Binnenstad

Artikel 15 Gemengd - 7

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Gemengd - 7 aangewezen gronden zijn bestemd voor:

• a. dienstverlening;
• b. kantoor;
• c. vrije beroepen;
• d. maatschappelijk in de vorm van sociaal/culturele instelling;
• e. cultuur en ontspanning met dien verstande dat bordeel, prostitutie en seksinrichtingen niet zijn toegelaten; horeca en detailhandel als ondergeschikte functie ten dienste van of ter ondersteuming van de functie cultuur en ontspanning is toegelaten;
• f. bedrijf niet zijnde geluidzoneringsplichtige bedrijven en/of risicovolle inrichtingen behorende tot de categorie A genoemd in Lijst van bedrijfsactiviteiten - functiemenging danwel bedrijf dat qua milieubelasting vergelijkbaar is met genoemde categorie; detailhandel van ter plaatse vervaardigde produkten als ondergeschikte functie ten dienste van of ter ondersteuming van de functie bedrijf is toegelaten;
• g. horeca uitsluitend als ondergeschikte nevenfunctie ten dienste en/of ter ondersteuning van de onder a t/m f genoemde functies;
  
  met daarbij behorende:
• h. parkeer- en nutsvoorzieningen;
• i. wegen en paden;
• j. tuinen, erven, water en leidingen;
• k. groenvoorzieningen;
• l. voorzieningen voor ondergrondse afvalinzameling;
• m. gebouwen en bouwwerken geen gebouw zijnde.

15.2 Bouwregels

15.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen ten behoeve van de in lid 15.1 genoemde bestemmingen gelden de volgende bepalingen:

• a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd;
• b. maximale bouw- en goothoogte als bestaand tenzij anders op de verbeelding is aangeduid.

15.2.2 Bouwwerken geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

• a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel c.q. het verlengde daarvan niet meer dan 1 m mag bedragen;d
• b. e bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag , behoudens in het geval het beeldende kunstobjecten betreft, niet meer dan 3 m bedragen.

15.3 Omgevingsvegunning vor het slopen van een bouwwerk

15.3.1 Vergunningvereiste

Het is verboden om ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' bouwwerken geheel of gedeeltelijk te slopen zonder of in afwijking van een vergunning van burgemeester en wethouders.

15.3.2 Uitzondering vergunningvereiste

Het in lid 15.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op sloopwerkzaamheden:

• a. welke reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerking treden van dit bestemmingsplan;
• b. waarvoor ten tijde van het inwerking treden van dit bestemmingsplan reeds vergunning voor het slopen is verleend danwel het voornemen tot sloop bij burgemeester en wethouders is gemeld;
• c. welke voortvloeien uit bouwactiviteiten waarvoor een vergunning voor het bouwen is verleend
• d. ingevolge een aanschrijving van burgemeester en wethouders.

15.3.3 Criteria voor vergunning

De vergunnimng kan worden verleend indien:

• e. met de sloopactiviteiten de beeldbepalende c.q. kenmerkende elementen van het cultuurhistorisch waardevolle bouwwerk niet op onaanvaardbare wijze worden verstoord;
• f. over het verzoek om vergunning de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit een advies heeft uitgebracht;
• g. omgevingsvergunning voor het bouwen is verleend voor:
  1. een in plaats van het te slopen bouwwerk op te richten bouwwerk of
  2. het verbouwen van het bouwwerk.