachtneming van de volgende regels:
-
a. de bij de wijziging betrokken grenzen mogen ten hoogste 5 m worden verschoven;
-
b. de oppervlakte van de bij de wijziging betrokken bestemmingsvlakken en bouwvlakken mag ten hoogste 5 % worden verkleind of vergroot ten opzichte van de oppervlakte vóór de wijziging;
-
c. door een wijziging mogen het straat- bebouwings- en landschapsbeeld, het woon- en leefklimaat, de waterstaatkundige belangen, de ontwikkeling van omliggende bedrijven, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, niet onevenredig worden aangetast.