Plan: | LPG-tankstations De Poort na herstelbesluit |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0703.BTDP-va02 |
het bestemmingsplan LPG-tankstations De Poort na herstelbesluit van de gemeente Reimerswaal.
de geometrisch bepaalde planobjecten met bijbehorende regels als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0703.BTDP- VA02.
een aan een hoofdgebouw aangebouwd gebouw (aanbouw) of een functioneel deel van een hoofdgebouw (uitbouw), dat daarmee één geheel vormt, terwijl het in bouwkundig opzicht wel herkenbaar blijft als een afzonderlijke uiterlijk ondergeschikte aanvulling op het hoofdgebouw.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een onderneming gericht op het vervaardigen, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen.
De gebruiksoppervlakte van een kantoor, winkel of bedrijf (met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten) volgens NEN 2580. Vloeroppervlak waarboven minder dan 1,5 m hoogte aanwezig is, wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor een huishouden, waarvan huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen aan personen die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Detailhandel in de volgende volumineuze en gevaarlijke goederen:
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
een weg met gemengd langzaam verkeer en gemotoriseerd verkeer, zonder rijrichtingscheiding en meestal zonder gescheiden fietspaden.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
detailhandelsvoorzieningen met een vloeroppervlak van 1.500 m² of meer.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een bijgebouw bedoeld voor het niet beroeps- of bedrijfsmatig huisvesten van door de mens ter wille van nut en gezelligheid gehouden tamme dieren, niet zijnde paarden, pony's, en daarmee naar aard en omvang gelijk te stellen ander vee.
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
objecten die op grond van artikel 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen bijzondere bescherming toekomt tegen ongevallen met gevaarlijke stoffen, waaronder in elk geval worden begrepen:
door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van het plan.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
detailhandel die als activiteit in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de ingevolge het bestemmingsplan toegestane hoofdfunctie en uitsluitend plaatsvindt als niet zelfstandig onderdeel van een onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de onderneming.
opslag en distributie voor internetverkoop, waar een elektronische transactie tot stand komt, al dan niet met:
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
installaties die dienen ter ondersteuning van het bedrijfsproces, zoals:
een op enige wijze met een bouwwerk verbonden zijnde, openbare aanprijzing om de afzet of het gebruik van goederen of diensten te bevorderen. Onder aanprijzing wordt mede begrepen de naam van de verkoper, dienstverlener en dergelijke.
bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' die van deze regels deel uitmaakt.
het in de Regeling aanwijzing consumenten- en theatervuurwerk aangewezen professionele vuurwerk dat is bestemd voor het teweegbrengen van pyrotechnisch speciale effecten, hetzij bij een film- of televisieproductie, hetzij tijdens evenementen of voorstellingen waarbij het publiek zich op geringe afstand bevindt van de plaats waar het effect teweeg wordt gebracht.
de gebruiksoppervlakte volgens NEN 2580 van voor het publiek toegankelijke winkelruimten.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of 'uitstraling' als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
een voorziening gericht op het publiek, al dan niet in combinatie met het ondergeschikt verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse en niet inbegrepen iedere vorm van verblijf en niet inbegrepen dienstverlening zoals kantoren. Hiertoe worden in ieder geval wel begrepen activiteiten in de vorm van ontspanning en sport, zoals:
voorwerpen gevuld met ontplofbare of brandbare lichtgevende mengsels.
een bouwwerk ter opwekking van energie door benutting van windkracht, met uitzondering van bemalingsinstallaties ten behoeve van de waterhuishouding.
een gebouw of een gedeelte van een gebouw, dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte gelegen binnen de buitenste muren en/of het hart van de scheidende muren volgens NEN 2580.
De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende regels:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en afmeting van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en parkeervoorzieningen voor zover noodzakelijk is, met inachtneming van de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde ten aanzien van de maximaal toelaatbare goot- of boeibordhoogte dan wel bouwhoogte, de afstand van een gebouw tot de perceelsgrens, de maximaal toelaatbare oppervlakte en het aangegeven bebouwingspercentage, met in achtneming van de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2.1 onder d en e voor het verkleinen van de aangegeven afstand, met inachtneming van de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2.1 onder c.10 ten aanzien van de bouwhoogte voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, met inachtneming van de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2.1 onder c sub 4 ten behoeve van de realisering van een silo, met inachtneming van de volgende regels:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Met betrekking tot kantoren gelden de volgende regels:
Met betrekking tot opslag van goederen gelden de volgende regels:
Met betrekking tot detailhandel, detailhandel in volumineuze goederen en grootschalige detailhandel gelden de volgende regels:
Met betrekking tot opslag en distributie voor internetverkoop gelden de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.1:
De voor Leiding - Hoogspanningsverbinding aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor een bovengrondse hoogspanningsverbinding van ten hoogste 150 kV.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.1 onder c, met inachtneming van de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 4.4.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het belang van de hoogspanningsverbinding daardoor niet onevenredig wordt geschaad. Alvorens omgevingsvergunning te verlenen als bedoeld in lid 4.4.1 wint het bevoegd gezag eerst advies in bij de beheerder van de hoogspanningsverbinding. Het advies betreft de belangen in verband met de veilige ligging van de leiding en het voorkomen van schade aan de leiding.
de voor Waarde - Archeologie – 1 aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor het behoud, de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en aanwezige vindplaatsen, niet zijnde beschermd van rijkswege.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie - 1 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 5.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 5.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie - 1', met inachtneming van de volgende regels, wijzigen:
Burgemeester en wethouders kunnen 'Waarde - Archeologie - 1' verwijderen, met inachtneming van de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van de bestemming 'Waarde - Archeologie - 1' veranderen, met inachtneming van de volgende regels:
De voor Waarde - Archeologie – 2 aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor het behoud, de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en aanwezige vindplaatsen, niet zijnde beschermd van rijkswege.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie - 2 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 6.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 6.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie - 2', met inachtneming van de volgende regels, wijzigen:
Burgemeester en wethouders kunnen 'Waarde - Archeologie - 2' verwijderen, met inachtneming van de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van de bestemming 'Waarde - Archeologie - 2' veranderen, met inachtneming van de volgende regels:
De voor Waarde - Archeologie – 3 aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor het behoud, de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en aanwezige vindplaatsen, niet zijnde beschermd van rijkswege.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie - 3 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 7.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 7.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie - 3', met inachtneming van de volgende regels, wijzigen:
Burgemeester en wethouders kunnen 'Waarde - Archeologie - 3' verwijderen, met inachtneming van de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van de bestemming 'Waarde - Archeologie - 3' veranderen, met inachtneming van de volgende regels:
de voor Waarde - Archeologie - 4 aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor het behoud, de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden en aanwezige vindplaatsen, niet zijnde beschermd van rijkswege.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie - 4 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen, of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 8.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 8.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien:
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming 'Waarde - Archeologie - 4', met inachtneming van de volgende regels, wijzigen:
Burgemeester en wethouders kunnen 'Waarde - Archeologie - 4' verwijderen, met inachtneming van de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen de vorm van de bestemming 'Waarde - Archeologie - 4' veranderen, met inachtneming van de volgende regels:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van aanduidingsgrenzen, maatvoeringaanduidingen en bestemmingsregels worden overschreden door:
Een in deze regels aangegeven percentage geeft aan hoeveel van de desbetreffende gronden ten hoogste mag worden bebouwd met gebouwen en overkappingen. Bij het ontbreken van een percentage mogen de betreffende gronden volledig worden bebouwd, tenzij in hoofdstuk 2 anders is bepaald.
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Veiligheidszone - bevi' is de bouw van nieuwe kwetsbare objecten niet toegestaan.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - molenbiotoop' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede aangeduid voor de bescherming van de functie van de molen als werktuig en het behoud en/of herstel van de aanwezige landschappelijke en/of cultuurhistorische waarden van een molen.
Ter plaatse van de aanduiding Vrijwaringszone - molenbiotoop mag de bouwhoogte van nieuw op te richten bouwwerken in aanvulling op, dan wel in afwijking van, hetgeen in de bestemming is bepaald:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter niet meer dan 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met niet meer dan 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen de aanduiding 'Veiligheidszone - bevi' schrappen, met inachtneming van de volgende regels:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Het in lid 13.2 onder a bepaalde is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als: 'regels van het bestemmingsplan
LPG-tankstations De Poort na herstelbesluit'.