Plan: | Locatie school te Hoornaar |
---|---|
Status: | concept |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0689.WP3004-ont1 |
Normstelling en beleid
Het toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door het Wet milieubeheer luchtkwaliteitseisen 2007 (ook wel Wet luchtkwaliteit, Wlk). De Wlk bevat grenswaarden voor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxide en benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen met name de grenswaarden voor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 4.2 weergegeven. De grenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin van de Arbeidsomstandighedenwet.
Tabel 4.2 Grenswaarden maatgevende stoffen Wlk
stof |
toetsing van |
grenswaarde | geldig vanaf |
stikstofdioxide (NO2) | jaargemiddelde concentratie | 40 µg/m3 | 2010 |
jaargemiddelde concentratie | 40 µg/m3 | 2005 | |
fijn stof (PM10)1 | 24-uurgemiddelde concentratie | max. 35 keer p.j. meer dan 50 µg/m3 | 2005 |
1 Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij de Wlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).
Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgen kunnen hebben voor de luchtkwaliteit (zoals de vaststelling van een bestemmingsplan) uitoefenen indien:
Besluit niet in betekenende mate (NIBM)
In dit Besluit is exact bepaald in welke gevallen een project vanwege de gevolgen voor de luchtkwaliteit niet aan de grenswaarden hoeft te worden getoetst. Hierbij worden 2 situaties onderscheiden:
In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het doorlopen van een procedure ex artikel 19 WRO uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens tevens rekening gehouden met de luchtkwaliteit.
Onderzoek en conclusie
De beoogde ontwikkeling betreft de realisatie van enkele woningen. De ontwikkelingen vallen onder het Besluit 'niet in betekenende mate' waardoor een toetsing aan de Wlk achterwege kan blijven. Wel is in het kader van een goede ruimtelijke ordening de luchtkwaliteit ter plaatse in beeld gebracht. Voor de luchtkwaliteit ter plaatse is gekeken naar de heersende achtergrondconcentraties van stikstofdioxide en fijn stof. Voor stikstofdioxide geldt in 2008 een jaargemiddelde concentratie van 22,5 µg/m3 . Fijn stof heeft een jaargemiddelde achtergrondconcentratie van 22,8 µg/m3 en 14 overschrijdingsdagen van het 24-uurgemiddelde. De concentraties luchtverontreinigende stoffen blijven daarmee ruimschoots onder de grenswaarden uit de Wlk.
Er wordt geconcludeerd dat de Wlk geen belemmering oplevert voor de uitvoering van het project. Uit het oogpunt van luchtkwaliteit is er sprake van een goede ruimtelijke ordening