direct naar inhoud van 2.1 Hoe gaan we om met de centrumgebieden en verspreid gelegen voorzieningen?
Plan: Kommen gemeente Tholen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0716.bpKommenTholen-VG01

2.1 Hoe gaan we om met de centrumgebieden en verspreid gelegen voorzieningen?

2.1.1 Centrumgebieden
  • Detailhandelsvoorzieningen en overige centrumvoorzieningen worden zo veel mogelijk geconcentreerd binnen centrumgebieden. In het bestemmingsplan worden daarom voor deze gebieden centrumbestemmingen opgenomen waarbinnen in planologisch opzicht een vrije uitwisseling van functies mogelijk zal worden gemaakt. Voor het wijzigen van een woning in een bijvoorbeeld maatschappelijke functie is dus geen planologische procedure nodig. Er gelden alleen bepaalde restricties voor detailhandel, horeca en voor het gebruik van de begane grond en bovenliggende bouwlagen. In paragraaf 3.5 wordt nader op de regeling voor de centrumgebieden ingegaan.
  • In het geldende komplan Tholen zijn voor het centrumgebied twee algemene centrumbestemmingen opgenomen en in de komplannen voor de overige kernen één. Binnen de twee centrumbestemmingen in het komplan voor Tholen zijn dezelfde functies toegestaan, met uitzondering van detailhandel.
  • In het nieuwe bestemmingsplan wordt de begrenzing van de centrumgebieden overgenomen van de geldende bestemmingsplannen.
  • In de geldende bestemmingsplannen is het totale verkoopvloeroppervlak voor detailhandel in de centrumgebieden van alle kernen vastgelegd op ten hoogste 250 m2 per bouwperceel. Voor een deel van het centrumgebied in Tholen-stad (het zuidelijk gedeelte) is de oppervlakte nog verder begrensd tot ten hoogste 100 m2. Het maximeren van detailhandel houdt verband met het cultuurhistorische karakter van de centrumgebieden, de daarmee samenhangende kleinschaligheid van de bebouwing, en de matige/slechte bereikbaarheid voor zowel bezoekers als bevoorradingsverkeer. In het nieuwe bestemmingsplan wordt voor de centrumgebieden uitgegaan van ten hoogste 250 m2 per bouwperceel. Alleen binnen het hiervoor vermelde deel van het centrumgebied in Tholen-stad wordt de omvang van detailhandel nog gemaximeerd op ten hoogste 100 m2.. Vanwege genoemde redenen gaat de oppervlakte gelden voor alle niet-woonfuncties (dus ook voor bijvoorbeeld kantoren, overige dienstverlening en maatschappelijke functies). In de centrumgebieden van de overige kernen bestaat geen noodzaak om maximum oppervlakten vast te leggen.
  • In de voorheen geldende bestemmingsplannen was op de verdieping alleen wonen toegestaan. De ervaring met deze bestemming(en) was positief. In het nieuwe bestemmingsplan wordt deze regeling overgenomen.
  • In de geldende centrumbestemmingen is een ander gebruik dan wonen alleen toegestaan op de begane grond. Met vrijstelling kan dit gebruik op verdiepingen mogelijk worden gemaakt, mits is aangetoond dat er geen mogelijkheden voor uitbreiding op de begane grond aanwezig zijn. Deze regeling wordt gehandhaafd en aangevuld met de voorwaarde dat 50% van het verkoop- of brutovloeroppervlak zich op de begane grond moet bevinden (zie Artikel 6 Centrum - 1, lid 6.4.1 onder b en Artikel 7 Centrum - 2, lid 7.4.2 onder b).
  • Hoewel er dus bepaalde restricties gelden voor detailhandel en horeca zal het gemeentebestuur initiatieven met betrekking tot het vestigen van horeca en detailhandel in de kernen in beginsel positief tegemoet treden. Voor nieuwe horecavestigingen is hiervoor een regeling in het bestemmingsplan opgenomen.

2.1.2 Voorzieningen buiten de centrumgebieden
  • Buiten de centrumgebieden zijn verschillende winkels, dienstverleningsfuncties, kantoren en bedrijven gevestigd. Deze andere functies dan wonen kunnen zonder meer worden gecontinueerd.
  • In veel gevallen zijn voor de verspreid gelegen winkels, kantoren, de kleinere maatschappelijke voorzieningen en andere voorzieningen buiten de centrumgebieden in de geldende bestemmingsplannen gecombineerde bestemmingen opgenomen waarbij wonen vrijwel altijd één van de bestemmingen is: Woon- en Detailhandelsdoeleinden, Woon- en Kantoordoeleinden en Woon- en Maatschappelijke doeleinden. Hiermee zijn wijzigingen naar een woonfunctie mogelijk c.q. wordt de wijziging naar een woonfunctie bevorderd. (In een aantal gevallen wordt ter plaatse al gewoond.) De ervaringen met deze systematiek zijn positief en worden in het nieuwe bestemmingsplan overgenomen. Omdat de systematiek van de combineerde bestemmingen uit de geldende bestemmingsplannen volgens de nieuwe wettelijke RO-standaarden niet mogelijk is, worden deze in het nieuwe komplan omgezet en/of ondergebracht binnen verschillende bestemmingen 'Gemengd' (zie hierna).
  • De bestemmingen 'Gemengd' bieden omgekeerd ook mogelijkheden voor meer flexibiliteit in uitwisseling van functies. De bedoeling is om andere functies toe te staan als er bijvoorbeeld een winkel wordt beëindigd. Dan kan er, zonder procedure, dienstverlening of kantoor voor in de plaats komen. Mogelijkheden voor kinderdagopvang of ateliers zijn ook denkbaar. Gelet op het beleid gericht op concentratie van winkels in het centrumgebied, worden daarbuiten geen nieuwe winkels wenselijk geacht. In verband hiermee worden vijf gemengde bestemmingen gehanteerd:

afbeelding "i_NL.IMRO.0716.bpKommenTholen-VG01_0011.jpg"

  • Voor de grotere maatschappelijke functies wordt de bestemming 'Maatschappelijk' opgenomen (overeenkomstig huidige bestemmingsplannen). Het betreft vaak de percelen met de meest gangbare maatschappelijke voorzieningen zoals scholen, gezondheidszorgvoorzieningen en sociaal-culturele voorzieningen. Ook de voorzieningen van overheidswege vallen onder de bestemming Maatschappelijk.

2.1.3 Toelaatbaarheid van horeca

Voor de toelaatbaarheid van horeca-activiteiten of -bedrijven wordt gebruik gemaakt van een Staat van Horeca-activiteiten. Deze staat is opgenomen in bijlage 3 van de regels. Horeca wordt niet rechtstreeks binnen de bestemmingen toegestaan. Daar waar deze aanwezig is, wordt deze specifiek bestemd.