Plan: | Grotewaard 40-42 te Noordeloos |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0689.WP4003-vast |
Waterbeheer en watertoets
De initiatiefnemer dient in een vroeg stadium overleg te voeren met de waterbeheerder over een ruimtelijke planvoornemen. Hiermee wordt voorkomen dat ruimtelijke ontwikkelingen in strijd zijn met duurzaam waterbeheer. Het wijzigingsgebied ligt binnen het beheersgebied van het waterschap Rivierenland, verantwoordelijk voor het waterkwantiteits- en waterkwaliteitsbeheer.
Beleid duurzaam stedelijk waterbeheer
Op verschillende bestuursniveaus zijn de afgelopen jaren beleidsnota's verschenen aangaande de waterhuishouding, allen met als doel een duurzaam waterbeheer (kwalitatief en kwantitatief). Deze paragraaf geeft een overzicht van de voor het wijzigingsgebied relevante nota's, waarbij het beleid van het waterschap en gemeente nader wordt behandeld.
Europa:
Nationaal:
Provinciaal:
Waterschapsbeleid
Het Waterbeheerplan 2010-2015 (2009) heeft een integraal en strategisch karakter. De koers voor de komende zes jaren wordt hierin vastgelegd. In de planperiode staan de volgende aspecten centraal:
Het Waterbeheerplan 2010-2015 borduurt voort op de verschillende beleidsplannen die in de afgelopen jaren zijn vastgesteld. Er is dus geen sprake van een breuk in het waterbeleid maar wel van een verdere intensivering. Het is het eerste volledig integrale waterbeheerplan van het waterschap. Alle beleidsaspecten van waterkeringen, watersysteem en afvalwaterketen zijn in dit plan verwoord. Ook zijn voor het eerst de nationale, de provinciale en waterschapsplannen tegelijkertijd opgesteld. Omdat deze verschillende plannen elkaar beïnvloeden is er veel geïnvesteerd in een goede afstemming tussen de verschillende overheden.
Gemeentelijk beleid
Het Waterplan Giessenlanden (2004) gaat over het oppervlaktewater binnen de bebouwde gebieden van de zeven kernen: Arkel, Hoogblokland, Hoornaar, Schelluinen, Giessen-Oudekerk, Giessenburg, Noordeloos. Het plan dient nu als leidraad voor de uitvoering van allerlei maatregelen op het gebied van water.
Belangrijke onderwerpen in het waterplan zijn:
Huidige situatie
Algemeen
Het wijzigingsgebied is gelegen aan de noordwestkant van de kern Noordeloos en bestaat hoofdzakelijk uit bebouwing en verharding.
Bodem en grondwater
Volgens de Bodemkaart van Nederland bestaat de bodem ter plaatse uit klei. Er is sprake van grondwatertrap II. Dat wil zeggen dat de gemiddeld hoogste grondwaterstand minder dan 0,40 m onder maaiveld ligt. De gemiddeld laagste grondwaterstand ligt tussen de 0,50 m en 0,80 m onder maaiveld. De maaiveldhoogte ter plaatse bedraagt circa NAP -0,30 m.
Waterkwantiteit
In het wijzigingsgebied is geen oppervlaktewater aanwezig. De boezemwatergangen om het wijzigingsgebied zijn zogenaamde A-watergangen.
Veiligheid en waterkeringen
Het wijzigingsgebied is gelegen binnen de beschermingszones van de A-watergangen rond het wijzigingsgebied en de beschermingszone van de waterkering.
Afvalwaterketen en riolering
Het wijzigingsgebied wordt aangesloten op het gemengde rioolsysteem.
Toekomstige situatie
Algemeen
Het wijzigingsgebied is gelegen op boezemland van de Giessen. De Giessen behoort tot de Boezem van de Overwaard en heeft een boezempeil van NAP -0,75 m en een maximumpeil van NAP -0,25 m. Het wijzigingsgebied grenst aan de Giessen. De bebouwing dient ten minste 0,25 m boven het maximumpeil te staan, dus dat is op NAP 0,00 m hoogte. Ophogingen en andere wijzigingen beneden dit niveau dienen gecompenseerd te worden. Dit betekent dat op boezemland in de Overwaard volumetoenamen tussen NAP -0,75 m en NAP 0 m gecompenseerd moeten worden. Als het wijzigingsgebied wordt opgehoogd, moeten alle kuubs die door de ophoging beneden NAP hoogte worden aangebracht, worden gecompenseerd.
In de huidige situatie ligt het maaiveld van het wijzigingsgebied op circa NAP -0,30 m. In de nieuwe situatie zijn er geen plannen het maaiveld geheel te verhogen. In de huidige situatie is er 1.445 m2 aan bebouwing (reeds waterbergend belemmerend). In de nieuwe situatie zal met de realisatie van 5 nieuwe woningen slechts 750 m2 (150 m2 per woning = bebouwing inclusief aanvullen maaiveld naar peil) aan bebouwing worden gerealiseerd. Hierdoor neemt de oppervlakte aan verharding af met 695 m2 en daarmee het waterbergend vermogen toe met 208,5 m3 (ervan uitgaande dat het geheel zal worden afgewerkt op bestaande maaiveldhoogte NAP -0,30 m). Dit betekent dat er geen volumetoename is waarvoor gecompenseerd moet worden.
Bij de aanvraag voor een watervergunning zal definitief bekend worden welke maaiveldhoogte per woning zal worden aangehouden en kan worden berekend welke hoeveelheid kuubs zal moeten worden gecompenseerd. De eventuele compensatie zal plaatsvinden aan de oever van de Giessen ter plaatse van het wijzigingsgebied, door de Giessen te verbreden.
Watersysteemkwaliteit en ecologie
Doordat het veevoederbedrijf in het wijzigingsgebied verdwijnt, verdwijnt ook de (potentiële) vervuiling van het KRW-waterlichaam De Giessen.
Veiligheid en waterkeringen
Het wijzigingsgebied is gelegen in de beschermingszone van de A-watergangen rond het wijzigingsgebied. Aangezien in het wijzigingsgebied reeds bebouwing aanwezig is, verslechtert de situatie niet.
Afvalwaterketen en riolering
Conform de Leidraad Riolering en vigerend waterschapsbeleid is het voor nieuwbouw verplicht een gescheiden rioleringsstelsel aan te leggen zodat schoon hemelwater niet bij een rioolzuiveringsinstallatie terecht komt. Afvalwater wordt aangesloten op de bestaande gemeentelijke riolering. Voor hemelwater wordt de volgende voorkeursvolgorde aangehouden:
Watervergunning
Voor aanpassingen aan het bestaande watersysteem dient bij het waterschap vergunning te worden aangevraagd op grond van de "Keur". Dit geldt dus bijvoorbeeld voor het graven van nieuwe watergangen, het aanbrengen van een stuw of het afvoeren van hemelwater naar het oppervlaktewater. In de Keur is ook geregeld dat een beschermingszone voor watergangen en waterkeringen in acht dient te worden genomen. Dit betekent dat binnen de beschermingszone niet zonder ontheffing van het waterschap gebouwd, geplant of opgeslagen mag worden. De genoemde bepaling beoogt te voorkomen dat de stabiliteit, het profiel en/of de veiligheid wordt aangetast, de aan- of afvoer en/of berging van water wordt gehinderd dan wel het onderhoud wordt gehinderd. Ook voor het onderhoud gelden bepalingen uit de "Keur". Het onderhoud en de toestand van de (hoofd)watergangen worden tijdens de jaarlijkse schouw gecontroleerd en gehandhaafd.
Water en Waterstaat in het wijzigingsplan
Ter bescherming van de waterkering en het waterbergingsgebied zijn de dubbelbestemmingen 'Waterstaat - Waterkering' en 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' aan het wijzigingsgebied toegekend.
Conclusie
De ontwikkeling heeft geen negatieve gevolgen voor het waterhuishoudkundige systeem ter plaatse.