direct naar inhoud van 4.9 Waterhuishouding
Plan: Locatie school te Hoornaar
Status: concept
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0689.WP3004-ont1

4.9 Waterhuishouding

Watertoets en Waterbeheer

In het kader van de watertoets dient de initiatiefnemer in een vroeg stadium overleg te voeren met de waterbeheerder over de beoogde ruimtelijke ontwikkeling. De watertoets heeft als doel het voorkomen van nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die in strijd zijn met duurzaam waterbeheer. In het wijzigingsgebied wordt het waterbeheer gevoerd door het Waterschap Rivierenland. Het waterschap is ook de wegbeheerder van wegen buiten de bebouwde kom in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden, niet zijnde rijks- of provinciale wegen. In het kader van de verplichte watertoets is over deze ruimtelijke ontwikkeling overleg gevoerd met de waterbeheerder, waarna de opmerkingen van de waterbeheerder zijn verwerkt in deze waterparagraaf.

Beleid stedelijk waterbeheer

De gemeente en het Waterschap Rivierenland hebben in 2004 het Waterplan Giessenlanden vastgesteld, waarin de principes van een duurzaam stedelijk waterbeheer nader zijn uitgewerkt. Gelet op de verwachte klimaatverandering (nattere winters, drogere zomers, hevigere buien) streven beiden met name naar een veerkrachtiger watersysteem. Het Waterstructuurplan Alblasserwaard en Vijfheerenlanden (2002) bevat belangrijke uitgangspunten voor ruimtelijke maatregelen waarvoor de tritsen vasthouden-bergen-afvoeren en schoonhouden-scheiden-zuiveren als leidraad dienen. In het Waterstructuurplan ligt verder de nadruk op functiegeschiktheidskaarten, waarop ruimtelijke kansen en knelpunten worden aangegeven. In de normenstudie die onlangs is uitgevoerd door het waterschap is voor het landelijk gebied de wateropgave bepaald. Deze studie is ook maatgevend voor het wijzigingsgebied. Er is geen wateropgave vastgesteld in het kader van deze studie. Sinds 2004 beschikt het waterschap over een Beheerplan waterkeringen. Hierin zijn doelstellingen weergegeven die het waterschap heeft rond het beheer van waterkeringen. Om dit beheer en onderhoud vorm te geven, beschikt het waterschap over beleidsregels (o.a. de Keur) voor het toetsen van initiatieven van derden.

Huidige situatie waterhuishouding

Het wijzigingsgebied ligt op het kruispunt van de Lage Giessen-Hoge Giessen en de Dorpsweg-Groeneweg. Momenteel is het wijzigingsgebied geheel verhard (voormalige schoolgebouw en schoolplein). De maaiveldhoogte ligt op circa NAP -0,2 m en de bodem bestaat uit zware klei. Volgens de Bodemkaart van Nederland is ter plaatse van het wijzigingsgebied sprake van grondwatertrap III. Dat wil zeggen dat de gemiddeld hoogste grondwaterstand hier van nature minder dan 0,4 m beneden het maaiveld ligt, terwijl de gemiddeld laagste grondwaterstand tussen 0,8 m en 1,2 m beneden het maaiveld ligt.In de directe omgeving van het wijzigingsgebied bevinden zich geen watergangen. Het wijzigingsgebied ligt aan de noordzijde van de Lage Giessen-Hoge Giessen en ten oosten van de Dorpsweg. Het gebied maakt onderdeel uit van het peilgebied Land van de Zes Molens, waar een zomerpeil van NAP -1,44 en een winterpeil van NAP -1,54 wordt gevoerd. In dit peilgebied geldt geen wateropgave. Binnen of langs het wijzigingsgebied bevinden zich geen waterkeringen. De bestaande bebouwing is aangesloten op een gemengd rioolstelsel.

Toekomstige situatie waterhuishouding

Binnen het wijzigingsgebied wordt de bestaande bebouwing gesloopt en vervangen door woningbouw. Als gevolg van deze ontwikkeling neemt het verhard oppervlak af, aangezien een deel van de huidige verharding vervangen wordt door groen. Compensatie is om die reden niet vereist. Voor de nieuwbouw is het van belang om duurzame, niet-uitloogbare bouwmaterialen toe te passen (dus geen zink, lood, koper en PAK's-houdende materialen) om diffuse verontreiniging van water en bodem te voorkomen.

Omdat zich in de directe omgeving van het wijzigingsgebied geen oppervlaktewater bevindt, wordt de nieuwbouw tot aan de erfgrens voorzien van een gescheiden riool. Op die manier kan bij toekomstige vervanging van het bestaande gemengde rioolstelsel door een gescheiden stelsel in de omgeving hierop eenvoudig worden aangesloten.