Type plan: beheersverordening
Naam van het plan: Hoek
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0715.BVHK01-VG01

Toelichting

1 Inleiding

1.1 Aanleiding

 
Het geldende "bestemmingsplan Kom Hoek” is circa tien jaar oud. Er is gekozen om het bestemmingsplan te "verlengen" door middel van een beheersverordening. In navolgende hoofdstukken zal de werking en toepassing van de "beheersverordening Hoek" worden toegelicht.
 
De beheersverordening is een instrument die de huidige situatie in Hoek vastlegt en waarbij in de toekomst kleinschalige ruimtelijke wijzigingen mogelijk blijven. De huidige regelingen en bestemmingen van het bestemmingsplan zullen worden overgenomen. 
 
De Omgevingswet 
 
De Omgevingswet is in ontwikkeling en zal de komende jaren mogelijk in werking treden. Een exacte datum is echter niet bekend. Deze wet biedt eenvoudig betere mogelijkheden voor het faciliteren van de ontwikkelingen in de samenleving op het gebied van de fysieke leefomgeving. Het gaat om een geheel nieuw stelsel. De gemeente Terneuzen is bezig voor te sorteren op de Omgevingswet. Hiervoor is een nieuw soort bestemmingsplan voor Hoek in voorbereiding.
 
Gebleken is dat voor het daadwerkelijk afronden en in procedure brengen van dit nieuwe bestemmingsplan, overleg met het Ministerie van I&M nodig is. Dit overleg vindt plaats in het kader van de uitvoeringsregelingen die in conceptvorm zijn gepubliceerd. Het gaat daarbij om het enerzijds bieden van meer mogelijkheden op een perceel en anderzijds om de effecten hiervan voor de directe omgeving. Voorts houdt dit verband met de in voorbereiding zijnde regelgeving omtrent de financiële aspecten van omgevingsplannen. Daarover is meer duidelijkheid gewenst, alvorens het bestemmingsplan Hoek wordt afgerond.
 
In de tussentijd is het gewenst te voldoen aan de wettelijke verplichting een nieuw ruimtelijk plan vast te stellen. De beheersverordening is het geschikte instrument, omdat het juist bedoeld is om de bestaande situatie vast te leggen, terwijl kleinschalige ruimtelijke wijzigingen mogelijk blijven. In Hoofdstuk 3 De beheersverordening Hoek is de onderbouwing van de keuze voor de beheersverordening beschreven.

1.2 Ligging en begrenzing plangebied

 
Het plangebied omvat de gehele bebouwde kom van het dorp Hoek en enkele aangrenzende agrarische gronden.

1.3 Vigerende bestemmingsplannen

 
Voor het plangebied geldt er een bestemmingsplan en een wijzigingsplan:
   
Type planVastgesteld
"Bestemmingsplan Kom Hoek"06-03-08
"Wijzigingsplan Langestraat Hoek"06-01-11

1.4 Leeswijzer

 
In hoofdstuk 2 worden de verschillende elementen van de beheersverordening behandeld. Aanvullende instrumenten worden tevens behandeld. In hoofdstuk 3 wordt het vigerend bestemmingsplan besproken waarna de hierop gebaseerde beheersverordening wordt toegelicht. Het laatste hoofdstuk, hoofdstuk 4, toetst de verordening op rijks, provinciaal en gemeentelijk beleidsniveau. Ook wordt er getoetst aan ruimtelijke aspecten. 

2 De beheersverordening als instrument

2.1 Inleiding

 
Dit hoofdstuk geeft een beschrijving van het instrument beheersverordening. De algemene aspecten, inhoudelijke en procedurele aspecten worden hierin toegelicht. Ook wordt er aandacht besteed aan de instrumenten waarmee, naast de beheersverordening, het ruimtelijk beheer van het verordeningsgebied kan worden ingevuld. 

2.2 De beheersverordening

 
Algemeen
 
Op basis van artikel 3.1 van de Wro dient de gemeenteraad voor het gehele grondgebied van de gemeente een of meer bestemmingsplannen vast te stellen.
 
Als de raad niet voor het verstrijken van de periode van tien jaar opnieuw een bestemmingsplan heeft vastgesteld vervalt de bevoegdheid tot het invorderen van leges die verband houden met het bestemmingsplan.  
In plaats van een bestemmingsplan kan de gemeenteraad een beheersverordening vaststellen waarin het beheer van dat gebied overeenkomstig het bestaande gebruik wordt geregeld. De kennisgeving van een besluit tot vaststelling van een beheersverordening gebeurt tevens langs elektronische weg.
 
De beheersverordening bevat regels voor het beheer van het verordeningsgebied en voor het vastleggen van de bestaande situatie en heeft de volgende bestanddelen: 
  • Een verbeelding met daarop aangegeven het gebied waarop de verordening betrekking heeft;
  • Regels voor het plangebied die ingaan op het gebruik, bouwen, aanleggen en slopen, binnenplans met een omgevingsvergunning afwijken van de beheersverordening en eventueel overgangsrecht.
De toelichting geeft een onderbouwing van de regels en de gemaakte keuzes.
 
Inhoudelijk
 
Het gebruik van de beheersverordening is overeenkomstig met het vigerende bestemmingsplan, inclusief in het bestemmingsplan voorziene, maar nog niet gerealiseerde ontwikkelingen. De beheersverordening is hierbij beleid voor bestaand gebruik: gebruiken en bouwen. Bestaand gebruik kan men beperkt of in ruime zin zien.
 
Bestaand gebruik in ‘beperkte zin’
De ‘beperkte’ benadering gaat uit van alles dat is gerealiseerd. Oftewel, de feitelijke bestaande situatie. Hierbij zijn eventuele uitbreidingen zoals aan- en uitbouwen of dakkappellen die men via een binnenplanse afwijking kon realiseren inbegrepen.
 
Bestaand gebruik in ‘ruime zin’
Bestaand gebruik in ‘ruime zin’ neemt het vigerende bestemmingsplan als uitgangspunt. Hierbij zijn ontwikkelingen die zijn toegestaan in het bestemmingsplan maar nog niet zijn gerealiseerd inbegrepen. Deze variant kan vervolgens ook weer op een beperkte en ruime manier worden toegepast: 
  • De beperkte variant gaat uit van de mogelijkheden in het bestemmingsplan die reeds zijn gerealiseerd en de kleine uitbreidingsmogelijkheden van het plan.
  • De ruime variant breidt dit uit met alle bouw- en gebruiksmogelijkheden van het bestemmingsplan. De realisatie van een groot project kan hierbij worden voortgezet. 
Voor de voorliggende "beheersverordening Hoek" is gekozen voor de ruime uitleg van bestaand gebruik. In het verordeningsgebied zijn daarom naast het feitelijke bestaande toegestane gebruik ook onbenutte juridisch-planologische gebruiks- en bouwmogelijkheden uit de geldende bestemmingsplannen betrokken en vastgelegd.
 
Procedureel
  
De beheersverordening is een gemeentelijke verordening;
  • Er is geen sprake van een wettelijke voorbereidingsprocedure;
  • Er staat tegen de vaststelling van een beheersverordening geen beroep open;
  • De beheersverordening heeft een looptijd van 10 jaar;
  • Herzieningsplicht.  
Aangezien er geen sprake is van een wettelijke voorbereidingsprocedure is de proceduretijd korter in vergelijking met een bestemmingsplan. Er is geen beroep mogelijk tegen de vaststelling van de beheersverordening, echter afhankelijk van de gemeentelijke inspraakverordening kan er wel inspraak vereist zijn. De looptijd van 10 jaar dient altijd binnen deze tijd herzien te worden.

2.3 Aanvullende ruimtelijke instrumenten

 
De beheersverordening is één van de beschikbare instrumenten voor het ruimtelijk beheer van Hoek en kan niet los worden gezien van de andere instrumenten die ook voor het beheer kunnen worden benut. Het gaat daarbij om het volgende:
  • het vergunningvrij bouwen;
  • de planologische kruimelgevallen;
  • omgevingsvergunning voor afwijken van de beheersverordening te voorzien van een ruimtelijke onderbouwing, ook wel de planologische omgevingsvergunning genoemd.
Het vergunningvrij bouwen
 
In bijlage II van het Besluit omgevingsrecht (Bor) zijn bouwactiviteiten opgenomen waarvoor geen omgevingsvergunning nodig is. Daarbij is onderscheid gemaakt tussen twee categorieën van vergunningvrije activiteiten: 
  • de geheel vergunningvrije activiteiten uit artikel 2 van bijlage II, die niet binnen een bestemmingsplan of beheersverordening hoeven te passen, zoals aan- of uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen, zonnepanelen, vlaggenmasten, erfafscheidingen, nutsgebouwen, dakkapellen, antenne-installaties, straatmeubilair, containers voor huisvuil en installaties voor het regelen van het verkeer;
  • de activiteiten uit artikel 3 van bijlage II, die alleen vergunningvrij zijn als zij passen binnen een bestemmingsplan of beheersverordening, zoals bouwwerken op het achtererf die hoger zijn dan 5 meter, zwembaden bij woningen, openbare speeltoestellen en onder omstandigheden veranderingen aan bouwwerken. 
Voor beide categorieën gelden de volgende uitzonderingen: 
  • vergunningvrij bouwen is niet toegestaan in een gebied dat wegens explosiegevaar of op grond van veiligheidsrisico's onbebouwd moet blijven;
  • het aantal woningen mag niet worden veranderd door vergunningvrij bouwen;  
  • wanneer een gebied archeologische resten bevat is vergunningvrij bouwen over een oppervlakte van meer dan 50 m² niet toegestaan. 
Voor de vergunningvrije activiteiten is logischerwijs geen procedure van toepassing. Deze kunnen zonder meer worden uitgevoerd.
 
Planologische kruimelgevallen
 
De planologische kruimelgevallen is een regeling die voorziet in de realisatie van bijbehorende bouwwerken, die groter zijn dan de bouwvergunningvrije bouwwerken, infrastructurele en nutsvoorzieningen, antennes tot 40 meter, duurzame energie-installaties, evenementen en gebruiksveranderingen binnen de bebouwde kom, inclusief inpandige bouwactiviteiten. Deze regeling staat vermeld in Bijlage II van het Besluit openbare ruimte.
 
Voor de activiteiten die via de kruimelgevallenregeling mogelijk kunnen worden gemaakt geldt de reguliere voorbereidingsprocedure van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Dit betekent dat er een beslistermijn van 8 weken geldt na ontvangst van de aanvraag. Na het verlenen van de vergunning staat bezwaar en beroep open. 
 
De regeling maakt het mogelijk om voor veel zaken een omgevingsvergunning te verkrijgen die niet in het bestemmingsplan zijn opgenomen. Zo kunnen er door deze regeling extra woningen en een uitbreiding van een hoofdgebouw gerealiseerd worden. Ook kan het gebruik van een bepaald pand worden aangepast. Tijdelijke ruimtelijke situaties, zoals een school of winkelruimte, kunnen voor een periode van tien jaar worden toegestaan. 
 
Omgevingsvergunning voor het afwijken van de beheersverordening
 
Artikel 2.12 lid 1, onder a sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht biedt de mogelijkheid af te wijken van de beheersverordening. Hiervoor geldt de uitgebreide voorbereidingsprocedure.
 
Naast deze beleidsinstrumenten behoort een nieuw bestemmingsplan ontwikkelen voor een specifiek plangebied ook tot de mogelijkheden.

3 De beheersverordening Hoek

3.1 Inleiding

 
In dit hoofdstuk wordt de toepassing van de beheersverordening inzichtelijk gemaakt. Tevens is een toelichting op de regeling opgenomen met aandacht voor handhaving.

3.2 Opzet beheersverordening Hoek

 

3.2.1 Algemeen

 
Uitgangspunten
 
De beheersverordening is gebaseerd op de volgende uitgangspunten: 
  • behoud van het bestaand gebruik;
  • aansluiten op de geldende regelingen (zie paragraaf 1.3);
  • goed beheren van de bestaande situatie.

3.2.2 Behoud van het bestaand gebruik

 
In het gebied van de beheersverordening zijn uiteenlopende functies en activiteiten gevestigd. Deze worden als feitelijk bestaand gebruik aangemerkt en als zodanig op de verbeelding en in de gebiedsregels bevestigd, mits legaal tot stand gekomen en passend in de vigerende bestemmingsregeling of wanneer deze op grond van een ex artikel 19 van Wet op de Ruimtelijk Ordening (oud), een afwijkingsbesluit, of een omgevingsvergunning zijn toegestaan.
 
Begrip"bestaand"
 
In artikel 1 van de beheersverordening is invulling gegeven aan de inhoud van het begrip 'bestaand'. Hieronder wordt het volgende verstaan.   
  1. bestaand gebruik: het gebruik van de gronden en bouwwerken zoals aanwezig op het moment van de vaststelling van de verordening; daaronder valt niet het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
  2. bestaande bouwwerken: bouwwerken die op het tijdstip van de vaststelling van de verordening:
    1. aanwezig zijn én bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn gebouwd;
    2. nog kunnen worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, daaronder valt niet het bouwen dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan;
  3. bestaande afmetingen: afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van de verordening tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  4. bestaande goot- of bouwhoogte: goot- of bouwhoogtematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van de verordening tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
  5. onder bestemmingsplan en Wet algemene bepalingen omgevingsrecht wordt tevens verstaan de voorgaande wet- en regelgeving die hiermee gelijk wordt gesteld.

3.2.3 Goed beheer van de bestaande situatie

 
Het beheer van de bestaande situatie is het uitgangspunt van deze beheersverordening. Dit leidt ertoe, dat de gemeente over een toetsingskader beschikt op basis waarvan omgevingsvergunningen kunnen worden verleend en handhaving kan plaatsvinden.
 
Deze verordening regelt dit uitgangspunt door te bepalen dat zowel qua gebruik als qua bouwen de bestaande legale situatie ook de toegestane situatie is. Gekozen is voor het koppelen van de vigerende verbeelding en regels aan één besluitvlak dat het gehele verordeningsgebied omvat. De regels ten aanzien van zowel het bouwen als het gebruik blijven hierdoor onverkort van kracht. Op deze wijze wordt geen afbreuk gedaan aan bestaande rechten. Dit omvat dus het gebruik in ruime zin (zie paragraaf 2.2).  
  • De bestaande situatie kan, qua bouwen, worden omschreven als de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die conform de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht zijn gebouwd (ofwel vergunningvrij, ofwel op basis van een verleende vergunning), nog legaal kunnen worden gebouwd (op grond van een nog niet benutte vergunning) of die nog vergund kunnen worden op grond van de nog niet benutte mogelijkheden uit de vigerende bestemmingsplannen, die in de voorliggende beheersverordening zijn overgenomen.
  • De bestaande situatie kent, qua gebruik, een aantal hoofdfuncties, zoals Woondoeleinden, Bedrijfsdoeleinden en Verkeer. Naast het bestaande gebruik, mits legaal tot stand gekomen, kan ook in de toekomst nog gebruik gemaakt worden van de mogelijkheden die het vigerende bestemmingsplan biedt.
  • De in het vigerende bestemmingsplan opgenomen afwijkingsbevoegdheden blijven van kracht in tegenstelling tot de wijzigingsbevoegdheden. In een beheersverordening is het toepassen van deze juridisch-planologische instrumenten niet mogelijk. Deze mogelijkheden zijn namelijk niet in overeenstemming met het conserverende karakter van een beheersverordening.  
Bij de aanvraag van een omgevingsvergunning en in handhavingszaken kan de bestaande situatie door middel van de volgende bronnen worden geverifieerd:  
  • archief omgevings- en bouwvergunningen;
  • luchtfoto.  
Archief vergunningen
 
Door middel van het gemeentelijk archief met verleende bouw- en omgevingsvergunningen is per geval de bestaande situatie inzichtelijk.

3.2.4 Opzet van de juridische regeling

 
Onderdelen en opzet van de beheersverordening
 
De beheersverordening bestaat uit de volgende onderdelen: 
  • de verbeelding;
  • de regels. 
Verbeelding
 
Op de verbeelding is in de ondergrond de bestaande situatie (bebouwing en kadastrale eigendomsgrenzen) weergegeven. Daarbij is gebruikgemaakt van een digitaal bestand. Op deze ondergrond is op basis van de bestaande situatie een besluitvlak getekend waarmee is aangegeven voor welk gebied de verordening geldt.
 
De regels
 
De regels bestaan uit vier hoofdstukken. 
  • Hoofdstuk 1 van de regels bevat de begripsbepalingen (artikel 1). Deze bepalingen zijn noodzakelijk voor een juiste interpretatie van de regels.
  • In hoofdstuk 2 zijn de gebiedsregels ofwel de gebruiks- en bouwregels voor het besluitvlak opgenomen. In deze bepaling is het toelaatbare gebruik van gronden en bouwwerken aangegeven en is een bepaling inzake het bouwen, het gebruik opgenomen. In bijlage 1, 2 en 3 bij de regels van deze verordening zijn verbeeldingen opgenomen met het toegestane gebruik van de gronden en bouwwerken afgaande op het bestemmingsplan. In bijlage 4 is de verbeelding van het wijzigingsplan Langestraat opgenomen. Deze verbeeldingen zijn gebaseerd op de momenteel geldende plannen. De bij de verbeeldingen behorende regels zijn opgenomen in bijlage 5 en 6 bij de regels van deze verordening. De toelichting op de bij de verbeeldingen behorende regels is opgenomen in bijlage 1 en 2 bij de toelichting van deze verordening.
  • Hoofdstuk 3 omvat algemene bepalingen die voor het gehele gebied van toepassing zijn: de antidubbeltelregel.
  • De overgangs- en slotbepalingen zijn ondergebracht in hoofdstuk 4. In het laatste artikel 5 is de naam van deze beheersverordening opgenomen: 'Hoek'.
Ook is er een toelichting opgenomen op de staat van Horeca activiteiten en de staat van Bedrijfsactiviteiten (bijlage 7 en 8 bij de regels) in bijlage 3 Toelichting Staat van Bedrijfsactiviteiten en bijlage 4 Toelichting Staat van Horeca-activiteiten.

4 Onderzoek

4.1 Inleiding

 
Voor de beheersverordening dienen verschillende onderzoeken in ogenschouw te worden genomen. In dit hoofdstuk vindt toetsing plaats aan beleids- en omgevingsaspecten.

4.2 Beleidsaspecten

 
In het kader van deze beheersverordening is getoetst welke beleidsstukken op rijks, provinciaal en gemeentelijk niveau relevant zijn. Gelet op de uitgangspunten van deze beheersverordening, is uitsluitend stilgestaan bij beleid dat eventuele consequenties voor de beheersverordening kan hebben of dient te hebben. Omdat de beheersverordening toeziet op het beheer van de bestaande situaties is een uitgebreidere toetsing niet noodzakelijk.

4.2.1 Rijksbeleid

 
De juridische regeling uit het geldende bestemmingsplan "Kom Hoek" en het wijzigingsplan "Langestraat Hoek" wordt in deze beheersverordening overgenomen. Er zijn in de kern geen ontwikkelingen die van belang zijn op rijksniveau.

4.2.2 Provinciaal beleid

 
Het provinciaal beleid richt zich voornamelijk op nieuwe ontwikkelingen. In de geldende bestemmingsplannen zijn al enkele ontwikkelingen direct toegestaan. Die maken ook deel uit van deze beheersverordening. Er is dan ook geen tegenstrijdigheid met het provinciaal beleid, aangezien andere ontwikkelingen buiten het kader van deze verordening blijven.

4.2.3 Gemeentelijk beleid

 
Voor Hoek wordt in het gemeentelijk beleid het behoud van de bestaande situatie voorgestaan. Verbeteringen zijn gewenst en worden in de beheersverordening mogelijk gemaakt in navolging van de ruimte die de geldende bestemmingsregelingen bieden.
 
Meer ingrijpende ontwikkelingen worden in de beheersverordening niet voorzien. Mochten geheel nieuwe initiatieven voor de gronden gelegen binnen de beheersverordening worden ingediend, dan kan daaraan desgewenst worden meegewerkt via toepassing van andere instrumenten, zoals de kruimelgevallenregeling of een nieuw bestemmingsplan voor een locatie.

4.3 Omgevingsaspecten

 
In het kader van de beheersverordening heeft voor het verordeningsgebied een scan plaatsgevonden van relevante omgevingsaspecten in het gebied. Dit onderzoek is beperkt van aard, omdat de beheersverordening gericht is op instandhouding van de bestaande situatie met de bestaande kwaliteit. Het onderzoek richt zich erop te bepalen of in het gebied vanuit het oogpunt van milieu, natuur, verkeer of water aanleiding bestaat tot het treffen van maatregelen. Hiervoor is een toets uitgevoerd op het voldoen aan wet- en regelgeving.
 
Tevens zijn de verschillende omgevingsaspecten, mits nog recent, overgenomen uit het “bestemmingsplan Kom Hoek” en het wijzigingsplan "Langestraat Hoek".

4.3.1 Archeologie en cultuurhistorie

 
Archeologie
 
Het plangebied heeft geen locaties die een toegekende archeologische waarde hebben.  
 
Cultuurhistorie
 
Het plangebied heeft twee rijksmonumenten, gelegen aan de Langestraat 6 en Molenplein 1: Een bakstenen zaalkerk met fronttoren in een naar de waterstaatstijl verwijzende bouwtrant en een uit 1856 daterende Korenmolen.
Monumenten worden beschermd door de Monumentenwet. De cultuurhistorische waarden zijn in het kader van de geldende bestemmingsplannen beoordeeld. Hieruit zijn er verder geen aanvullende regelingen nodig geacht. Die lijn wordt in deze beheersverordening doorgezet.

4.3.2 Bodem

 
Destijds is bij het opstellen van de bestemmingsplannen en de wijzigingsplannen uitvoerig ingegaan op de bodemkwaliteit van diverse locaties. De maatregelen die in dat kader zijn geconstateerd kunnen nog steeds binnen het kader van deze beheersverordening worden getroffen, voor zover dat nodig is. De beheersverordening biedt geen extra ontwikkelingsruimte, zodat verder onderzoek achterwege kan blijven.

4.3.3 Ecologie

 
Door het conserverende karakter van de beheersverordening vinden potentiële ontwikkelingen plaats binnen het bebouwd gebied. Het is aannemelijk dat eventueel aanwezige dier- en plantsoorten niet bedreigd worden.

4.3.4 Externe veiligheid

 
In het plangebied zijn geen Bevi-inrichtingen gelegen. Het plangebied ligt wel binnen het invloedsgebied van enkele bedrijven. Hierdoor speelt het groepsrisico een rol, Dow Benelux, Oil Tanking en Yara Sluiskil zijn de desbetreffende bedrijven. De afstand is respectievelijk circa 2, 3,5 en 5,5 kilometer tot de bebouwde kom van Hoek. Het invloedsgebied is hierbij bepaald door een incident waarbij een toxisch gas vrijkomt. Hoek is hierbij gunstig gelegen gekeken naar de windinrichting.

4.3.5 Luchtkwaliteit

 
Het meest recente rapport inzake de luchtkwaliteit is het gemeentelijk Rapport Luchtkwaliteit 2006. Hoek laat hierbij geen overschrijdingen voor fijnstof, stikstofdioxide, koolmonoxide of benzeen zien.

4.3.6 Bedrijven en milieuhinder

 
Uit de inschaling van de aanwezige bedrijven blijkt dat een aantal bedrijven niet past binnen het voorgestelde toelatingsbeleid. Bestaande rechten zullen echter worden gerespecteerd. De na bedrijfsverplaatsing vrijkomende locaties kunnen worden hergebruikt door lokale bedrijven met maximaal milieucategorie 2. Eventueel is woningbouw mogelijk, maar daarvoor zal dan een afzonderlijke planologische procedure worden gevoerd.

4.3.7 Water

 
De beheersverordening maakt geen ontwikkelingen mogelijk die relevant zijn voor de waterhuishouding.

4.3.8 Geluid

 
De beheersverordening heeft geen nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen opgenomen binnen de zones van spoorwegen en industrieterreinen. Wel zijn er nieuwe geluidsgevoelige bestemmingen opgenomen binnen de zones van enkele wegen, de Hoekseweg en de Hoofdweg. De voorkeursgrenswaarde van 48 dB wordt hierbij echter niet overschreden en er wordt voldaan aan de normen van de Wet geluidhinder.

4.3.9 Verkeer en parkeren

 
De beheersverordening faciliteert herinrichtingsmogelijkheden met de bestemming Verkeersdoeleinden. Wel is door het toegenomen autobezit en de relatief smalle straatjes het parkeren in de oudere woonwijken van Hoek problematisch geworden. Bij herinrichtings- en nieuwbouwmogelijkheden wordt hier zo goed mogelijk op ingespeeld om deze problemen op te lossen dan wel tot een acceptabel niveau te brengen.