direct naar inhoud van Artikel 15 Algemene afwijkingsregels
Plan: Bedrijventerrein GDC-Noord 2009
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0772.80040-0303

Artikel 15 Algemene afwijkingsregels

15.1 Afwijken

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, met een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. de bij recht in de regels gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10 % van die maten, afmetingen en percentages. De bebouwingshoogte van bedrijfsgebouwen is hiervan uitgezonderd;
  • b. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat de aanduiding 'bestemmingsvlak' c.q. 'bouwvlak' wordt overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
  • c. de regels met het oog op de realisering van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer, mits de inhoud per gebouw maximaal 150 m3 bedraagt;
  • d. de regels ten aanzien van de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot maximaal 10 m, behoudens ten aanzien van erf-/terreinafscheidingen;
  • e. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van voorzieningen voor het opwekken van duurzame energie, het ontvangen en zenden van radio- en televisiesignalen rechtstreeks ten behoeve van de geleiding , beveiliging en regeling van het verkeer, alsmede communicatievoorzieningen, kunstwerken en lichtmasten wordt vergroot tot niet meer dan 40 m¹, mits de Minister van Defensie schriftelijk heeft verklaard dat de werking van de ILS hierdoor niet in onaanvaardbare mate negatief wordt beïnvloed;
  • f. de bestemmingsbepalingen en toestaan dat de hoogte van bouwwerken wordt vergroot voor de bouw van opbouwen voor technische installaties op daken, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftopbouwen, ventilatie-installaties en soortgelijke bouwwerken, die anders hun functie niet kunnen vervullen; voor zover betreffende gebouwen zijn gelegen binnen de zogenaamde 50,3 m obstakelvrije zone wordt met het oog op de werking van het ILS vooraf de Minister van Defensie schriftelijk om advies gevraagd.